Vragen van het lid Kerstens (PvdA) aan de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over het bericht «Bonden: CAO-actievoerders ziekenhuizen last van intimidatie» (ingezonden 11 juli 2019).

Mededeling van Minister De Jonge (Volksgezondheid, Welzijn en Sport) (ontvangen 22 juli 2019).

Vraag 1

Deelt u de mening dat het voeren van collectieve actie een van de meest belangrijkste rechten in ons arbeidsbestel is en het inperken daarvan in flagrante strijd daarmee is?1

Vraag 2

Vindt u het intimideren van werknemers die (willen) deelnemen aan collectieve acties behoren bij het goed werkgeverschap waarvan ook u steeds zegt dat dat zeker in de sector zorg zo belangrijk is?

Vraag 3

Vindt u dat ziekenhuiswerkgevers die hun werknemers intimideren dan wel op andere wijze belemmeren in hun recht collectieve actie te voeren een fraai visitekaartje voor de sector, en voor de zorg in het algemeen, afgeven?

Vraag 4

Wat zou u willen zeggen tegen ziekenhuiswerkgevers die hun werknemers belemmeren in hun recht op het voeren van collectieve actie?

Vraag 5

Vindt u ook niet dat de werkgevers in kwestie hun energie beter kunnen richten op het afsluiten van een goede collectieve arbeidsovereenkomst voor hun werknemers?

Vraag 6

Wilt u deze vragen met spoed beantwoorden, gezien het feit dat het van het grootste belang is dat werknemers bij ziekenhuizen (maar blijkbaar vooral ook ziekenhuiswerkgevers) weten dat het inperken van het recht op collectieve acties niet aan de orde kan zijn?

Mededeling

De vragen van het Kamerlid Kerstens (PvdA) over het bericht «Bonden: CAO-actievoerders ziekenhuizen last van intimidatie» (2019Z14970) kunnen tot mijn spijt niet binnen de gebruikelijke termijn worden beantwoord.

De reden van het uitstel is dat het verzamelen van informatie ten behoeve van de beantwoording van de vragen meer tijd kost.

Ik zal u zo spoedig mogelijk de antwoorden op de Kamervragen doen toekomen.

Naar boven