Vragen van het lid Van der Molen (CDA) aan de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap over het artikel «Populariteit Psychologie en Kunstmatige Intelligentie leidt tot studentenstop» (ingezonden 11 juni 2018).

Antwoord van Minister Van Engelshoven (Onderwijs, Cultuur en Wetenschap) (ontvangen 4 juli 2018).

Vraag 1

Bent u bekend met het artikel «Populariteit Psychologie en Kunstmatige Intelligentie leidt tot studentenstop»?1

Antwoord 1

Ja.

Vraag 2

Wat vindt u ervan dat de invoering van een numerus fixus voor de opleiding psychologie door de Universiteit Utrecht, een indirect gevolg is van de populariteit van de Engelstalige psychologiestudies elders in het land?

Antwoord 2

De Universiteit Utrecht heeft mij te kennen gegeven dat de aangekondigde numerus fixus het gevolg is van een groot aantal inschrijvingen. De Universiteit Utrecht heeft op dit moment geen aanleiding te veronderstellen dat dat komt door de populariteit van (Engelstalige) opleidingen elders.

Vraag 3

In hoeverre vindt u het ook onwenselijk dat Nederlandstalige opleidingen de zwakke studenten zouden trekken en het imago van «gemakkelijk» krijgt?

Antwoord 3

Ik heb moeite met de term «zwakke student» en ik zou een student niet snel als zodanig bestempelen. Ook de aanname dat Nederlandstalige opleidingen het predicaat «makkelijk» krijgen, herken ik niet. Het gaat hier om geaccrediteerde opleidingen die aan dezelfde standaarden worden getoetst en waarvoor geldt dat studenten aan het vastgestelde eindniveau moeten voldoen.

Bovendien zijn er geen signalen dat opleidingen zonder numerus fixus studenten met mindere leerprestaties aantrekken. De studenten voldoen, evenals de studenten die hebben deelgenomen aan de decentrale selectie, aan de vooropleidingseisen en hebben een studiekeuzecheck gehad waaruit blijkt of de opleiding bij hen past.

Vraag 4

Deelt u de mening dat hier een probleem is ontstaan ten aanzien van de toegankelijkheid van ons onderwijs en de balans zoek is? Kunt u uw antwoord toelichten?

Antwoord 4

Nee, ik deel deze opvatting niet. De Universiteit Utrecht stelt voor deze opleiding een numerus fixus in, omdat zij niet kan instaan voor de kwaliteit van het onderwijs als de opleiding excessief groeit. Dat is een valide reden om een tijdelijke capaciteitsbeperking in te stellen. Ik ben geen voorstander van numeri fixi, omdat het leidt tot een beperking van de toegankelijkheid. Tegelijkertijd kan ik me voorstellen dat in sommige gevallen een tijdelijke numerus fixus de oplossing is om de kwaliteit van het onderwijs te kunnen blijven garanderen. Deze casus (de opleiding Psychologie aan de Universiteit Utrecht) is zo’n geval.

Vraag 5

Bent u bereid, in lijn met uw uitspraken in de internationaliseringsbrief van 4 juni 2018 over de aanpak van problemen met toegankelijkheid2, acties te ondernemen om de balans in deze casus te herstellen? Zo ja, op welke manier? Zo nee, waarom niet?

Antwoord 5

Zie mijn antwoord op vraag 4.

Naar boven