Vragen van het lid Van Kooten-Arissen (PvdD) aan de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit over het besluit van gedeputeerde staten Flevoland om gezonde edelherten en pasgeboren jongen af te schieten en de uitplaatsing van konikpaarden naar andere gebieden (ingezonden 26 september 2018).

Mededeling van Minister Schouten (Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit) (ontvangen 15 oktober 2018).

Vraag 1

Is het besluit van gedeputeerde staten (GS) Flevoland om gezonde edelherten en hun pasgeboren jongen in de Oostvaardersplassen af te schieten, getoetst aan de vigerende wet- en regelgeving? Zo ja, kunt u in contact treden met de GS van Flevoland en de uitkomsten met ons delen? Zo nee, waarom niet en kunt u aangeven of u bereid bent dit alsnog te doen voordat overgegaan wordt tot afschot en andere onomkeerbare handelingen?

Vraag 2

Bent u ermee bekend dat de provincie Flevoland in de afgelopen jaren herhaaldelijk onzorgvuldige besluiten heeft genomen in relatie tot verleende ontheffingen voor onder andere het doden en verstoren van, en de jacht op dieren, waaronder vossen, zwanen en ganzen, en hiervoor niet alleen door de rechter maar ook door de commissie bezwaar en beroep is teruggefloten?1

Vraag 3

Deelt u de mening dat, gezien deze geschiedenis, extra controle vanuit u gepast is op genomen besluiten van de GS Flevoland, die betrekking hebben op het doden en verstoren van dieren? Zo nee, waarom niet? Zo ja, op welke manier en binnen welk tijdsbestek wilt u dit vormgeven?

Vraag 4

Kent u het juridisch rapport van Prof. Dr. C.J. Bastmeijer over de verhouding tussen de adviezen van de «Externe Begeleidingscommissie Beheer Oostvaardersplassen» (Commissie-Van Geel) en de Wet natuurbescherming, welke onder andere weergeeft dat een wetenschappelijke onderbouwing voor de adviezen van de Commissie-Van Geel ontbreekt en hierdoor ook niet gezien zou moeten worden als de «onafhankelijke review» zoals beschreven in de overeenkomst gesloten tussen het Rijk en de provincie Flevoland?2 3

Vraag 5

Hoe weegt u het oordeel van Prof. Dr. C.J. Bastmeijer in relatie tot uw brief van 18 juni 2018 aan GS Flevoland waarin u schrijft «het rapport van de Commissie-Van Geel te zien als een onafhankelijke review op basis waarvan het college van gedeputeerde staten de mogelijkheid heeft het beheer van de grote grazers te wijzigen»?4

Vraag 6

Kunt u aangeven, gezien uw stellingname in bovengenoemde brief van 18 juni, wat de behaalde resultaten zijn van het beleid ten aanzien van het dierenwelzijn in de Oostvaardersplassen en de systemen die bij de uitvoering worden gebruikt? Zo nee, waarom niet?

Vraag 7

Deelt u de mening dat het onacceptabel en opmerkelijk is dat de commissie-Van Geel voor haar rapport, waarbij 43 «deskundigen» werden geïnterviewd, volgens de verantwoordelijk gedeputeerde in antwoord op vragen van de Partij voor de Dieren Flevoland tijdens een openbare vergadering op 27 juni 2018, gebruik heeft gemaakt van 35 personen van de 43 die níet deskundig zijn op het gebied van het welzijn van grote grazers?5

Vraag 8

Deelt u de mening dat het vreemd is dat in het rapport van de Commissie-Van Geel, oftewel de door u genoemde «onafhankelijke review», drie personen worden gehoord die een restaurantketen vertegenwoordigen? Hoe ziet u dit in het licht tot de uitspraak van de gedeputeerde dat gezocht wordt naar mogelijkheden om het «product» edelhert in de markt te brengen?6

Vraag 9

Deelt u de mening dat er eerst een complete en wetenschappelijke review uitgevoerd dient te worden nadat de maatregelen met betrekking tot het Natura 2000-plan in uitvoering zijn genomen, voordat onderbouwde conclusies getrokken kunnen worden over al dan niet benodigde aanvullende uitvoeringsacties? Zo nee, waarom niet? En zo ja, bent u bereid om zorg te dragen dat deze complete en wetenschappelijke review op korte termijn alsnog plaatsvindt?

Vraag 10

Onderschrijft u de noodzaak om eerst zorg te dragen voor de uitvoering van het Natura 2000-beheerplan, waaronder het aanleggen van meer beschuttingsplekken, alvorens provinciale staten van Flevoland besluit over ingrijpende en vergaande maatregelen, zoals het doden van gezonde dieren en hun pasgeboren jongen?

Vraag 11

Heeft u de diverse signalen uit de media opgemerkt van organisaties en dierenbeschermers die voornemens zijn naar de rechter te gaan omdat naar hun mening de GS van de provincie Flevoland een onrechtmatig besluit heeft genomen om massaal edelherten af te schieten en konikpaarden elders uit te plaatsen? Zo ja, deelt u de mening dat deze signalen in combinatie met eerdere rechterlijke uitspraken aanleiding zijn voor een pas op de plaats totdat een zorgvuldige onafhankelijke toets van het besluit op rechtmatigheid en uitvoerbaarheid van het besluit heeft plaatsgevonden, voordat overgegaan wordt tot afschot en andere onomkeerbare handelingen?

Vraag 12

Deelt u de mening dat het rapport van de Commissie-Van Geel als beleidskader niet heeft geleid tot een toekomstbestendig maatschappelijk gedragen beheer van het Oostvaardersplassengebied? Zo ja, gezien de maatschappelijke betrokkenheid en onrust, hoe zult u hier actie op ondernemen? Zo nee, waarom niet?

Vraag 13

Klopt het dat volgens de Habitatrichtlijn niet provincies, maar enkel lidstaten verantwoordelijk zijn voor het beheer van Natura 2000-gebieden? Zo ja, hoe heeft u dan toch de overdrachtsovereenkomst met de provincie Flevoland kunnen tekenen? Zo nee, waarom niet?7

Vraag 14

Hoeveel (gezonde) dieren zullen er naar verwachting in de Oostvaardersplassen, volgens de uitvoering van de opdracht van GS aan Staatsbosbeheer, geschoten worden?

Vraag 15

Hoe wordt voorkomen dat hindes geschoten worden en jonge kalfjes zonder moeder achterblijven?

Vraag 16

Hoe wordt voorkomen dat sociale en complexe familiestructuren zowel bij de edelherten als de konikpaarden onherstelbaar worden verstoord?

Vraag 17

Hoe wordt voorkomen dat bij de edelherten paniek uitbreekt in de groep wanneer het massale afschot zal plaatsvinden?

Vraag 18

Deelt u de mening dat het doden van gezonde dieren indruist tegen de erkenning van intrinsieke waarde van het dier? Zo nee, kunt u uitleggen waarom niet?

Vraag 19

Deelt u de mening dat minder ingrijpende alternatieven, zoals het verbinden van de Oostvaardersplassen met andere natuurgebieden, niet alleen in het kader van dierenwelzijn, maar ook vanuit het perspectief van ecologie, de versterking van natuurwaarden en de bevordering van biodiversiteit, serieus onderzocht moeten worden? Zo ja, bent u bereid hier een onderzoek naar te (doen) verrichten?

Vraag 20

Deelt u de mening dat het onacceptabel is om de grote grazers in de Oostvaardersplassen de toegang te ontnemen en te ontzeggen tot beschuttings- en schuilplekken in de bosrandgebieden, waaronder het (volledige) Kotterbos en het Hollands Hout? Zo nee, waarom niet?

Vraag 21

Erkent u dat het tot hun beschikking hebben van voldoende beschuttings- en schuilplekken en de mogelijkheid om te kunnen migreren, voor de grote grazers in de wintertijd letterlijk van levensbelang is?

Vraag 22

Bent u van oordeel dat er in de afgelopen winter voldoende beschuttings- en schuilplekken voor de grote grazers waren in de Oostvaardersplassen?

Vraag 23

Bent u op de hoogte van het feit dat de GS van Flevoland de gemaakte afspraken rondom het creëren van beschuttings- en schuilplekken in het Natura 2000-beheerplan van 2015 niet heeft uitgevoerd, en hier in de afgelopen drie jaar tijd ook geen voorbereidingsmaatregelen voor heeft getroffen? Wat is hierop uw reactie en welke consequenties verbindt u hieraan?

Vraag 24

Deelt u de mening dat de verantwoordelijkheid voor het welzijn van dieren enkel in handen zou moeten liggen van hen die hier zorgvuldig respectvol mee omgaan?

Vraag 25

Deelt u de mening dat de maatregelen uit het besluit van de GS van Flevoland indruisen tegen bestaande beschermende wet- en regelgeving om dier en natuur in de Oostvaardersplassen te beschermen niet getuigen van respect en zorgvuldigheid? Zo nee, waarom niet?

Vraag 26

Bent u, gezien de strijdigheid van artikel 2.3 in de overeenkomst tussen de voormalig Staatssecretaris van Economische Zaken en het College van GS van de provincie Flevoland, te weten dat er is afgesproken dat het college van GS van Flevoland de aanbevelingen ten aanzien van het beleid aangaande de grote grazers van de Beeradviescommissie Oostvaardersplassen (BAC) in acht neemt, en rekening houdt met het tot nu toe gevoerde beleid voor het beheer van de grote grazers in het gebied Oostvaardersplassen aan de hand van het adviesrapport International Commission on the Management of the Oostvaardersplassen 2 (ICMO2) bij het toezien op de uitvoering van het beheer, maar ook de strijdigheid met het recht, bereid om de overeenkomst gesloten met de provincie Flevoland met onmiddellijke ingang te (doen) ontbinden? Zo nee, waarom niet?

Vraag 27

Bent u ervan op de hoogte dat de commissaris van de Koning, ondanks het verzoek van de Partij voor de Dieren Flevoland, geweigerd heeft het besluit en de opdracht om over te gaan tot afschot van edelherten en uitplaatsing van Konikpaarden voor te dragen voor vernietiging bij koninklijk besluit? Bent u bereid om uw bevoegdheden als Minister in te zetten om het besluit en de opdracht alsnog te vernietigen? Zo nee, waarom niet?

Mededeling

Op 26 september 2018 heeft het lid Van Kooten-Arissen (PvdD) vragen gesteld over het besluit van gedeputeerde staten van Flevoland om gezonde edelherten en pasgeboren jongen af te schieten en konikpaarden naar andere gebieden te verplaatsen.

Vanwege de nodige afstemming betreffende de beantwoording kunnen de vragen niet binnen de gebruikelijke termijn van drie weken beantwoord worden. Ik streef ernaar om de vragen zo spoedig mogelijk te beantwoorden.

Naar boven