Vragen van het lid Arissen (PvdD) aan de Minister van Justitie en Veiligheid over de online handel in beschermde vogels en het nieuws dat rechercheurs hun handen vol hebben aan smokkel van bedreigde diersoorten (ingezonden 13 april 2018).

Mededeling van Minister Grapperhaus (Justitie en Veiligheid) (ontvangen 7 mei 2018)

Vraag 1

Bent u bekend met het rapport «Handel in producten van beschermde vogels in januari 2018 via Internet»?1

Vraag 2

Wat vindt u ervan dat er online beschermde vogels illegaal worden verkocht?

Vraag 3

Kunt u aangeven op welke manier er gehandhaafd wordt op handel in beschermde dieren?

Vraag 4

Kunt u verklaren hoe het mogelijk is dat deze eenvoudig te traceren criminaliteit niet opgespoord wordt?

Vraag 5

Bent u bereid contact op te nemen met de auteur van het rapport teneinde gebruik te maken van de door hem verzamelde data? Bent u verder bereid maatregelen te nemen waarmee ook in de toekomst de illegale verkoop van dieren aangepakt wordt? Zo nee, waarom niet?

Vraag 6

Bent u bekend met het artikel «Handel bedreigde diersoorten: «Levende kolibri’s in onderbroek»»?2

Vraag 7

Bent u bereid, gezien het wereldwijd ongekende verlies van biodiversiteit, extra capaciteit vrij te maken voor opsporing en vervolging van de handel in beschermde diersoorten? Zo nee, waarom niet? Neemt Nederland naar uw mening de verantwoordelijkheid die past bij een doorvoerland zoals het onze?

Vraag 8

Deelt u de stelling van criminoloog Daan van Uhm3 dat criminele organisaties steeds vaker extra handelslijnen erbij nemen en nu dus naast bijvoorbeeld drugs ook steeds vaker handelen in beschermde diersoorten? Ziet u hierin reden meer aandacht en capaciteit te besteden aan het opsporen van de handel in beschermde diersoorten? Zo nee, waarom niet?

Vraag 9

Klopt het dat het natuur team van de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) capaciteit heeft moeten afstaan? Is dat vanwege personeelstekorten bij andere teams van de NVWA? Wat zijn de consequenties daarvan voor het opsporen van de handel in beschermde dieren? Ziet u hierin reden meer aandacht en capaciteit te besteden aan het opsporen van de handel in beschermde diersoorten? Zo nee, waarom niet?

Vraag 10

Klopt het dat de overeenkomst inzake de internationale handel in bedreigde soorten wilde dieren en planten (CITES) regelgeving niet langer specifiek onderwezen wordt aan de Politieacademie? Klopt het dat het merendeel van de CITES specialisten, zowel bij de NVWA als bij de politie, de komende tien a vijftien jaar met pensioen gaat? Hoe gaat u dat verlies van kennis opvangen? Waarom wordt CITES handel niet langer onderwezen aan de Politieacademie? Ziet u hierin reden meer aandacht en capaciteit te besteden aan het opsporen van de handel in beschermde diersoorten? Zo nee, waarom niet?

Vraag 11

Klopt het dat overtredingen van de CITES regelgeving in het algemeen afgedaan worden met een bestuurlijke boete? Klopt het dat daarbij geen aantekening in het strafblad gemaakt wordt? Klopt het dat er daardoor geen zicht is te krijgen op veelplegers en criminele netwerken? Bent u bereid in de toekomst elke overtreding van de CITES regelgeving waarbij het vermoeden bestaat dat deze bedrijfsmatig is voor te leggen aan de officier van justitie in plaats van af te doen met een bestuurlijke boete?

Vraag 12

Hoe zijn de aangevoerde voorbeelden te rijmen met het voornemen uit het regeerakkoord

dat de illegale import van beschermde dieren een halt toe moet worden geroepen? Hoe staat het met de uitvoering van dat voornemen?

Mededeling

Hierbij deel ik u mede dat de schriftelijke vragen van het lid Arissen (PvdA) van uw Kamer aan de Minister van Justitie en Veiligheid over de online handel in beschermde vogels en het nieuws dat rechercheurs hun handen vol hebben aan smokkel van bedreigde diersoorten (ingezonden 13 april 2018) niet binnen de gebruikelijke termijn kunnen worden beantwoord, aangezien nog niet alle benodigde informatie is ontvangen.

Ik streef ernaar de vragen zo spoedig mogelijk te beantwoorden.

Naar boven