Aanhangsel van de Handelingen
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Nummer | Datum ontvangst |
---|---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2017-2018 | 1481 |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Nummer | Datum ontvangst |
---|---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2017-2018 | 1481 |
Bent u bekend met het artikel «Geldspoor miljardenfraude met cryptomunten leidt naar ING»?1
Zoals aangegeven in mijn brief aan uw Kamer van 8 maart jl. ontbreken waarborgen voor een deugdelijke bedrijfsvoering bij dienstverleners rondom cryptovaluta. Gebruikers kunnen dan ook, net als ik, geen goed beeld vormen van de financiële positie van Bitfinex en de Tether-token.
Waarom hebben de «Taiwanese banken» destijds de relatie met Tether beëindigd? Wat gebeurt er normaal gesproken met de saldi op de rekeningen in een dergelijk geval?
Hoe beoordeelt u de reikwijdte van de zorgplicht van banken met betrekking tot cryptomunten? Hebben banken niet een grotere verantwoordelijkheid richting hun klanten dan nu wordt genomen? Hoe beoordeelt u de stap van Amerikaanse creditcardmaatschappijen die transacties met betrekking tot cryptomunten niet langer accepteren?
Ik ben niet bekend met de reden waarom de Taiwanese correspondentbanken hun dienstverlening aan Bitfinex en Tether beëindigd hebben. Banken in Nederland hebben in hun relatie met hun (eigen) klanten een zorgplicht en vervullen een poortwachterrol bij het bewaken van de integriteit van het financieel stelsel. In hoeverre banken deze wettelijke verplichtingen naleven, wordt door de toezichthouders beoordeeld. Daarbij houdt de AFM in generieke zin toezicht op de zorgplicht van banken en DNB op de poortwachterfunctie. Als de risico’s op witwassen of financieren van terrorisme door een bank onvoldoende kunnen worden ondervangen, dient een bank zijn dienstverlening op grond van de Wwft te weigeren of te beëindigen. Dat betekent dat de rekeningen die door de desbetreffende cliënt worden aangehouden door een bank worden geblokkeerd.
De Amerikaanse en Britse banken die recent hebben aangegeven te stoppen met de afhandeling van creditcardbetalingen aan omwisselplatforms van klanten geven aan dit te doen ter bescherming van de klant en van de bank.2 In geval van prijsdalingen kan het aankopen van cryptovaluta met vreemd vermogen de klant opzadelen met een omvangrijke en mogelijk oninbare schuldenlast. Conform de motie Nijboer-Ronnes zal ik in overleg treden met Nederlandse creditcardmaatschappijen over mogelijke maatregelen voor aankopen van cryptovaluta met een creditcard.3
Wat zijn de regels voor ING met betrekking tot het accepteren van een klant die elders is weggestuurd? Bent u het eens dat in een geval als Tether alle alarmbellen moeten afgaan? Waarom is ING overgegaan tot acceptatie van Tether?
In hoeverre kan ING al dan niet bewust meewerken aan een misdrijf mocht Tether inderdaad zich schuldig maken aan oplichting of een ander misdrijf?
Hoe wordt toezicht gehouden op cliëntacceptatie door banken? In hoeverre heeft het Openbaar Ministerie inzicht in mogelijk malafide cliënten?
In de beantwoording van schriftelijke vragen van het lid Alkaya (SP) over het bericht «Geldspoor miljardenfraude met cryptomunten leidt naar ING» licht ik toe welke verplichtingen er op grond van de Wwft gelden voor financiële instellingen, waaronder banken. In dat kader is ook ING verplicht om cliëntenonderzoek te verrichten voor aanvang en gedurende haar dienstverlening. Of ING in de onderhavige casus voldoende invulling heeft gegeven aan de wettelijke verplichting tot het verrichten van cliëntenonderzoek alsook het melden van ongebruikelijke transacties bij FIU-Nederland, is aan DNB als toezichthouder om te beoordelen. DNB kan daar, met het oog op haar wettelijke geheimhoudingsplicht, geen uitspraken over doen. Indien nodig kan DNB handhavend optreden. Het OM kan strafrechtelijk optreden daar waar banken de verplichtingen uit de Wwft niet naleven of bepalingen uit het Wetboek van Strafrecht overtreden.
Hoe worden consumenten beschermd tegen mogelijk criminele aanbieders van cryptomunten en handelsplatformen van cryptomunten? Bevestigt onderhavige casus niet wederom dat meer toezicht nodig is op deze sector, zeker ook gezien de steeds grotere bedragen die hierin omgaan?
Op aanbieders van cryptovaluta en handelsplatformen zijn onder meer de regels van de Wet oneerlijke handelspraktijken van toepassing. De generieke normen van consumentenbescherming waarop de Autoriteit Consument & Markt (ACM) toezicht houdt zijn daarmee van toepassing, zoals eisen aan voorlichting en bedenktijd bij verkoop via internet. Het Openbaar Ministerie (OM) is bevoegd om strafrechtelijk in te grijpen bijvoorbeeld in geval van een verdenking van witwassen, fraude of oplichting.
Zoals beschreven in mijn brief van 8 maart jl., vallen omwisselplatformen van cryptovaluta momenteel buiten de meer geavanceerde kaders van het financieel toezicht en ben ik voornemens om de handel in cryptovaluta via wisselplatforms binnen een passend regulerend kader te brengen.
Als een bedrijf honderden miljoenen verduisterd door te beloven dat tegenover elke dollar inleg in Tether een dollar op de bank staat, welke overheid of opsporingsinstantie grijpt dan in? Is daar internationaal coördinerend overleg over? Wat is de rol van Nederland hierbij als ING daarin een belangrijke rol blijkt te spelen?
Als er sprake is van verdenking van fraude of oplichting op Nederlands grondgebied kan er strafrechtelijk worden opgetreden door het OM. Opsporingsinstanties en het OM beschikken over kanalen om internationaal met hun tegenhangers in overleg te treden zoals binnen Europol of door middel van rechtshulpverzoeken.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20172018-1481.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.