Vragen van de leden Westerveld (GroenLinks), Kwint (SP), Van den Hul (PvdA) en Van Raan (PvdD) aan de Ministers van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap en voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media over het bericht «Steeds meer kinderen in «plofklassen»» (ingezonden 17 november 2017).

Mededeling van Minister Slob (Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media), mede namens de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (ontvangen 15 december 2017).

Vraag 1

Bent u bekend met het met het bericht «Steeds meer kinderen in «plofklassen»»?1

Vraag 2

Klopt het dat steeds meer kinderen op de basisschool in grotere klassen zitten? Klopt het tevens dat kleinere klassen kleiner worden en grote klassen groter? Zo ja, waarom wel? Zo nee, waarom niet?

Vraag 3

Kunt u een overzicht geven van de gemiddelde klassengrootte in de afgelopen tien jaar, met daarin het onderscheid tussen groeps- en klassengrootte?2

Vraag 4

Klopt het dat volle klassen in het voortgezet onderwijs en het middelbaar beroepsonderwijs (mbo) ook steeds meer voorkomen? Zo nee, waarom niet?

Vraag 5

Kunt u een overzicht geven van de ontwikkeling in klassengrootte in het voortgezet onderwijs en het mbo?

Vraag 6

Kunt u ons een overzicht sturen van de ontwikkeling van het aantal leerlingen ten opzichte van het aantal leraren, management en onderwijsondersteunend personeel, waarbij het ondersteunend wordt uitgesplitst in functies als instructeur, IB’er, conciërge, etc.? Kunt u dit uitsplitsen per sector?

Vraag 7

Kunt een uitsplitsing maken tussen de klassengrootte en de grootte van de school? Is er een relatie tussen volle klassen en grote steden?

Vraag 8

Deelt u de mening dat doorgaans financiële redenen ten grondslag liggen aan de toename van de grote klassen (per sector)? Of bent u van mening dat voor alle grote klassen bewust is gekozen, bijvoorbeeld vanwege innovatieve lesmethoden?

Vraag 9

Kunt u een overzicht geven van de verschillende onderwijsvormen waarmee wordt geëxperimenteerd met groepsgrootte. Heeft u signalen dat dit soort experimenten wordt aangejaagd door een tekort aan personeel?

Vraag 10

Deelt u de mening dat grote klassen in het algemeen de werkdruk verhogen, omdat de leerkracht bijvoorbeeld meer oudergesprekken, meer nakijkwerk, meer verslagen en andere administratie heeft? Zo nee, waarom niet?

Vraag 11

Kunt u nader ingaan op de zorgen van ouders dat volle klassen ten koste gaan van de aandacht voor kinderen? Wat is het effect van een volle klas op kwaliteit van het onderwijs? Kunt u in uw reactie ook ingaan op verschillende onderzoeken die uitwijzen dat volle klassen ten koste gaan leerprestaties?3

Vraag 12

Kunt u bevestigen dat uit recent onderzoek van DUO Onderwijsonderzoek & Advies blijkt het vaak voorkomt dat leerlingen met behoefte aan extra ondersteuning, ondanks de hulp die ze krijgen, toch moeilijk hebben op de basisschool? Kunt u bevestigen dat van de ondervraagde leerkrachten 64% aangeeft dat dit vooral komt doordat deze leerlingen onvoldoende individuele aandacht krijgen om goed mee te kunnen komen?4 Wat betekent de toename van volle klassen voor deze leerlingen binnen het passend onderwijs?

Vraag 13

Herkent u het beeld in het bovengenoemde onderzoek van DUO Onderwijsonderzoek & Advies dat het aantal uur extra «handen» in het primair onderwijs is afgenomen sinds de invoering van passend onderwijs (van 3,6 uur naar 2,3 uur)? Kunt u een overzicht geven van het aantal leerlingen met ondersteuningsbehoefte ten opzichte van het aantal leraren en onderwijsondersteunend personeel?

Vraag 14

Bent u bereid om deze grote groei van grote klassen, samen met het onderwijsveld, aan te pakken en in te zetten op het verkleinen van klassen? Zijn de extra middelen die het nieuwe kabinet heeft vrijgemaakt om de werkdruk in het primair onderwijs te verlichten voldoende? Wat zijn de mogelijkheden in het voortgezet onderwijs en mbo?

Vraag 15

Ziet u mogelijkheden om op schoolniveau te werken met een gemiddelde groepsgrootte en hier afspraken over te maken met de verschillende sectoren?

Vraag 16

Ziet u andere oplossingen om het groter worden van veel klassen te voorkomen?

Mededeling

Op 17 november jongstleden hebben de leden Westerveld (GroenLinks), Kwint (SP), Van den Hul (PvdA) en Van Raan (PvdD) vragen gesteld (2017Z15664) over het bericht «steeds meer kinderen in plofklassen».

Beantwoording van deze vragen is binnen de gestelde termijn niet mogelijk, omdat verzamelen en afstemmen van de benodigde informatie meer tijd behoeft. Ik zal de vragen van de leden Westerveld (GroenLinks), Kwint (SP), Van den Hul (PvdA) en Van Raan (PvdD) zo spoedig mogelijk, maar in ieder geval voor het Kerstreces, beantwoorden.


X Noot
2

Met klassengrootte wordt bedoeld dat in combinatieklassen de groepen in een klas worden opgeteld.

X Noot
4

DUO Onderwijsonderzoek & Advies, Onderzoek passend onderwijs 2017, september 2017

Naar boven