Vragen van het lid Kooiman (SP) aan de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over de blijvende chaos binnen Treant (ingezonden 25 september 2017).

Antwoord van Minister Schippers (Volksgezondheid, Welzijn en Sport) (ontvangen 13 oktober 2017)

Vraag 1

Op welke wijze controleert de Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ) binnen Treant? Heeft de IGZ wel aandacht voor «goed bestuur» en toetst zij op het kader Toezicht op goed bestuur»?1 2 3 4 5

Antwoord 1

Omdat bestuurlijke instabiliteit een risico kan vormen voor de bestuurbaarheid van een zorginstelling en daarmee indirect voor de patiëntenzorg, houdt de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd in oprichting (hierna: de inspectie) intensief toezicht op Treant. Dat houdt in dat zij extra (onaangekondigde) inspectiebezoeken uitvoert en regelmatig met de raad van bestuur, raad van toezicht, vertegenwoordigers van de medische staf en Verpleegkundige Adviesraad spreekt. Ook moet de raad van bestuur rapporteren over de voortgang met betrekking tot een aantal verbetermaatregelen. Goed bestuur is een belangrijk onderdeel van dit intensieve toezichttraject en uiteraard wordt het kader Toezicht op Goed Bestuur daarbij toegepast.

Vraag 2 en 3

Hoe kan het dat Treant een experimenteel bestuursmodel voorstelt in de huidige crisis en is het waar dat de IGZ op geen enkele wijze is nagegaan of Treant dit goed heeft uitgewerkt en onderbouwd? Kunt u uw antwoord toelichten?

Voldoet het nieuwe bestuursmodel aan de Governancecode Zorg? Is hierop getoetst en is goedkeuring gegeven aan het bestuursmodel? Kunt u uw antwoord toelichten?

Antworod 2 en 3

Zorginstellingen zijn zelf verantwoordelijk voor de inrichting van hun organisatie. Dat betekent dat de inspectie een voorgenomen besturingsmodel niet vooraf toetst of hier goedkeuring aan verleent. De inspectie ziet er wel op toe dat de wijze waarop een Treant wordt bestuurd, voldoet aan de vereisten van wet- en regelgeving, waaronder de De Wet toelating zorginstellingen (WTZi), Wet kwaliteit en geschillen zorg (Wkkgz) en de Governancecode zorg 2017.

Vraag 4

Deelt u de mening dat de IGZ meer en beter moet gaan controleren en ingrijpen bij Treant? Zo ja, waarom? Zo neen, waarom niet?

Antwoord 4

Ik heb geen enkele reden om te veronderstellen dat de inspectie onvoldoende toezicht houdt bij Treant. Indien de inspectie een negatief effect van het bestuursmodel op de kwaliteit en/of veiligheid van zorg vaststelt, grijpt de inspectie hierop in.

Vraag 5

Wanneer is het onderzoek van de IGZ afgerond? Kunt u de bevindingen van de IGZ aan de Kamer doen toekomen? Zo nee, waarom niet?

Antwoord 5

De inspectie blijft de ontwikkelingen op het gebied van het bestuur van deze zorginstelling intensief volgen, totdat de rust aantoonbaar is weergekeerd en de inspectie oordeelt dat het intensieve toezicht kan overgaan in regulier toezicht. De verslagen worden inclusief bevindingen van inspectiebezoeken -onder voorbehoud van bezwaar hiertegen van betrokkenen- door de inspectie actief openbaar gemaakt op haar website. Mocht de inspectie op enig moment een (bestuurlijke) maatregel nemen, dan zal deze -inclusief achterliggende rapporten- ook actief openbaar worden gemaakt.

Vraag 6 en 7

Kunt u bevestigen dat Treant door de aanhoudende rode cijfers in 2018 € 15 miljoen moet bezuinigen? Hoe verhouden het realiseren van de fusiedoelstellingen en de voorgestelde bezuinigingen zich tot elkaar? Is het realistisch beide programma’s tegelijkertijd in een jaar in te voeren, zeker gezien het experimenteel bestuursmodel wat gehanteerd wordt?

Vindt u het verantwoord dat er het bestuur van Treant gaat sturen op financieel beleid, terwijl de machtsstrijd die gaande is nog steeds niet is opgelost?

Antwoord 6 en 7

Treant heeft mij desgevraagd laten weten dat het inderdaad € 15 miljoen moet besparen om in 2018 zwarte cijfers te kunnen schrijven. Zoals ik eerder heb aangegeven zijn ziekenhuizen zelf verantwoordelijk voor het inrichten van hun organisatie en een financieel gezonde bedrijfsvoering. Ik heb daarbij geen rol en kan dus niet oordelen over de afwegingen die het bestuur van Treant hierin maakt.

Vraag 8 en 9

Kunt u ingaan op constateringen dat de ondernemingsraad (OR) van Treant monddood wordt gemaakt? Vindt u dit acceptabel? Zo ja, waarom? Zo nee, welke maatregelen gaat u hier treffen?

Begrijpt u dat de OR een zaak bij de Ondernemingskamer aanspant, omdat zij vinden dat zij geen goede informatie hebben gehad om een goede afweging te maken en geen voorstander is van de aanpassing van het bestuursmodel? Wilt u de Kamer op de hoogte stellen van de uitspraak van de Ondernemingskamer? Zo nee, waarom niet?

Antwoord 8 en 9

Ik kan daar niet over oordelen. Van Treant heb ik begrepen dat raad van toezicht, raad van bestuur en ondernemingsraad met elkaar in gesprek zijn over het voorgenomen bestuursmodel en de achterliggende voorwaarden. Dit heeft er inmiddels toe geleid dat de ondernemingsraad afziet van een gang naar de Ondernemingskamer.

Vraag 10

Deelt u de mening dat adviesraden binnen zorgorganisaties instemmingsrecht behoren te krijgen over alle zaken die raken aan goed bestuur in plaats van enkel adviesrecht? Kunt u uw antwoord toelichten?

Antwoord 10

Ik vind het van belang dat zorgorganisaties een actief en transparant beleid voeren rondom de omgang met advies- en medezeggenschapsorganen. De belangen van medewerkers en cliënten moeten te allen tijde worden meegewogen in de uiteindelijke besluiten van bestuurders. De rechten van medezeggenschapsorganen voor medewerkers en cliënten zijn vastgelegd in respectievelijk de Wet op de ondernemingsraden (WOR) en de Wet Medezeggenschap Cliënten Zorginstellingen (WMCZ).

De WOR voorziet nu al in instemmingsrecht voor ondernemingsraden (OR) bij het wijzigen of intrekken van personele regelingen. Voor andere besluiten die mogelijk gevolgen hebben voor werknemers, zoals reorganisaties, een fusie of grote investeringen, heeft de OR adviesrecht. Wanneer het bestuur een advies niet overneemt, kan een OR beroep aantekenen bij de Ondernemingskamer. Die beoordeelt dan uiteindelijk of dat besluit redelijk is.

Op grond van de WMCZ moeten bestuurders van zorgorganisaties daarnaast rekening houden met het advies van hun cliëntenraden. Voor zover besluiten van een raad van bestuur naar hun aard aan de kern van de zorgverlening raken dan wel direct de leefsfeer van de cliënten betreffen, vind ik dit adviesrecht inderdaad te beperkt. Het aan uw Kamer toegezegde Wetsvoorstel medezeggenschap cliënten zorginstellingen beoogt de medezeggenschap te verbeteren door de rechten van cliëntenraden te versterken en een aantal belemmeringen waar cliëntenraden in hun werk tegenaan lopen aan te pakken. Het wetsvoorstel wordt naar verwachting door het volgend kabinet bij uw Kamer ingediend (zie Kamerstukken II, 2016/17, 34 550, 6 juli 2017).

Naar boven