Vragen van de leden Kooiman, Van Nispen en Karabulut (allen SP) aan de Minister van Veiligheid en Justitie over de aanhouding van demonstranten wegens belediging (ingezonden 16 november 2016).

Mededeling van Minister Van der Steur (Veiligheid en Justitie) (ontvangen 14 december 2016).

Vraag 1

Klopt het dat tijdens een demonstratie voor de vrijlating van opgepakte Koerdische parlementariërs arrestaties zijn verricht wegens belediging?1 Hoe is de besluitvorming over deze arrestaties precies verlopen? Door wie zijn welke beslissingen op welk moment genomen?

Vraag 2

Wat hielden de beledigingen, op basis waarvan de arrestaties zijn verricht, precies in?

Vraag 3

Is het waar dat het lokale gezag specifieke leuzen op voorhand verboden heeft verklaard? Zo ja, door wie precies, welke leuzen betreft het, op basis waarvan is dat gebeurd en vindt u dat terecht?

Vraag 4

Worden de opgepakte demonstranten ook daadwerkelijk vervolgd? Zo ja, op basis waarvan? Zo nee, ziet u ook het risico dat een arrestatie niet gebruikt mag worden als middel om demonstranten met leuzen die op, of over de grens zijn, tijdelijk de vrijheid om te demonstreren te ontnemen?

Vraag 5

Deelt u de mening dat de vrijheid van meningsuiting en de vrijheid om te demonstreren, zolang het de openbare orde niet verstoort, een fundamenteel recht is in onze democratie? Op welke wijze is dat hier gewaarborgd?

Vraag 6

Vindt u dat provocerende leuzen tijdens een demonstratie onder de vrijheid van meningsuiting vallen? Zo nee, waarom niet?

Vraag 7

Kunt u deze vragen elk afzonderlijk beantwoorden?

Mededeling

Hierbij deel ik u mede dat de schriftelijke vragen van de leden Kooiman, Van Nispen en Karabulut (allen SP) van uw Kamer aan de Minister van Veiligheid en Justitie over de aanhouding van demonstranten wegens belediging (ingezonden 16 november 2016) niet binnen de gebruikelijke termijn kunnen worden beantwoord, aangezien nog niet alle benodigde informatie is ontvangen.

Ik streef ernaar de vragen zo spoedig mogelijk te beantwoorden.

Naar boven