Vragen van het lid Den Boer (D66) aan de Minister van Justitie en Veiligheid over het onderzoek «Veiligheidsrisico’s jaarwisseling» (ingezonden 18 december 2017).

Antwoord van Minister Grapperhaus (Justitie en Veiligheid) (ontvangen 7 februari 2018) Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2017–2018, nr. 830.

Vraag 1

Kent u het rapport «Veiligheidsrisico’s jaarwisseling» van de Onderzoeksraad voor Veiligheid (OVV)?

Antwoord 1

Ja.

Vraag 2

Bent u het eens met de stelling van de OVV dat een Europese aanpak van illegaal vuurwerk effectief is? Waarom wel of waarom niet?

Vraag 3

Welke inspanningen verricht Nederland ten aanzien van de verruiming van de EU-Pyrorichtlijn? Hoe beoordeelt u de inspanningen van Nederland ten aanzien van de aanpassing van EU-regelgeving, bijvoorbeeld ter voorkoming dat professioneel vuurwerk in handen komt van de consument en ter inperking van de productie en kracht van dit vuurwerk?

Vraag 4

Hoe duidt u de observatie in het onderzoeksrapport van de OVV dat er (nog) onvoldoende draagvlak onder de lidstaten bestaat voor de aanpassingen van EU-regelgeving? Wat zijn de concrete inspanningen van Nederland om dit draagvlak onder de lidstaten te vergroten?

Vraag 5

Kunt u de Kamer een overzicht doen toekomen van de activiteiten van de Europese Commissie ten behoeve van het toezicht dat wordt uitgeoefend op de naleving van de EU-Pyrorichtlijn? Is er zicht op het aantal meldingen dat de lidstaten aan de Europese Commissie doen over illegaal vuurwerk? Zo ja, kunt u dit aan de Kamer doen toekomen?

Vraag 6

Hoe beoordeelt u de effectiviteit van multidisciplinaire Europese samenwerking in de grensoverschrijdende aanpak van illegaal vuurwerk, zoals de samenwerking van politie, douane, en de Fiscale Inlichtingen en Opsporingsdienst (FIOD) met zusterdiensten in andere EU-Lidstaten?

Vraag 7

Ziet u een rol weggelegd voor de EU-politiedienst Europol in de aanpak van illegaal vuurwerk? Zo ja, op welke wijze? Zo nee, waarom niet?

Vraag 8

Ziet u mogelijkheden om de productie en handel in illegaal vuurwerk op EU-niveau te vervlechten in het programma EMPACT? Bent u het eens dat met een gezamenlijke aanpak via EMPACT de professionalisering en uitwisseling van inlichtingen met betrekking tot illegaal vuurwerk kan verbeteren?

Vraag 9

Bent u bekend met de constatering uit het onderzoeksrapport van de OVV dat «vuurwerktoerisme vanuit Nederland een jaarlijks terugkerend fenomeen» is? Wat is de frequentie en intensiteit van selectieve grenscontroles met betrekking tot illegaal vuurwerk aan de binnengrenzen met België en Duitsland?

Vraag 10

Gezien de herkomst van veel illegaal vuurwerk uit China, verricht u extra inspanningen om langs de weg van bilaterale samenwerking of samenwerking via de EU de handelsstroom aan een meer effectieve controle te onderwerpen, zowel preventief als reactief? Zo ja, op welke wijze? Zo nee, waarom niet?

Vraag 11

Welke mogelijkheden ziet u in tracking- en tracingtechnologie om illegaal vuurwerk dat via internet wordt besteld te identificeren en te onderscheppen binnen de EU?

Antwoord op vraag 2 t/m 11

Het lid Den Boer heeft deze vragen op dezelfde dag gesteld als waarop ik – mede namens de Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat – een brief aan Uw Kamer heb gestuurd over het rapport van de Onderzoeksraad Voor Veiligheid (OVV) over de «Veiligheidsrisico’s Jaarwisseling».1 In deze brief heb ik aangegeven dat ik niet op de afzonderlijke aanbevelingen van de OVV reageer en dat ik met de presentatie van de nieuwe landelijke aanpak jaarwisselingsproblematiek uw Kamer een gezamenlijke reactie van de partners op de afzonderlijke aanbevelingen zal aanbieden. Ook in mijn brief van 5 februari jl. over het verloop van de afgelopen jaarwisseling verwijs ik hiernaar. In dat licht bezien, vind ik het gepast de vragen van het lid Den Boer mee te nemen bij de totstandkoming van de nieuwe landelijke aanpak jaarwisselingsproblematiek. Ook de voorstellen, die in de vragen zijn vervat, zullen daarbij worden meegenomen. Tijdens het Algemeen Overleg Nationale Veiligheid d.d. 21 december 2017 heb ik begrepen dat ook de vaste commissie Justitie en Veiligheid het debat met mij over het rapport van de OVV wil voeren nadat ik uw Kamer hierover een brief heb gestuurd. Deze brief zal in het voorjaar van 2018 aan uw Kamer gestuurd worden.


X Noot
1

Kamerstuk 28 684, nr. 514.

Naar boven