Vragen van het lid Wassenberg (PvdD) aan de Staatssecretaris van Economische Zaken over het lot van in beslag genomen wilde dieren uit de illegale handel (ingezonden 26 september 2016).

Antwoord van Staatssecretaris Van Dam (Economische Zaken) (ontvangen 10 november 2016). Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2016–2017, nr. 180.

Vraag 1

Kent u het bericht «Lot in beslag genomen levende dieren CITES onduidelijk», waaruit blijkt dat het onduidelijk is wat er met ruim 64.000 levende wilde dieren is gebeurd, nadat ze tussen 2010 en 2014 in beslag zijn genomen?1

Antwoord 1

Ja.

Vraag 2

Wat is uw reactie op het feit dat slechts 30% van de landen die partij zijn bij Convention on International Trade in Endangered Species of wild flora and fauna (CITES) gegevens over inbeslagnames van dieren verstrekt, waardoor slechts het topje van de ijsberg zichtbaar is?

Antwoord 2

Ik vind het positief dat 30% van de landen die partij zijn bij CITES bereid zijn om deze gegevens te leveren. Het CITES-verdrag reguleert dit niet. Het reguleert de handel in beschermde wilde dieren en planten en stelt voorwaarden voor exemplaren die in beslag zijn genomen. Dit is er in eerste instantie op gericht dat deze na inbeslagname niet alsnog in handen vallen van illegale handelaren. Opvang van levende in beslag genomen dieren en planten is iets dat op nationaal niveau geregeld moet worden. Het CITES-secretariaat heeft in februari van dit jaar een notificatie uitgedaan naar alle Partijen die oproept gegevens te verstrekken over in beslag genomen levende planten en dieren en producten daarvan.

Nederland werkt hieraan mee. Het rapport dat door het CITES-secretariaat wordt opgesteld aan de hand van de aangeleverde informatie wordt in oktober 2017 verwacht.

Vraag 3

Wat is uw reactie op het feit dat het uiteindelijke lot van de in beslag genomen levende wilde dieren onbekend is, omdat het verstrekken van informatie hierover geen formele CITES-eis is?

Antwoord 3

Zie antwoord op vraag 2.

Vraag 4

Deelt u de zorgen van de geciteerde onderzoekers dat het gebrek aan gegevens het welzijn en de overleving van de in beslag genomen dieren in gevaar brengt? Zo nee, waarom niet?

Antwoord 4

Nee. Ik vind het van het grootste belang dat zoveel mogelijk tijd wordt gestoken in een juiste afhandeling van inbeslaggenomen dieren. Alle aandacht voor gedegen afhandeling heeft grotere voordelen voor het dierenwelzijn dan tijd steken in een rapportageplicht.

Vraag 5

Kunt u vertellen hoeveel wilde dieren er de afgelopen vijf jaar in Nederland in beslag zijn genomen en wat hun lot is geweest? Zo nee, waarom niet?

Antwoord 5

De afgelopen jaren zijn er de volgende aantallen dieren die onder CITES vallen in beslag genomen:

  • 2011: 60

  • 2012: 220

  • 2013: 1.290

  • 2014: 560

  • 2015: 400

Deze cijfers zijn afgerond op tientallen. In het jaar 2013 zijn twee grote inbeslagnames geweest, waardoor er dat jaar een hoog aantal inbeslaggenomen dieren was. De Nederlandse werkwijze ten aanzien van inbeslaggenomen CITES dieren richt zich in eerste instantie op terugzending naar het land van herkomst. Wanneer dit niet mogelijk is worden de dieren opgevangen in binnen- of buitenland. Dit gebeurt in de meeste gevallen. Wanneer het welzijn van het dier ernstig in het geding is en er geen andere mogelijkheden zijn, wordt overgegaan tot euthanasie. Dit komt zelden voor. In Nederland worden in beslag genomen dieren niet verkocht.

Vraag 6

Wat wordt uw inzet om de rapportage van inbeslagname te verbeteren tijdens de aankomende CITES Conferentie van de Partijen (CoP)?

Antwoord

Tijdens de CITES CoP, die heeft plaatsgevonden van 25 september tot 5 oktober 2016 in Zuid-Afrika, is niet gesproken over rapportage van inbeslagname. Tijdens deze CoP lag werkdocument 34 inzake «Disposal of illegally traded and confiscated specimens of Appendix-I -II and -III species» voor. Dit document is voorbereid door het CITES-secretariaat. Tijdens de CoP is dit werkdocument omgezet tot een resolutie2 die meer handvatten moet bieden aan Partijen hoe om te gaan met inbeslagnames. Deze resolutie benoemt ook het belang van welzijnsaspecten, dat is uniek voor CITES. Nederland werkt al langer met een soortgelijke beslisboom zoals nu opgenomen in de resolutie. Zoals aangegeven bij vraag 4 acht ik het op orde brengen van de afhandeling van inbeslagnames vanuit het oogpunt van dierenwelzijn en vanwege risico tot terugvallen in de illegaliteit van groot belang. Ik juich de aangenomen resolutie dan ook toe.

Vraag 7

Bent u bereid de Kamer na afloop te informeren over uw gedane inspanningen tijdens de CoP op dit onderwerp en overige onderwerpen? Zo nee, waarom niet?

Antwoord 7

Ik zal de Kamer op korte termijn informeren over de uitkomsten van de CITES CoP 17. Ten aanzien van dit specifieke onderwerp wil ik u graag verwijzen naar mijn antwoord op vraag 6.

Naar boven