Vragen van het lid Van Weyenberg (D66) aan de Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid en aan de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties over het bericht dat artsen via hun pensioenfonds verplicht in tabak beleggen (ingezonden 7 juni 2017).

Antwoord van Staatssecretaris Klijnsma (Sociale Zaken en Werkgelegenheid), mede namens de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (ontvangen 11 juli 2017).

Vraag 1

Bent u bekend met het bericht dat het Universitair Medisch Centrum Groningen (UMCG) het Algemeen Burgerlijk Pensioenfonds (ABP) oproept om te stoppen met het beleggen in tabak?1

Antwoord 1

Ja.

Vraag 2

Deelt u de mening dat het begrijpelijk is dat sommige artsen niet in tabak willen beleggen?

Antwoord 2

In algemene zin willen werknemers in Nederland dat hun pensioenuitvoerder op hun ingelegde pensioenpremies op verantwoorde en duurzame wijze rendement maakt, zodat een goed pensioen wordt bereikt. Voor sommige artsen kan dat betekenen dat zij niet willen dat er in tabak wordt belegd.

Vraag 3, 4

In hoeverre probeert de rijksoverheid in haar rol als werkgever het beleggingsbeleid van het ABP te beïnvloeden, bijvoorbeeld als het gaat om het uitsluitingsbeleid wat het ABP op dit moment hanteert?

In welke mate en op welke manier kunnen ziekenhuizen en aangesloten deelnemers invloed uitoefenen op het beleggingsbeleid van het ABP, waar zij verplicht bij zijn aangesloten?

Antwoord 3, 4

De rijksoverheid is één van de vele overheids- en onderwijswerkgevers die is aangesloten bij het ABP. De werkgeversvertegenwoordigers en werknemersvertegenwoordigers maken afspraken over de inhoud van de pensioenregeling. De uitvoering hiervan hebben zij ondergebracht bij pensioenfonds ABP. Het ABP-bestuur gaat over de uitvoering van de pensioenregeling, inclusief het beleggingsbeleid. Bij een paritair bestuursmodel, zoals bij het ABP, worden vertegenwoordigers van sociale partners, dus zowel werkgevers- als werknemerszijde, en pensioengerechtigden door de betreffende organisaties voorgedragen en benoemd in het bestuur.

Daarnaast worden werkgevers benoemd in het verantwoordingsorgaan, en worden de vertegenwoordigers van de werknemers en de gepensioneerden in dit orgaan verkozen. Via deze vertegenwoordiging worden de belangen van werkgevers, werknemers en pensioengerechtigden behartigd en hun opvattingen meegewogen binnen de eigenstandige integrale bestuurstaak van het fonds, om tot een zo goed mogelijk pensioenresultaat voor huidige en toekomstige gepensioneerden te komen. Het verantwoordingsorgaan is bevoegd om een oordeel te geven over het handelen van het bestuur over het gevoerde (beleggings)beleid en de bestuurskeuzes voor de toekomst. Dit oordeel wordt opgenomen in het bestuursverslag.

Verder hanteert het ABP specifiek beleid inzake verantwoord beleggen, zij hebben daartoe ESG-criteria opgesteld (waarbij ESG staat voor environment, social en governance). Dit beleid is gebaseerd op nationale en internationale wet- en regelgeving en internationale standaarden. Daarnaast is het beleid van ABP om door middel van een zogenaamd engagement traject de dialoog aan te gaan met de onderneming waarin zij beleggen, om via die weg het beleid en handelen van een onderneming te beïnvloeden.

Het bestuur van het fonds legt verantwoording af aan het verantwoordingsorgaan. In de afgelopen periode zijn door de Commissie Beleggingen van het verantwoordingsorgaan vragen gesteld aan het ABP-bestuur. Het onderwerp investeringen in tabak is een van die onderwerpen, waarbij de vraag is: «Hoe verhoudt zich het investeren in tabaksmultinationals tot het commitment aan de UN Sustainable Development Goals, waarbij gezondheid als expliciet doel is geformuleerd?» Dit laat zien dat, het onderwerp «investeringen in tabak» onderwerp van discussie is bij de werkgevers en werknemers in zowel het ABP-bestuur, als in het verantwoordingsorgaan.

Vraag 5

Welke mogelijkheden zijn er om de invloed van deelnemers daarop op een verantwoorde manier te vergroten?

Antwoord 5

De invloed van deelnemers in het ABP-bestuur en daarmee in het beleggingsbeleid verloopt via de werknemersvertegenwoordiging en de vertegenwoordiging van pensioengerechtigden, en is daarmee aanzienlijk. Daarnaast gaat het ABP in toenemende mate in gesprek met deelnemers, op onder meer bijeenkomsten of webinars, om te weten wat er onder deelnemers leeft en wat zij belangrijk vinden. De afgelopen tijd werd daar onder andere het beleggingsdilemma «wel of niet beleggen in tabak» besproken.

Vraag 6

Zijn er op dit moment in regelgeving bepalingen die pensioenfondsen belemmeren om deelnemers meer te betrekken bij het beleggingsbeleid? Zo ja, welke? Zo nee, waarom hebben veel deelnemers dan het gevoel dat zij niet worden betrokken bij het beleggingsbeleid van hun pensioenfonds?

Antwoord 6

In de wet versterking bestuur pensioenfondsen staat aangegeven welke mogelijkheden er zijn voor pensioendeelnemers om invloed te hebben op het beleggingsbeleid van hun pensioenfonds, zoals hierboven vermeld staat.

Naar boven