Vragen van het lid Van Oosten (VVD) aan de Minister voor Rechtsbescherming over het bericht «Een database om miljardenfraudes te voorkomen: in het VK kan ’t wél» (ingezonden 30 maart 2018).

Mededeling van Minister Dekker (Rechtsbescherming) (ontvangen 23 april 2018).

Vraag 1

Kent u het bericht «Een database om miljardenfraudes te voorkomen: in het VK kan ’t wél»?1

Vraag 2

Wat vindt u van het Britse frauderegister? Deelt u de mening dat dit voor Nederland ook nuttig kan zijn?

Vraag 3

Klopt het dat de FraudeInfodesk is geïnspireerd op het Britse frauderegister, maar dat de Autoriteit Persoonsgegevens dwarsligt? Wat zijn volgens u de bezwaren van de Autoriteit Persoonsgegevens tegen de FraudeInfodesk? Hoe oordeelt u over deze bezwaren? Wat heeft dit voor gevolgen voor de toekomst van de FraudeInfodesk?

Vraag 4

Herinnert u zich de antwoorden van de toenmalige Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties tijdens het vragenuur van 10 oktober 2017, die zei: «Als de conclusie van de collega van VenJ is dat er binnen het huidige wettelijke kader onvoldoende fraudebestrijding mogelijk is, komt er wellicht een moment om het wettelijk kader aan te passen»? Is de conclusie dat er binnen het huidige wettelijke kader onvoldoende fraudebestrijding mogelijk is? Zo nee, waarom niet? Zo ja, op welke wijze gaat u dan het wettelijke kader aanpassen, zodanig dat fraudeurs niet keer op keer bedrijven kunnen oplichten omdat hun persoonsgegevens niet mogen worden gedeeld?

Mededeling

Hierbij deel ik u mede dat de schriftelijke vragen van het lid Van Oosten (VVD) van uw Kamer aan de Minister voor Rechtsbescherming over het bericht «Een database om miljardenfraudes te voorkomen: in het VK kan ’t wel» (ingezonden 30 maart 2018) niet binnen de gebruikelijke termijn kunnen worden beantwoord, aangezien nog niet alle benodigde informatie is ontvangen.

Ik streef ernaar de vragen zo spoedig mogelijk te beantwoorden.


X Noot
1

Forum, 23 maart 2018

Naar boven