Vragen van het lid Alkaya (SP) aan de Minister van Financiën over voortdurende misstanden bij ABN Amro (ingezonden 21 november 2018).

Antwoord van Minister Hoekstra (Financiën) (ontvangen 21 december 2018).

Vraag 1

Kent u het bericht «ABN Amro krijgt geen grip op muitende managers»?1

Antwoord 1

Ja.

Vraag 2

Gaat u, aangezien de Nederlandse staat via NL Financial Investments (NLFI) een substantiële hoeveelheid aandelen heeft in ABN AMRO, in ieder geval de vermeende integriteitsschendingen goed onderzoeken?

Vraag 6

Hoe oordeelt u over het feit dat deze systeembank, die tientallen miljarden euro's aan spaargeld van Nederlanders beheert, constant te maken heeft met onrust?2 Deelt u de mening dat het spaargeld van mensen 100% veilig zou moeten zijn en beheerd zou moeten worden door integere bankiers?

Antwoord 2 en 6

Ik vind integriteit in de financiële sector een zeer belangrijk onderwerp. Het gedrag en de cultuur in de sector moet een uiting zijn van de belangrijke maatschappelijke rol van de sector, en in het bijzonder banken. Integriteit is ook een van de drie pijlers in de agenda financiële sector, naast stabiliteit en innovatie. Het is van belang dat een open en kritische dialoog gevoerd wordt over integriteit binnen financiële instellingen.

Mij is onduidelijk op welke vermeende integriteitsschendingen gedoeld wordt. Als wordt gedoeld op de aantijgingen uit de anonieme brief aan de voorzitter van de raad van commissarissen van ABN AMRO, dan zal ik daar zelf geen onderzoek naar doen. Dit is geen zaak van de aandeelhouder, maar van de raad van bestuur en de raad van commissarissen. Ik heb er vertrouwen in dat de raad van bestuur en raad van commissarissen hier op de juiste wijze mee om gaan.

Vraag 3

Wat vindt u ervan dat de onrust bij ABN AMRO blijft voorbestaan? Welke gevolgen gaat dit hebben voor het voornemen van het kabinet om ABN AMRO volledig naar de markt te brengen?

Vraag 4

Deelt u de mening dat het onverstandig zou zijn om door te gaan met de verkoop van aandelen in ABN AMRO, met name vanwege de aanblijvende misstanden en commotie binnen de bank?

Antwoord 3 en 4

Er is sprake van een anonieme brief. Dat maakt het voor de raad van bestuur en in het bijzonder de voorzitter van de raad van commissarissen, aan wie deze brief gericht is, onmogelijk om rechtstreeks te reageren en het gesprek aan te gaan met de auteur(s) van deze brief. Ik heb vertrouwen in de raad van bestuur en raad van commissarissen van ABN AMRO dat zij adequaat omgaan met deze casus en zie in deze anonieme brief dan ook geen aanleiding om niet door te gaan met verdere afbouw van het belang in ABN AMRO. Het voornemen van het kabinet om ABN AMRO, zo snel als verantwoord mogelijk is, volledig naar de markt te brengen geldt dus nog steeds.

Vraag 5

Vindt u dat NLFI hun taak, «zakelijk, niet-politiek beheer van deelnemingen», met betrekking tot ABN AMRO adequaat uitvoert? Hoe vaak zijn er vóór 13 september, de datum waarop de brandbrief is verstuurd door de managers, misstanden zoals die in de brandbrief staan gemeld aan u? Welke stappen heeft u toen gezet om deze misstanden aan te pakken?

Antwoord 5

Ja, zowel het beheer van de deelnemingen als de adviezen op specifieke onderwerpen zijn bij NLFI in goede handen. NLFI heeft een heldere en duidelijke taakopvatting en voert deze consistent uit.

Behalve uit de media, ben ik niet bekend met de inhoud van deze brief. Ik kan dan ook niet reageren op de inhoud van deze brief. In februari 2018 heb ik een anonieme brief ontvangen. Hier is in de media ook aandacht voor geweest. Ik heb indertijd aan NLFI gevraagd of deze brief onder de aandacht is gebracht van de raad van commissarissen van ABN AMRO. Dat is gebeurd. Sinds de ontvangst van deze brief in februari 2018 is er veel gebeurd bij ABN AMRO. Zo heeft mevrouw Zoutendijk bekendgemaakt niet in aanmerking te willen komen voor een tweede termijn als voorzitter van de raad van commissarissen en is de heer De Swaan benoemd als nieuwe voorzitter van de raad van commissarissen.

Naar boven