Vragen van de leden Van Raak en Van Nispen (beiden SP) aan de Ministers van Justitie en Veiligheid, van Infrastructuur en Waterstaat en van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit over illegale drugsdumpingen (ingezonden 28 maart 2019).

Mededeling van Minister Grapperhaus (Justitie en Veiligheid), mede namens de ministers van Infrastructuur en Waterstaat en van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (ontvangen 4 april 2019).

Vraag 1

Nu de Raad van State uitspraak heeft gedaan dat grondeigenaren niet aansprakelijk zijn voor de kosten van het opruimen van drugsafval op eigen terrein, wie is er dan verantwoordelijk?1

Vraag 2

Welke vorderingen heeft het overleg van de werkgroep, die onderhandelt over een vergoeding voor de gemaakte kosten door decentrale overheden, gemaakt?2

Vraag 3

Welk ministerie is hier verantwoordelijk?

Vraag 4

Bent u bereid geld vrij te maken, zoals bij de eerdere regeling tussen 2015 en 2017, omdat het in ieders belang is dat het drugsafval wordt opgeruimd? Zo nee, waarom niet?

Vraag 5

Deelt u de mening dat deze problematiek steeds dringender wordt, dat gemeenten en provincies het niet kunnen betalen en dat voor de veiligheid van burgers en het milieu een snelle oplossing gewenst is? Zo nee, waarom niet?

Mededeling

Hierbij bericht ik u, mede namens de ministers van Infrastructuur en Waterstaat en van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit dat de schriftelijke vragen van de leden Van Raak en Van Nispen (beiden SP) over illegale drugsdumpingen (ingezonden 28 maart 2019) niet binnen de gebruikelijke termijn kunnen worden beantwoord, aangezien nog niet alle benodigde informatie ontvangen is.

Ik streef ernaar de vragen zo spoedig mogelijk te beantwoorden.


X Noot
2

Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2018–2019, nr. 680

Naar boven