Vragen van de leden Groothuizen en Den Boer (D66) aan de Minister van Justitie en Veiligheid over het bericht «Moordonderzoeken West-Brabant stilgelegd door onderbezetting» (ingezonden 19 januari 2018).

Antwoord van Minister Grapperhaus (Justitie en Veiligheid) (ontvangen 12 februari 2018).

Vraag 1, 2, 3, 4, 5

Kent u het artikel «Moordonderzoeken West-Brabant stilgelegd door onderbezetting»?1

Klopt het dat moord- of doodslagonderzoeken door de recherche bij de politie-eenheid Zeeland-West-Brabant moeten worden stilgelegd, omdat de druk op de recherchecapaciteit zeer hoog is? Zo nee, heeft u een andere verklaring?

Is er sprake van die hoge druk op de recherchecapaciteit bij andere politie-eenheden in Nederland? Zo ja, wat zijn hiervan de oorzaken?

Is het tussen de politie-eenheden geregeld dat zij voor een bepaalde tijd gebruik kunnen maken van elkaars recherchecapaciteit? Zo ja, op welke wijze?

In hoeverre ziet u een oplossing voor het probleem van stilgelegde onderzoeken in de mogelijkheid van politie-eenheden om een beroep te doen op elkaars recherchecapaciteit? Ziet u nog andere oplossingen? Zo ja, welke?

Antwoord 1, 2, 3, 4, 5

Ik ben bekend met het bericht. Ik weet ook dat de werkdruk binnen de rechercheafdelingen van andere eenheden hoog is door onderzoeken op het gebied van contra-terrorisme, cyber en High Impact Crimes. In het Regeerakkoord zijn extra middelen beschikbaar gesteld om de politiecapaciteit te vergroten. Anderzijds wordt ook geïnvesteerd in de kwaliteit van de opsporing en extra ICT om tot een meer effectieve en toekomstbestendige opsporing te komen.

In het politiebestel kan indien nodig worden bijgesprongen uit andere eenheden of de landelijke recherche. In de Politiewet is vastgesteld dat op grond van artikel 56 de Officier van Justitie de Korpschef om bijstand kan verzoeken vanuit andere eenheden voor strafrechtelijke handhaving.

Tot slot verwijs ik u voor de beantwoording van uw vragen naar de antwoorden van de leden Van Nispen en Kuiken.2

Naar boven