Vragen van het lid Groothuizen (D66) aan de Minister van Justitie en Veiligheid over verstoorde verhoudingen in de top van het Openbaar Ministerie (ingezonden 17 mei 2018).

Mededeling van Minister Grapperhaus (Justitie en Veiligheid) (ontvangen 8 juni 2018).

Vraag 1

Kent u het bericht «Verhouding in top OM verstoord»?1

Vraag 2

Klopt de berichtgeving dat de hoofdofficier van justitie van Rotterdam en de hoofdofficier van justitie van het Functioneel Parket een liefdesrelatie hebben gehad? Zo ja, hoe lang en op welke manier heeft deze relatie hun integriteit en hun werkzaamheden voor het openbaar ministerie (OM) op ongeoorloofde wijze beïnvloed?

Vraag 3

Klopt het dat deze relatie in strijd met de Gedragscode Integriteit Rijk is verzwegen?

Vraag 4

Hoe zou u de vertrouwenscrisis binnen het OM omschrijven die dientengevolge is ontstaan? Hoe beoordeelt u dat?

Vraag 5

Wat is de reden dat de heer Van Nimwegen uit het college van procureurs-generaal is gezet en is overgeplaatst naar Rotterdam?

Vraag 6

Hoe beoordeelt u de uitspraak van de voorzitter van het College van procureurs-generaal dat het een eigenstandige beslissing van het College is geweest om de heer Van Nimwegen over te plaatsen?

Vraag 7

Was het risico bij de overplaatsing niet groot dat dit opnieuw zou leiden tot integriteitsschendingen als beiden deel zouden gaan uitmaken van de Groepsraad? Zo nee, waarom niet?

Vraag 8

Welke mogelijkheden ziet u om het vertrouwen te herstellen en het onveilige gevoel binnen het OM, althans de Groepsraad, weg te nemen?

Vraag 9

Klopt het dat portefeuillehouder integriteit binnen het OM binnen de OM-top geen gehoor vindt over mogelijke zorgen voor integriteitsschendingen? Zo nee, wat is er gedaan met haar aanbevelingen? Zo ja, welke maatregelen gaat u nemen, zodat de portefeuillehouder zijn werk (in de toekomst) goed kan doen?

Mededeling

Hierbij deel ik u mede dat de schriftelijke vragen van het lid Groothuizen (D66) van uw Kamer aan de Minister van Justitie en Veiligheid over verstoorde verhoudingen in de top van het Openbaar Ministerie (ingezonden 17 mei 2018) niet binnen de gebruikelijke termijn kunnen worden beantwoord, aangezien nog niet alle benodigde informatie is ontvangen.

Ik streef ernaar de vragen zo spoedig mogelijk te beantwoorden.

Naar boven