Vraag 2, 3, 4, 5, 6, 8
Welke verklaring geeft u voor het feit dat Stichting Gave in 50% van de onderzochte
dossiers, waarbij Gave over dezelfde informatie beschikt als de Immigratie- en Naturalisatiedienst
(IND), moet concluderen dat de IND het besluit (de afwijzing) onzorgvuldig en ondeskundig
heeft genomen?
Hoe verklaart u dat er door de IND niet inhoudelijk wordt ingegaan op de conclusie
van Stichting Gave dat IND-medewerkers te vaak onvoldoende deskundigheid laten zien
in bekeringszaken en dat er volgens Gave met regelmaat sprake is van vooringenomenheid
bij IND-medewerkers, terwijl Gave hier in de afgelopen maanden met regelmaat voorbeelden
van naar de IND heeft gestuurd? Ook heeft Gave op 27 maart 2018 een adviesbrief naar
de IND gestuurd, waarop geen inhoudelijke reactie is gekomen. Hoe beoordeelt u dit
in het licht van uw voornemen om deskundigen op een goede manier bij het asielproces
te betrekken?
Hoe beoordeelt u het eerdere commentaar van de commissie-Plaisier en de forse kritiek
van Stichting Gave in het licht van de aangenomen motie-Groothuizen c.s. (Kamerstuk
34 775 VI, nr. 67) over de geloofwaardigheid van bekeerlingen? Hoe staat het met de uitvoering van
deze motie?
Klopt het dat, ondanks eerdere toezeggingen van u aan de Kamer dat de rapporten van
onder meer Stichting Gave en de commissie-Plaisier inhoudelijk moeten worden meegewogen,
deze rapporten zonder inhoudelijke motivering ter zijde worden gelegd door de IND
of door de rechter?
Bent u bereid om onafhankelijk te laten beoordelen of de stelling van Stichting Gave
juist is dat procesvertegenwoordigers van de IND ter rechtszitting stellen dat de
rapporten van de commissie-Plaisier en Stichting Gave niet relevant zijn voor de individuele
beoordeling (bijvoorbeeld omdat ze aangeven dat de IND zelf terzake deskundig is)
en daarmee van tafel worden geveegd?
Bent u bereid de zes oplossingen die Stichting Gave verwoordt in haar tweede bijlage,
(Kritiek en oplossingen voor de IND) voor het verbeteren van de beoordeling van bekeerlingen,
over te nemen? Wanneer u een of meerdere oplossingen niet wilt overnemen, kunt u dan
per oplossing beargumenteren waarom niet?
Antwoord 2, 3, 4, 5, 6, 8
De IND heeft de expertise om tot een zorgvuldig en deskundig oordeel te komen over
de geloofwaardigheid van een bekering. Van belang hierbij is dat de IND een integraal
oordeel geeft op basis van het hele dossier van de vreemdeling, waaronder bijvoorbeeld
ook actuele informatie over de situatie in het land van herkomst. Daarnaast weegt
de IND ook informatie van derden mee. De weging van de waarde van een verklaring van
een derde is afhankelijk van de gegevens in het volledige dossier en de inhoud van
de door derden ingebrachte gegevens. De conclusies van Stichting Gave ten aanzien
van de onzorgvuldigheid en ondeskundigheid van de IND worden door mij dan ook niet
gedeeld.
Zoals u bekend is, zal ik uw Kamer voor het zomerreces een reactie sturen op de motie
Groothuizen c.s inzake de geloofwaardigheidsbeoordeling van lhbt-asielzoekers en bekeerlingen
door de IND. Alle input die daarbij geleverd is door bijvoorbeeld Stichting Gave,
maar ook de Commissie Plaisier, wordt daarbij betrokken. In de brief aan uw Kamer
zal ingegaan worden op de in deze schriftelijke vragen aangesneden onderwerpen. Ook
de positie van rapporten en verklaringen van derde partijen zal daarbij uitdrukkelijk
aan bod komen.
Vraag 7
Klopt het dat er geen beoordelingskader is voor de toetsing van bekeerlingen (Gave
stelt dat er alleen een «vaste gedragslijn» is voor de gehoren)? Op welke (onafhankelijke)
gronden wordt de beoordeling dan wel gemaakt? Deelt u de mening dat het noodzakelijk
is dat er een dergelijk beoordelingskader moet komen?
Antwoord 7
Het klopt dat er bij de beoordeling van bekeringsaanvragen tot op heden sprake was
van een vaste gedragslijn, welke door de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad
van State geaccordeerd is. Deze gedragslijn is vastgelegd in een intern informatiebericht
van de IND. De gedragslijn geldt niet enkel voor de gehoren, maar betreft het hele
beoordelingskader van aanvragen waarin een bekering als asielmotief wordt aangevoerd.
In de eerdergenoemde brief die uw Kamer voor het zomerreces ontvangt, zal ik het toetsingskader
kenbaar maken.