Vragen van de leden Van der Molen en Van Dam (beiden CDA) aan de Ministers van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en van Justitie en Veiligheid over het bericht «Bizarre oproep: «Maak lawaai tijdens dodenherdenking»» (ingezonden 26 april 2018).

Antwoord van Minister Ollongren (Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties) (ontvangen 3 mei 2018).

Vraag 1

Bent u bekend met het bericht «Bizarre oproep: «Maak lawaai tijdens dodenherdenking»»?1

Antwoord 1

Ja.

Vraag 2 en 3

Deelt u de mening dat een dergelijke oproep respectloos en onacceptabel is?

Wat vindt u ervan dat twaalf mensen hebben aangegeven lawaai te gaan maken en meer dan vijftig mensen hebben aangegeven geïnteresseerd te zijn in het event? Wat vindt u ervan dat ook de extreemlinkse actiegroep De Grauwe Eeuw haar steun uitspreekt voor de actie?

Antwoord 2 en 3

De Nationale Herdenking op 4 mei is in Nederland een belangrijk moment. We gedenken dan alle Nederlandse slachtoffers van de Tweede Wereldoorlog en oorlogssituaties en vredesmissies nadien. Het staat eenieder in beginsel vrij om opvattingen of bedenkingen te hebben tegen de invulling daarvan, maar om dat tijdens de twee minuten stilte, die de kern vormt van de herdenking, te uiten door lawaai te maken, getuigt van bijzonder weinig respect.

Vraag 4 en 5

Deelt u de mening dat er moet worden gekeken naar mogelijkheden om te voorkomen dat deze actie doorgang zal vinden? Zo nee, waarom niet?

Bent u van plan in gesprek te gaan met de gemeente Amsterdam over deze actie? Hoe kan ervoor worden gezorgd dat een dergelijke actie wordt voorkomen?

Antwoord 4 en 5

Mij is gebleken dat de voorgenomen actie de volle aandacht van de lokale driehoek heeft. Het is aan hen om te beslissen hoe met deze oproep moet worden omgegaan. Ik heb er het volste vertrouwen in dat de lokale driehoek een en ander adequaat zal adresseren.

Vraag 6

Kunt u gezien het meireces, waarin de Nationale Dodenherdenking valt, nog voor het reces deze vragen beantwoorden?

Antwoord 6

Ja.

Naar boven