Vragen van het lid Sneller (D66) aan de Ministers voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media en van Justitie en Veiligheid over dreigend geweld tegen journalisten (ingezonden 6 december 2017).

Antwoord van Minister Grapperhaus (Justitie en Veiligheid) mede namens de Minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media (ontvangen 29 januari 2018).

Vraag 1

Heeft u kennisgenomen van het artikel «Groot bedrag op hoofd John van den Heuvel; politie praat met No Surrender»?1

Antwoord 1

Ja.

Vraag 2

Hoe beoordeelt u het optreden van de politie en het Openbaar Ministerie (OM), dat direct een strafrechtelijk onderzoek is gestart?

Antwoord 2

Zoals gebruikelijk wanneer aangifte wordt gedaan van bedreiging, beoordelen het OM en de politie of onderzoek wordt ingesteld.

Vraag 3

Bent u bekend met het in juni gepubliceerde rapport «Een dreigend klimaat» dat in opdracht van de Nederlandse Vereniging van Journalisten (NVJ) is geschreven met concrete aanbevelingen om werkomstandigheden en veiligheid van journalisten in Nederland te verbeteren?2

Antwoord 3

Ja.

Vraag 4

Kunt u aangeven op welke wijze u opvolging heeft gegeven aan deze aanbevelingen en de daaropvolgende debatten in de Kamer?3 4

Antwoord 4

Naar aanleiding van de aanbevelingen uit het rapport over de bedreiging van Nederlandse journalisten vinden momenteel gesprekken plaats in de Stuurgroep Bedreigingen Nederlandse Journalisten tussen de politie, het OM, de NVJ, het Genootschap van Hoofdredacteuren en de Vereniging van onderzoeksjournalisten. Over de uitkomsten van die gesprekken wordt u te zijner tijd geïnformeerd.

In het mediabegrotingsdebat heeft het lid Sneller ook de aandacht van de Minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media gevraagd voor het rapport. Die aandacht heeft het. Hoewel de aanbevelingen niet op het terrein van mediabeleid liggen, vindt ook de Minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media het een zeer zorgelijke ontwikkeling als journalisten hun werk niet goed kunnen doen. Persvrijheid is onderdeel van de vrijheid van meningsuiting. In Nederland is de persvrijheid vastgelegd in de Grondwet. Ik vind dat een belangrijk, wezenlijk beginsel. Middels mediabeleid steunt de Minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media daarom de onafhankelijke journalistiek, bijvoorbeeld met subsidies via het Stimuleringsfonds voor de Journalistiek.

Vraag 5

Kunt u een (historisch) overzicht geven van aangiftes van bedreigingen tegen journalisten?

Antwoord 5

Wanneer aangifte wordt gedaan, wordt niet geregistreerd wat het beroep van de aangever is. Om die reden is het niet mogelijk een sluitend overzicht te bieden van dergelijke aangiftes. Er is wel casuïstiek over de risico’s van journalisten; deze wordt regelmatig besproken in de Stuurgroep Bedreigingen Nederlandse Journalisten.

Vraag 6 en 7

Deelt u de mening dat journalisten speciale bescherming verdienen zoals mensen met een publieke taak, bijvoorbeeld ambulancebroeders en politieagenten? Zo nee, waarom niet? Zo ja, bent u bereid de Kamer te informeren over de manier waarop dit het beste kan worden geregeld?

Deelt u de mening dat met spoed aan een oplossing moet worden gewerkt, gezien het herhaalde en ernstige karakter van bedreigingen tegen journalisten en het belang van persvrijheid? Bent u bereid in gesprek te gaan met het OM en de NVJ om te komen tot een actieplan? Zo nee, waarom niet? Zo ja, kunt u de Kamer informeren over de voortgang van dit gesprek?

Antwoord 6 en 7

Uiteraard dienen journalisten hun werk ongehinderd en veilig te kunnen uitvoeren. Elke bedreiging tegen personen is onacceptabel. Elke bedreiging tegen journalisten is onacceptabel. Een vergelijkbare bescherming zoals het programma Veilige Publieke Taak is echter lastig te realiseren. Zoals ook het rapport «Een dreigend klimaat» stelde is een dergelijke geïnstitutionaliseerde aanpak moeilijk te organiseren voor journalisten, gezien de aard van de beroepsgroep en alle ontwikkelingen in het medialandschap. Dit neemt niet weg dat er extra aandacht is voor de bescherming van journalisten. Zoals reeds vermeld vinden hierover momenteel gesprekken plaats tussen de politie, het OM, de NVJ, het Genootschap van Hoofdredacteuren en de Vereniging van onderzoeksjournalisten.

Naar boven