Vragen van het lid Van den Hul (PvdA) aan de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking over het bericht «UNHCR evacueert honderden vluchtelingen uit kamp bij Tripoli» (ingezonden 26 april 2019).

Antwoord van Minister Kaag (Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking), mede namens de Ministers van Buitenlandse Zaken en van Justitie en Veiligheid (ontvangen 14 juni 2019).

Vraag 1

Heeft u kennisgenomen van het bericht «UNHCR evacueert honderden vluchtelingen uit kamp bij Tripoli»?1

Antwoord 1

Ja.

Vraag 2 en 6

Heeft u contact gehad met de VN-Vluchtelingenorganisatie UNHCR over de situatie in de vluchtelingenkampen in Libië die – in de woorden van Matthew Brook van de UNHCR-missie in Libië – nog nooit zo gevaarlijk is geweest en dat het van levensbelang is dat vluchtelingen die in gevaar zijn worden vrijgelaten en geëvacueerd? Zo nee, waarom niet? Zo ja, wat kunt en gaat u doen om deze vluchtelingen te helpen?

Ziet u mogelijkheden om de UNHCR te ondersteunen om de 3.000 mensen die nog vastzitten in kampen in veiligheid te brengen?

Antwoord 2 en 6

Graag verwijs ik u naar de beantwoording van gestelde vragen door uw Kamer aan de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid en de Minister van Buitenlandse Zaken op 23 april jl. waar op deze vragen nader wordt ingegaan.2

Vraag 3

Wat vindt u van de oproep van Amnesty International om te (laten) onderzoeken onder welke omstandigheden de twaalf migranten gewond zijn geraakt?

Antwoord 3

Het kabinet betreurt het voorval in het Qasr Ben Ghasir detentiecentrum. Nederland vindt het belangrijk dat alle partijen bij een gewapend conflict zich aan het internationaal recht houden. Mogelijke schendingen hiervan moeten in de eerste plaats worden onderzocht en personen verantwoordelijk voor deze schendingen mogen niet ongestraft blijven. Het kabinet benadrukt dan ook het belang van strafrechtelijk onderzoek en daarmee de noodzaak voor het afleggen van verantwoording.

Vraag 4

Heeft het verzoek van Italië via de Europese Unie (EU), u inmiddels bereikt? Zo ja, op welke manier gaat u zich in EU-verband inzetten? Zo nee, bent u bereid zelf overleg op Europees niveau te initiëren?

Antwoord 4

Voor zover bekend bij het kabinet heeft Italië een verzoek aan de Europese Commissie gedaan, niet aan de lidstaten. Het kabinet is niet bekend met de inhoud van het verzoek of een eventuele reactie van de Europese Commissie. Uiteraard volgt het kabinet de situatie in Libië nauwlettend. Ten aanzien van de inzet van het kabinet verwijs ik kortheidshalve naar de beantwoording van vergelijkbare vragen gesteld op 23 april jl.3

Vraag 5

Wat is uw reactie op de situatie bij het detentiekamp in de buitenwijk Tajoura, waar vluchtelingen die de mogelijkheid om te vluchten is geboden, het kamp niet durven te verlaten uit angst dat ze in gevechten rond de hoofdstad terechtkomen? Ziet u mogelijkheden om deze vluchtelingen in veiligheid te brengen?

Antwoord 5

Sinds het uitbreken van het geweld rondom Tripoli, is de onveiligheid in detentiecentra toegenomen, zo ook in het detentiecentrum in de buitenwijk Tajoura. In de avond van 7 mei heeft er een luchtaanval plaatsgevonden gericht op een munitieopslagplaats van de militie die het detentiecentrum in Tajoura onder controle heeft. Er zijn geen gewonden gevallen, maar dit incident benadrukt de zorgwekkende situatie van migranten en vluchtelingen in detentiecentra die zich in conflictzones bevinden. Ten aanzien van de mogelijkheden om vluchtelingen in detentiecentra in veiligheid te brengen, verwijs ik kortheidshalve naar de beantwoording van vergelijkbare vragen gesteld op 23 april jl.4


X Noot
2

Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2018–2019, nr. 3025

X Noot
3

Ibid.

X Noot
4

Ibid.

Naar boven