Vragen van de leden Van Dam (CDA) en Tellegen (VVD) aan de Minister van Justitie en Veiligheid over het bericht «Politie begint tóch met stopformulieren» (ingezonden 3 november 2017).

Antwoord van Minister Grapperhaus (Justitie en Veiligheid) (ontvangen 22 november 2017).

Vraag 1

Hebt u kennisgenomen van het bericht «Politie begint tóch met stopformulieren»?1

Antwoord 1

Ja

Vraag 2, 3, 4

Is het waar dat de politie Den Haag nu ook meedoet aan de landelijke pilot, waarbij politieagenten moeten registreren waarom ze iemand staande houden?

Kunt u aangeven hoe deze registratie in de praktijk precies in zijn werk gaat?

Kunt u tevens aangeven tot wanneer deze pilot loopt en welke andere politie-eenheden hieraan meedoen?

Antwoord 2, 3, 4

De politie Den Haag neemt deel aan een landelijke pilot met de app Mobiel Effectiever Op Straat (MEOS). In het kader van meer informatie gestuurd politiewerk, waarover u eerder bent geïnformeerd, is aan deze app de mogelijkheid toegevoegd om staandehoudingen en de afhandeling ervan te registreren.2 Dit is een andere werkwijze dan het gebruik van zgn. stopformulieren.

Het doel van de pilot is om de proactieve controle – controles van personen en/ of voertuigen zonder dat sprake is van een strafrechtelijke verdenking – verder te professionaliseren. Dit gebeurt enerzijds door toepassing van een handelingskader voor proactief controleren en anderzijds door het verbeteren van de informatiepositie van de agent rond de uitvoering van dergelijke controles.

In het kader van de pilot worden alle bevragingen en/of fysieke controles van personen en voertuigen (met eventuele relevante bevindingen) in het politiesysteem geregistreerd. Op deze wijze ontstaat inzicht in de controlehistorie van een persoon of voertuig. Zo wordt de agent op straat ondersteund bij zijn afweging om al dan niet proactief te controleren.

De politie is momenteel bezig met de voorbereiding van de pilots, die in overeenstemming zijn met de landelijke wet- en regelgeving. Het streven is om de pilots uit te voeren in de periode december 2017 t/m mei 2018. Voor de pilot zijn in het land 9 teams benaderd, met een verschillende context (landelijk gebied, stedelijk, grensoverschrijdende teams) uit de eenheden Den Haag, Amsterdam, Rotterdam, Midden-Nederland, Oost-Brabant, Oost-Nederland en de Landelijke Eenheid.

Vraag 5

Onderschrijft u nog steeds de tot nog toe gevolgde beleidslijn dat er bij de Nederlandse politie geen stopformulieren ingevoerd zullen worden? Zo nee, kunt u de wijziging van de beleidslijn beargumenteren?

Antwoord 5

Ja, dat onderschrijf ik nog steeds.

Vraag 6

Wanneer wordt de Kamer geïnformeerd over de effectiviteit van deze pilot en kan hierbij ook aangegeven worden in welke mate deze pilot leidt tot extra administratieve lasten voor de individuele politieambtenaar?

Antwoord 6

Ik zal uw Kamer voor het najaar van 2018 informeren over de uitkomsten van de pilots. Over de wijze waarop de politie etnisch profileren tegen gaat zal ik u informeren in de brief die de vaste commissie van Justitie en Veiligheid heeft gevraagd tijdens de Regeling van Werkzaamheden van 15 november jl.


X Noot
1

AD/Haagsche Courant, 1 november 2017

X Noot
2

Aanhangsel Handelingen II 2014/2015, 2385

Naar boven