Vragen van het lid Den Boer (D66), Middendorp (VVD) en Özütok (GroenLinks) aan de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties over het bericht «Je uitvaart kan een stuk duurzamer maar het mag nog niet» (ingezonden 23 januari 2018).

Antwoord van Minister Ollongren (Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties) (ontvangen 20 februari 2018).

Vraag 1

Kent u het artikel «Je uitvaart kan een stuk duurzamer maar het mag nog niet»?1

Antwoord 1

Ja.

Vraag 2, 3, 4, 5 en 6

Deelt u de mening dat, indien een belangrijk deel van de Nederlandse bevolking dat wenst en er verder geen bezwaren zijn, zij meer keuzevrijheid zou moeten hebben als het aankomt op hun uitvaartwensen?

Is de opdracht die uw ambtsvoorganger in april 2017 aan de TU Delft heeft gegeven om te onderzoeken welke mogelijkheden er zijn om een breed maatschappelijk beoordelingskader te ontwikkelen voor het toetsen van nieuwe technologische alternatieven voor lijkbezorging (TK 30 696, nr. 42), inmiddels voltooid? Zo ja, wat is uw reactie op het onderzoek?

Wat is uw visie op resomeren als uitvaartmogelijkheid?

Onderschrijft u de onderzoeksuitkomsten van TNO Research uit 2014 dat resomeren het minste milieueffect heeft, in vergelijking met cremeren en begraven? Zo nee, waarom niet?2

Hoe duidt u in dit verband het onderzoek van I&O Research dat in opdracht van uw ambtsvoorganger is uitgevoerd, waarin 25% van de Nederlanders aangeeft dat zij «resomeren mede in ogenschouw zou nemen als een mogelijk alternatief voor begraven en cremeren als methode voor lijkbezorging indien de wet dit zou toestaan»?

Antwoord 2, 3, 4, 5 en 6

Er is een zorgvuldig proces vereist om te kunnen beoordelen of een nieuwe methode van lijkbezorging mogelijk kan worden gemaakt. Daarbij speelt niet alleen de wens van (een belangrijk deel van) de Nederlandse bevolking een rol. Ook ethische aspecten, effecten op het milieu en de veiligheid van de arbeidsomstandigheden zijn relevant. Al deze aspecten moeten zorgvuldig in kaart worden gebracht en gewogen, alvorens overwogen kan worden om de keuzevrijheid in methoden van lijkbezorging te verruimen.

Het onderzoek van de TU Delft naar de mogelijkheid om een breed maatschappelijk beoordelingskader te ontwikkelen voor het toetsen van nieuwe technologische alternatieven voor lijkbezorging, is inmiddels voltooid. Tegelijkertijd met het aanbieden van de beantwoording van deze vragen heb ik het desbetreffende rapport aan uw Kamer toegezonden. Ik verwijs u graag naar het rapport en de daarbij gevoegde aanbiedingsbrief.

Vraag 7 en 8

Bent u bereid een impact-assessment uit te voeren naar de mogelijkheden om resomeren in Nederland mogelijk te maken, en daarbij onder andere te kijken naar veiligheidsaspecten, afvalstoffenbeleid, en eventuele andere barrières? Zo ja, binnen welke termijn bent u bereid dit uit te voeren? Zo nee, waarom niet?

Wat is op basis van het impact-assessment het tijdspad voor eventuele beleidsvoorstellen ten aanzien van de lijkbezorging in Nederland?

Antwoord 7 en 8

Ik acht het van belang dat alle relevante gevolgen van resomeren zorgvuldig in beeld zijn gebracht, alvorens beoordeeld kan worden of deze vorm van lijkbezorging kan worden toegestaan. Hierin is al een aantal stappen gezet, zoals het onderzoek naar het draagvlak voor resomeren. Tegelijkertijd worden ook nog andere belangrijke onderzoeksresultaten verwacht, zoals het onderzoek naar de veiligheid van de arbeidsomstandigheden. Bij het nader in kaart brengen van de verschillende aspecten en gevolgen van resomeren zal ik afstemming zoeken met andere betrokken departementen. Ik verwacht uw Kamer in de tweede helft van 2018 nader te kunnen informeren over beleidsvoorstellen met betrekking tot de lijkbezorging in Nederland en de gevolgen daarvan voor de Wet op de lijkbezorging.


X Noot
1

NOS, «Je uitvaart kan een stuk duurzamer, maar het mag nog niet», 14/01/2018 https://nos.nl/op3/artikel/2211849-je-uitvaart-kan-een-stuk-duurzamer-maar-het-mag-nog-niet.html

X Noot
2

TNO Rapport, «Milieueffecten van verschillende uitvaarttechnieken,» 18 september 2014

Naar boven