Vragen van het lid Hijink (SP) aan de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over belangenverstrengeling in de zorg (ingezonden 10 april 2018).

Antwoord van Minister De Jonge (Volksgezondheid, Welzijn en Sport) (ontvangen 1 mei 2018).

Vraag 1

Wat vindt u ervan dat de directeur van de Algemene Nederlandse Bond voor Ouderen (ANBO) tevens president-commissaris is van de commerciële zorgorganisatie Fundis? Deelt u de analyse van Follow The Money, dat de schijn van belangenverstrengeling wordt gewekt als deze rollen door elkaar lopen?1

Antwoord 1

Van raden van toezicht wordt verwacht dat zij toezicht houden vanuit de maatschappelijke doelstelling van een zorgorganisatie en dat ze weten wat er speelt in de samenleving. In dat licht vind ik het niet vreemd dat Fundis kiest voor een president-commissaris met een bestuursfunctie bij een landelijke ouderenorganisatie. Het is aan de overige leden van de raad van toezicht om er op toe te zien dat deze rollen niet door elkaar gaan lopen. Datzelfde geldt ook vanuit het perspectief van de ANBO: Het is aan de raad van toezicht en ledenraad van deze organisatie om te beoordelen of er sprake is van ongewenste rolvermenging. Desgevraagd heeft ANBO mij laten weten de bezoldigde functie van haar directeur als president-commissaris bij zorgstichting Fundis te zien als inhoudelijk aanvullend op haar rol bij ANBO. Deze nevenfunctie heeft geen effect op de bedrijfsvoering van één van beide organisaties en is goedgekeurd door de raad van toezicht, aldus ANBO.

Vraag 2 & 3

Wat vindt u ervan dat in publicaties van de ANBO met regelmaat juist activiteiten van Fundis worden gepromoot? Wat betekent dit voor de belangen van ouderen die de directeur vertegenwoordigt namens de ANBO? Kunt u uw antwoord toelichten?

Bent u van mening dat de directeur van de ANBO geloofwaardig namens haar organisatie kan spreken als zij tegelijkertijd commerciële belangen binnen de zorg te verdedigen heeft?

Antwoord 2 & 3

Het is aan de ledenraad en raad van toezicht van ANBO om te oordelen over de nevenfuncties van haar bestuursvoorzitter. Zie ook mijn antwoord op vraag 1. Desgevraagd heeft ANBO mij laten weten dat het naast Fundis ook samenwerkt met andere zorgorganisaties die zich op beleidsniveau inzetten voor betere zorg voor ouderen. Denk bijvoorbeeld aan Zorgbalans, Omring, Viattence, Cordaan, Surplus, Amstelring en Espria. Voor al deze zorgorganisaties geldt dat ze worden geleid door stichtingen zonder winstoogmerk.

Vraag 4 & 5

In hoeverre houdt u toezicht op nevenfuncties en commerciële belangen van uw gesprekspartners? Spreekt u uw gesprekspartners wel eens aan op hun nevenactiviteiten, met name wanneer zakelijke belangen en maatschappelijke belangen verweven dreigen te raken? Heeft deze schijn van belangenverstrengeling consequenties voor de overleggen die u voert met de ANBO?2

Welke oplossingen ziet u om vormen van mogelijke belangenverstrengeling tussen commerciële partijen en belangenbehartigers tegen te gaan? Kunt u uw antwoord toelichten?

Antwoord 4 & 5

Ik houd geen toezicht op de bestuurders van belangenorganisaties en hun nevenfuncties. Ik zie dat ook niet als mijn taak. In algemene zin is het belangrijk dat bestuurders transparant zijn over hun nevenfuncties en zich hierover verantwoorden richting hun achterban. Belangenbehartigers hebben een eigen verantwoordelijkheid om de schijn van belangenverstrengeling binnen hun organisatie te voorkomen. Daarbij is een belangrijke rol weggelegd voor bijvoorbeeld de ledenraad of raad van toezicht.

Naar boven