Vragen van het lid Leijten (SP) aan de Minister van Financiën over de aanstaande overname van de Nederlandse tak van het Italiaanse Generali door Verzekeraar ASR Nederland (ingezonden 15 september 2017).

Antwoord van Minister Dijsselbloem (Financiën) (ontvangen 3 oktober 2017)

Vraag 1 en 2

Was u als (voormalig) aandeelhouder van ASR op de hoogte van de overnamestrijd van Generali Nederland NV? Kunt u uw antwoord toelichten?1

Hoe heeft de Nederlandse Staat als grootaandeelhouder van Verzekeraar ASR Nederland de risico’s van deze overname van de Nederlandse tak van het Italiaanse Generali ingeschat? Bent u bereid deze analyse van de gevolgen en de risico’s van de overname te delen met de Kamer? Wilt u als deze analyse niet ingaat op het risico van waardeverlies van de aandelenportefeuille van de Nederlandse Staat, separaat ingaan op dit onderwerp?2

Antwoord 1 en 2

Het was mij bekend dat Generali Group een proces had ingericht om onder andere tot de verkoop van haar Nederlandse divisie te komen. Berichten hierover zijn sinds maart van dit jaar in de media verschenen. Ik was niet bekend met het feit dat a.s.r. in gesprek was met Generali Group en een besluit had genomen over de voorgenomen transactie om Generali Nederland N.V. voor EUR 143 mln. over te nemen. Ik ben geïnformeerd over de voorgenomen overname op woensdag 13 september 2017 gelijktijdig met het persbericht van a.s.r. hierover.

Op basis van de op 30 mei 2016 tussen NLFI en a.s.r. gesloten relationship agreement, was er geen verplichting voor a.s.r. om NLFI over deze voorgenomen overname te informeren, aangezien NLFI ten tijde van de voorgenomen overname van Generali Nederland N.V., minder dan 33⅓% van de aandelen in a.s.r. in haar bezit had. Daarnaast behoeft het besluit van a.s.r. inzake de voorgenomen transactie niet de voorafgaande instemming van NLFI of andere aandeelhouders, omdat NLFI minder dan 33⅓% van de aandelen in a.s.r. in haar bezit had en de transactie een waarde heeft die lager is dan 10% van het eigen vermogen van a.s.r.

De staat heeft derhalve geen risicoanalyse uitgevoerd naar aanleiding van de overname van Generali Nederland door a.s.r. Ik zie geen aanleiding om te veronderstellen dat de aandelenportefeuille van de staat door deze overname in waarde verminderd is. Voor de volledigheid, de dag na publicatie van de voorgenomen overname heeft de staat zijn laatste aandelen a.s.r. verkocht. Eventuele toekomstige waardeveranderingen naar aanleiding van deze overname komen hierdoor niet meer ten gunste of ten laste van de staat.

Vraag 3

Verbaast het u dat Verzekeraar ASR Nederland in een krimpende markt een verlieslijdende concurrent wil overnemen? Hoe beschouwt u dit, in de wetenschap dat gemiddeld twee derde van de overnames in het bedrijfsleven geen waarde creëert?3

Antwoord 3

Nee, DNB heeft bijvoorbeeld in december 2016 in haar «Visie op de toekomst van de Nederlandse verzekeringssector»4 het volgende aangegeven:

Verzekeraars staan (...) voor strategische keuzes op het gebied van kostenbesparing, innovatie, specialisatie, internationalisatie en horizontale dan wel verticale integratie. In de huidige lage rente omgeving geldt dat in het bijzonder voor levensverzekeraars met langlopende verplichtingen. Maar ook schadeverzekeraars dienen zich te herbezinnen op hun bedrijfsmodel, tegen de achtergrond van een grote concurrentie in deze markt en winstmarges die onder druk staan. Wat een passende oplossing is, verschilt per verzekeraar. Partijen die niet in staat zijn om zich aan te passen aan de veranderende omgeving zullen op zoek moeten naar alternatieven: consolidatie of de afbouw van activiteiten.

Juist in een krimpende markt kan het belangrijk zijn om kosten te besparen door bijvoorbeeld schaalvergroting.

Vraag 4

Hoe verklaart u dat tegenover de overnamesom van 200 miljoen ook een boekenverlies staat voor de Italiaanse moedermaatschappij van 270 miljoen? Was de Nederlandse dochter overgewaardeerd of zijn er andere redenen voor dit verlies?

Antwoord 4

Het boekverlies bij de Italiaanse moedermaatschappij ontstaat doordat de overnamesom lager is dan het boekhoudkundig eigen vermogen. Naar de mening van a.s.r. is de boekwaarde van het eigen vermogen van Generali Nederland inderdaad niet gelijk aan de waarde die het in het economisch verkeer vertegenwoordigt. De overnamesom is bepaald aan de hand van marktconforme waarderingsmethodes. Daarbij wordt ook rekening gehouden met de onderkapitalisatie bij Generali Nederland. a.s.r. verwacht dat de totale kapitaalverplichting, inclusief de overnamesom, circa EUR 200 miljoen bedraagt.

Vraag 5

Kunt u aangeven hoeveel banen mogelijk verloren gaan bij beide organisaties als gevolg van deze overname? Bent u bereid een overzicht te geven van de banen die in deze sector in de afgelopen vijf jaar, van 2012 tot 2017, verloren zijn gegaan?

Antwoord 5

a.s.r. geeft aan dat verlies van arbeidsplaatsen bij integratie niet kan worden uitgesloten en dat het nu nog te vroeg is om aan te geven of er daadwerkelijk banen verloren gaan en om hoeveel banen het dan gaat.

Het UWV meldt over de werkgelegenheid in de financiële sector het volgende5:

De afgelopen jaren is het aantal werknemersbanen afgenomen van 259.000 in 2012 naar 232.000 in 2016 (–10%). Ook in 2017 en 2018 wordt een afname van het aantal werknemersbanen verwacht van in totaal 5%. Het aantal zzp’ers laat wel een toename zien in de afgelopen jaren. Voor 2017 en 2018 wordt een lichte toename van het aantal zzp’ers voorzien. Het aantal banen van werknemers daalt al sinds 2008. Naast de financiële en economische crisis is de belangrijkste oorzaak de opkomst van dienstverlening via internet. Steeds meer dienstverlening zoals betalingen en het afsluiten van verzekeringen gaat tegenwoordig digitaal. Het aantal fysieke (lokale) kantoren krimpt steeds verder. Een aantal banken en verzekeraars heeft aangekondigd het personeelsbestand verder in te krimpen.

Naar boven