Vragen van het lid Sjoerdsma (D66) aan de Ministers van Buitenlandse Zaken en van Justitie en Veiligheid over het bericht dat in 2017 Nederland bijstand verleende aan Nederlandse uitreizigers in Syrië (ingezonden 8 april 2019).

Mededeling van Minister Blok (Buitenlandse Zaken) (ontvangen 21 mei 2019).

Vraag 1

Kent u het bericht «Nederlandse diplomaten wilden Syriëgangers terughalen»?1

Vraag 2

Klopt het dat Nederlandse diplomaten ongeveer twee jaar geleden contact hebben gezocht met het Vrije Syrische Leger en Turkije om Nederlandse Syriëgangers naar de Turkse grens te krijgen en ze via Turkije naar Nederland te halen?

Vraag 3

Hoe strookt deze berichtgeving met de beantwoording door de Minister van Justitie en Veiligheid op 12 december 2017 van Kamervragen van het lid Verhoeven, ingezonden op 26 september 2017, waarin werd gesteld dat de Nederlandse overheid geen bijstand aan Nederlandse uitreizigers biedt om het strijdgebied te verlaten en dat het kabinet daartoe geen contacten onderhield?2

Vraag 4

Klopt het dat op het moment dat deze schriftelijke vragen werden gesteld, 26 september 2017, het beleid betreffende bijstand aan Nederlandse uitreizigers was zoals beschreven in bovengenoemd artikel? Zo nee, waarom niet?

Vraag 5

Waarom hebt u in beantwoording van bovengenoemde Kamervragen verzuimd te melden dat er sprake was van beleid waarin bijstand en contacten plaatsvonden?

Vraag 6

Hoe rijmt u het feit dat u dit beleid onvermeld hebt gelaten bij antwoorden op Kamervragen en in debatten met de kern van artikel 68 GW, waarin naast de passieve inlichtingenplicht tevens de actieve verplichting tot het verstrekken van inlichtingen wordt geregeld? Kunt u toelichten hoe het niet vermelden van de beleidswijziging betreffende het wel of geen bijstand verlenen aan Nederlandse uitreizigers strookt met de actieve verplichting tot het verstrekken van informatie aan de Kamer?

Vraag 7

Klopt het dat het beleid in 2017 betreffende bijstand aan Nederlandse uitreizigers gewijzigd is op verzoek van de toenmalige Minister van Veiligheid en Justitie? Zo ja, waarom is dat gebeurd?

Vraag 8

Klopt het dat de ambtelijke veiligheidsketen een andere analyse had betreffende het verlenen van bijstand aan Nederlandse uitreizigers, namelijk dat in het belang van de veiligheid het verstandiger zou zijn om Nederlandse uitreizigers «gecontroleerd» terug te halen? Kunt u de analyse van de ambtelijke veiligheidsketen op dit punt aan de Kamer doen toekomen?

Vraag 9

Waarom is deze analyse nooit met de Kamer gedeeld?

Vraag 10

Hoe verhoudt dit zich tot de beleidswijziging van de toenmalige Minister van Veiligheid en Justitie?

Vraag 11

Wat maakt dat de opvatting van de Minister van Veiligheid en Justitie destijds afweek van de adviezen van de ambtelijke top, zoals uit de geopenbaarde stukken blijkt?

Vraag 12

Bent u bereid deze vragen binnen twee weken te beantwoorden?

Mededeling

Naar aanleiding van de Kamervragen van het lid Sjoerdsma over het vermeende bericht dat in 2017 Nederland bijstand zou hebben verleend aan Nederlandse uitreizigers in Syrië, ingezonden op 8 april 2019 met kenmerk 2019Z07000, deel ik u mede dat het niet mogelijk is gebleken de kabinetsreactie binnen de gebruikelijke termijn aan uw Kamer te doen toekomen. De reden hiervoor is dat een zorgvuldige kabinetsreactie een gedegen interdepartementale afstemming vergt. Het kabinet verwacht spoedig deze reactie aan de Kamer te kunnen sturen.


X Noot
2

Aanhangsel van de Handelingen, vergaderjaar 2017–2018, nr. 655.

Naar boven