Aanhangsel van de Handelingen
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Nummer | Datum ontvangst |
---|---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2017-2018 | 2093 |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Nummer | Datum ontvangst |
---|---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2017-2018 | 2093 |
Kent u het bericht van de Wageningen Universiteit over de mogelijke oorzaken van strandingen van walvissen?1
Kunt u aangeven welke onderzoeken er lopen of welke onderzoeken gepland staan naar de oorzaak van strandingen van levende, grote walvisachtigen?
Er loopt pathologisch onderzoek van overleden gestrande potvissen. Dit onderzoek geeft informatie over hun voedsel en wellicht over de doodsoorzaak, en wordt gedaan door Wageningen Marine Research (WMR) en de Universiteit Utrecht (UU).
WMR doet sinds 2016 ook onderzoek naar de herkomst van potvissen, door de staarten van potvissen die gestrand zijn te vergelijken met levende dieren.
Deelt u de mening dat grote walvissen niet in gevangenschap gehouden kunnen worden? Zo ja, bent u bereid de optie voor de permanente opvang voor walvissen uit de nieuwe leidraad te halen? Zo nee, kunt u aangeven waarom u van mening bent dat grote walvisachtigen in gevangenschap gehouden kunnen worden?2
De leidraad is specifiek opgesteld voor strandingen van levende grote walvisachtigen en heeft betrekking op een stranding van een levende baleinwalvis (ongeacht de grootte) en een stranding van een tandwalvis groter dan 3 meter.
Dit onderscheid is gemaakt omdat terugbrengen van het dier meer kans van slagen heeft bij tandwalvissen en dolfijnen dan bij baleinwalvissen. Zo stranden baleinwalvissen (zowel volwassenen als jongen) meestal alleen als ze ziek of ernstig gewond zijn. Pogingen om deze zware dieren te verplaatsen of naar zee te verslepen veroorzaken stress en kunnen leiden tot weefselschade en verdere/ernstigere verwonding van de walvis.
Dit onderscheid is overigens ook al gemaakt in eerdere versies van de leidraad en betreft dus geen wijziging.
Ik deel de mening dat baleinwalvissen en walvissen groter dan 5 meter niet in gevangenschap kunnen worden gehouden. In de leidraad staat daarom bij scenario 2 op pagina 16 «Tijdelijke opvang, daarna terug in zee» en ook dat «tijdelijke opvang van een baleinwalvis, van een tandwalvis groter dan 5 meter en van een diepzee spitssnuitdolfijn niet mogelijk is».
Levende strandingen van dolfijnen of kleinere tandwalvissen (ook tussen 3 en 5 meter) gebeuren wel en zij kunnen opgevangen worden voor rehabilitatie, in het geval dat zij niet direct terug kunnen worden gebracht in zee. Hiervoor gelden wel strikte voorwaarden, zoals benoemd in de leidraad, bijvoorbeeld dat deskundige veterinaire zorg aanwezig is en er passende faciliteiten beschikbaar zijn.
Kunt u opsommen welke faciliteiten er in Nederland bestaan die geschikt zijn voor het permanent houden van grote walvisachtigen?
In Nederland bestaan geen faciliteiten die geschikt zijn voor het permanent houden van baleinwalvissen of tandwalvissen groter dan 5 meter.
Kunt u aangeven wat voor onderzoeken, zoals verwoord in de leidraad, toegepast kunnen worden bij grote walvisachtigen in gevangenschap en waar, wat u betreft, de grens ligt met het gebruiken van walvisachtigen ter vermaak van mensen? Zo nee, waarom niet?
Kunt u aangeven wat u verstaat onder educatie, zoals verwoord in het leidraad, en waar de grens ligt met het gebruiken van walvisachtigen ter vermaak van mensen? Zo nee, waarom niet?
Onderzoek aan dieren in gevangenschap levert waardevolle informatie op, die ons kan ondersteunen in de bescherming van de dieren. Als het gaat over tandwalvissen kleiner dan 5 meter, dan kan het bijvoorbeeld gaan over onderzoek hoe dieren op geluid reageren. Dit is belangrijk in verband met menselijke activiteiten op zee, zoals heien bij de bouw van windparken, seismisch onderzoek of explosies van gevonden munitie. Onderzoek kan ook over hun gedrag, communicatie, fysiologie of intelligentie gaan.
Onder educatie versta ik bijvoorbeeld het publiek informeren over bedreigingen, en wat iedereen kan doen voor bescherming.
De grens met het gebruiken van walvisachtigen ter vermaak dan wel onderzoek of educatie kan niet worden aangeduid. Walvisachtigen die gehouden worden in dierentuinen vallen onder dezelfde wetgeving als overige dierentuindieren. Een van de voorschriften daarbij is dat dierentuinen de gehouden soorten dienen te gebruiken voor educatie en/of onderzoek en/of natuurbehoud.
Deelt u de mening dat wetenschap, educatie of louter vermaak geen redenen zijn om walvisachtigen in gevangenschap te houden, gezien het feit dat het dierenwelzijn automatisch in het geding komt doordat walvisachtigen in gevangenschap hun natuurlijke gedrag niet kunnen uitoefenen?
Nee. Een instelling dient te beschikken over een dierentuinvergunning op grond van de Wet dieren om een dierentuin te mogen exploiteren. Om de dierentuinvergunning te verkrijgen dient de dierentuin aan diverse voorschriften te voldoen, waaronder de voorschriften op het gebied van dierenwelzijn. Het welzijn van dierentuindieren wordt gecontroleerd tijdens reguliere inspecties en als het vermoeden bestaat dat het welzijn niet op orde is.
Kunt u aangeven welke dierenwelzijnscriteria en -eisen zijn gesteld aan onderzoeken en educatie, zoals verwoord in het nieuwe leidraad?
Voor onderzoek aan walvisachtigen gelden dezelfde criteria als voor onderzoek aan alle diersoorten. Als het onderzoek meer ongerief veroorzaakt dan het kundig inbrengen van een naald, dan valt dit onderzoek onder de Wet op de dierproeven en moet aan alle regels en voorwaarden die in deze wet worden gesteld worden voldaan. Zie verder ook mijn antwoord op vraag 7.
Kunt u aangeven welke nieuwe inzichten uit de evaluatie van het vorige protocol zijn gekomen en hoe deze zijn verwerkt in de nieuwe herziening?
De leidraad is korter en bondiger geworden en processen zijn duidelijker beschreven naar aanleiding van ervaringen met de geëvalueerde strandingen. Er is een alinea toegevoegd over de Wet op de strandvonderij (blz. 6). Dit om de verantwoordelijkheid van de burgemeester inzichtelijk te maken. Een belangrijke wijziging in de Leidraad is de aanstelling van een vaste Stranding Coördinator (SC) van het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV). De daarmee verbeterde bereikbaarheid in samenwerking met het Departementaal Coördinatiecentrum Crisisbeheersing levert een goede dekking op met betrekking tot informatie over (dreigende) strandingen. Met de vernieuwde leidraad zijn met Rijkswaterstaat en de onderzoeksinstituten (WMR/ Naturalis/UU) goede procesafspraken gemaakt over de werkwijze bij een daadwerkelijke stranding. Die afspraken hebben zich in de praktijk bewezen bij de stranding van een potvis op 1 december 2017 te Domburg.
Erkent u dat de verschillende verantwoordelijkheden van meerdere ministeries ten aanzien van de communicatie en coördinatie verwarring en onduidelijkheid kan scheppen en dat dit voor knelpunten kan zorgen in de praktische uitvoering?
Nee. Zoals in mijn antwoord op vraag 9 aangegeven, hebben de afspraken uit de nieuwe leidraad zich op 1 december 2017 bewezen in Domburg. De communicatielijnen met Rijkswaterstaat en de onderzoeksinstituten en andere relevante belanghebbenden, zoals de burgemeester (in dit geval de ambtenaar Openbare orde en Veiligheid), zijn kort en efficiënt. Deze recente ervaring toont aan dat de verschillende verantwoordelijkheden door goede procesafspraken naar aanleiding van de vernieuwde leidraad in de dagelijkse praktijk op dat moment niet tot verwarring en onduidelijkheid hebben geleid.
Bent u bereid om de verantwoordelijkheid voor het gehele proces bij uw Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit te leggen en de taken duidelijk af te bakenen? Zo ja, op welke wijze en op welke termijn? Zo nee, waarom niet?
Nee. Zie mijn antwoord op vraag 10. Vanuit de bevoegdheidsverdeling tussen de ministeries zijn er goede afspraken gemaakt over de samenwerking, die niet leiden tot onduidelijkheid.
Kunt u aangeven waarom de in december 2017 gepubliceerde leidraad een naamswijziging heeft ondergaan ten opzichte van het eerdere protocol en welke gevolgen deze de naamswijziging heeft voor de status en afdwingbaarheid van het document?
Alleen de eerste versie heette protocol. De vorige versie uit 2013 werd ook leidraad genoemd, omdat dat dat beter aansloot bij de praktijk. In de leidraad is opgenomen dat elke stranding geëvalueerd wordt, wat zo nodig tot aanpassing van de leidraad en de daarin opgenomen afspraken over samenwerking kan leiden. De naamswijziging heeft verder geen gevolgen voor de status van het document.
Bent u bereid om de leidraad juridisch bindend te maken? Zo ja, op welke wijze en welke termijn? Zo nee, waarom niet?
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20172018-2093.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.