Vragen van de leden Van Oosten en ArnoRutte (VVD) aan de Ministers van Justitie en Veiligheid en voor Rechtsbescherming over het bericht «Lage straf door trage rechtsgang» (ingezonden 28 december 2017).

Mededeling van Minister Dekker (Rechtsbescherming) (ontvangen 19 januari 2018).

Vraag 1

Heeft u vandaag ook het artikel «Lage straf door trage rechtsgang» gelezen?1

Vraag 2

Bent u ook zeer ontstemd over de berichtgeving dat een groot aantal veroordeelden van soms ernstige (zeden)zaken korting op de straf hebben gekregen omdat de zaak te lang op zich liet wachten? Klopt de berichtgeving? Is het inderdaad waar dat tientallen verdachten van (zeer) ernstige zaken en honderden verdachten die zich voor de kanton-, politierechter moesten verantwoorden korting in de duur van straf hebben gekregen, omdat de behandeling van de zaak te lang op zich liet wachten? Wat vindt u hiervan?

Vraag 3

Wat verklaart het trage verloop van deze strafzaken? Welke stappen gaat u ondernemen om dit te veranderen? Hoe gaat u voorkomen dat soms meer dan twee jaar verstrijkt tussen de aanhouding van de verdachte en de veroordeling? Hoe valt dit uit te leggen aan het slachtoffer of de samenleving?

Vraag 4

Wat is uw reactie op de opmerking in het artikel dat onderzoeken forse vertraging oplopen doordat vereiste rapportages van derden niet op tijd klaar zouden zijn? Is dat een structureel vraagstuk bij strafzaken? Zo ja, hoe is dat te verklaren? Welke organisaties spelen hierbij een rol? Wat kunt cq. gaat u daar aan doen?

Vraag 5

In hoeverre speelt het gestelde tekort aan strafrechters bij de noordelijke rechtbanken een rol in het trage verloop van strafzaken? Is dit een specifiek aandachtspunt voor de noordelijke rechtbanken of speelt dit in het hele land? Hoe pakt u dit aan? Is het eventueel mogelijk rechters van elders in het land tijdelijk in te zetten om achterstanden weg te werken? Zo nee, waarom niet?

Vraag 6

Wat is uw reactie op de opmerking van de persofficier van justitie dat naarmate het verloop van de strafzaak langer duurt, de behoefte om te vergelden afneemt?

Vraag 7

Hoe valt een korting op de straf te rechtvaardigen richting slachtoffers? Welke rechtvaardiging bestaat er om op basis van traag verloop van een strafzaak een lagere straf op te leggen? Welke inzet mag de Kamer van uw zijde verwachten om dit tegen te gaan?

Mededeling

Hierbij deel ik u mede dat de schriftelijke vragen van de leden Van Oosten en Arno Rutte (VVD) van uw Kamer aan de Minister voor Rechtsbescherming over het bericht «Lage straf door trage rechtsgang (ingezonden 28 december 2017) niet binnen de gebruikelijke termijn kunnen worden beantwoord, aangezien nog niet alle benodigde informatie is ontvangen.

Ik streef ernaar de vragen zo spoedig mogelijk te beantwoorden.


X Noot
1

Dagblad van het Noorden

Naar boven