Vragen van de leden Ten Broeke en Bosman (beiden VVD) aan de Ministers van Buitenlandse Zaken en van Defensie over gezamenlijke productie van S500-raketten door Turkije en Rusland (ingezonden 15 juni 2018).

Antwoord van Minister Blok (Buitenlandse Zaken) en van Minister Bijleveld-Schouten (Defensie) (ontvangen 12 juli 2018).

Vraag 1

Bent u bekend met het bericht «Turkey proposes Russia «joint production of S-500 missiles»»?1

Antwoord 1

Ja.

Vraag 2, 3, 4

Kunt u bevestigen dat de Republiek Turkije een voorstel heeft gedaan aan de Russische Federatie om gezamenlijk S500-raketten – die onder andere ballistische raketten kunnen onderscheppen – te produceren?

Heeft de NAVO, bijvoorbeeld bij monde van de secretaris-generaal, of NAVO-bondgenoten reeds gereageerd op het Turkse voornemen?

Hoe verhoudt het Turkse voornemen zich tot in NAVO-verband gemaakte afspraken over ontwikkeling of productie van dergelijk materieel (met niet-bondgenoten)?

Antwoord 2, 3, 4

Het betreft berichten in de Turkse media. Nederland noch de NAVO is over een dergelijk voornemen geïnformeerd. Het kabinet kan deze berichten daarom niet bevestigen en wil hier niet over speculeren.

Vraag 5

Deelt u de zorg dat dergelijke samenwerking zowel de eenheid als de afschrikkingskracht van het NAVO-bondgenootschap zou kunnen ondermijnen?

Antwoord 5

De aanschaf van wapensystemen is een soevereine aangelegenheid. Ook in het NAVO-bondgenootschap blijft deze autonomie gewaarborgd. Er bestaat geen NAVO-regelgeving voor de aanschaf van wapensystemen voor nationale toepassing, noch heeft de NAVO de bevoegdheid om de aanschaf van wapensystemen tegen te houden. Wel wordt ernaar gestreefd de nationale wapensystemen van bondgenoten zoveel mogelijk op elkaar te laten aansluiten, onder meer met het oog op efficiency en interoperabiliteit.

Vraag 6, 7

Kunt u zich herinneren dat de ambtsvoorganger van de Minister van Buitenlandse Zaken op 15 november 2018 in antwoord op vragen van de Tweede Kamer over de S400-systemen liet weten dat «Nederland noch de NAVO formeel [is] geïnformeerd over een overeenkomst met Rusland»?2 Zijn de NAVO en/of Nederland inmiddels wel over de overeenkomst tussen Turkije en Rusland over de S400-systemen geïnformeerd?

Heeft de Amerikaanse kritiek op de aanschaf van S400-systemen van de Russische Federatie door Turkije iets opgeleverd?3

Antwoord 6, 7

Tot op heden is Nederland noch de Noord-Atlantische Raad formeel geïnformeerd over de overeenkomst. Het valt niet te zeggen of kritiek op de voorgenomen aanschaf al dan niet effect heeft gehad.

Vraag 8

Kunt u zich herinneren dat uw ambtsvoorgangers op 28 augustus 2017 schreven dat het «nagenoeg [is] uitgesloten dat een S-400 luchtverdedigingssysteem, dat mogelijk door Turkije wordt aangeschaft, zal worden geïntegreerd met NAVO-systemen en entiteiten»?4 Kan ook (nagenoeg) worden uitgesloten dat de S400-systemen, zodra deze in Turkse handen zijn, niet worden bediend door Russisch personeel? Zo nee, is deze zorg enkel door de VS of ook door andere verdragspartijen aangekaart?

Antwoord 8

Voordat wapensystemen kunnen worden toegepast in NAVO-netwerken en systemen moeten deze aan de NAVO-eisen voldoen. Hier worden zowel technische specificaties als veiligheidsoverwegingen meegewogen, zoals het weglekken van technologie naar niet NAVO-landen. Het is daarom nagenoeg uitgesloten dat een S-400 luchtverdedigingssysteem zal worden geïntegreerd met NAVO-systemen en entiteiten.

De aanschaf van wapensystemen is een soevereine aangelegenheid. Ook binnen het NAVO-bondgenootschap blijft deze autonomie gewaarborgd. Er bestaat binnen de NAVO dan ook geen regelgeving voor de aanschaf van wapensystemen voor nationale toepassing, noch heeft de NAVO de bevoegdheid om de aanschaf van wapensystemen tegen te houden. Hetzelfde geldt voor de omgang met de wapensystemen wanneer deze in gebruik zijn genomen. Nederland doet geen uitspraken over standpunten van andere bondgenoten. Wel kan het kabinet delen dat meerdere bondgenoten hun zorgen hebben uitgesproken over de Turkse intentie om het S-400 systeem aan te schaffen. Ook Nederland heeft zorgen uitgesproken bij SG NAVO.


X Noot
2

Schriftelijke antwoorden op vragen gesteld tijdens de eerste termijn van de begrotingsbehandeling van Buitenlandse Zaken op 14 november 2017 (Documentnr. 2017D32412).

X Noot
4

Aanhangsel handelingen Tweede Kamer 2016–2017, nr. 2550

Naar boven