Vragen van het lid Popken (PVV) aan de Minister van Defensie over o.a. toegangspassen tot de Koningin Maximakazerne die zijn gevonden in een auto die eerst eigendom van Defensie was (ingezonden 14 juli 2017).

Antwoord van Minister Hennis-Plasschaert (Defensie) (ontvangen 21 augustus 2017).

Vraag 1

Herinnert u zich de antwoorden op eerdere vragen?1

Antwoord 1

Ja.

Vraag 2

Kunt u, gezien het antwoord op vraag 5 in die vragenreeks, aangeven hoe vaak er in de afgelopen vijf jaar meldingen zijn geweest dat een verkocht defensievoertuig niet volledig leeggehaald was? Zo nee, waarom niet?

Antwoord 2

Nee. Dit wordt niet op structurele basis bijgehouden.

Vraag 3

Kunt u uitleggen hoe het kan dat er in een voormalige marechaussee-auto pasjes en parkeerkaarten zijn aangetroffen die onder andere toegang verschaffen tot de Koningin Maximakazerne?2

Antwoord 3

In het voertuig zijn geen passen of andere middelen achtergebleven die toegang zouden kunnen verschaffen tot een defensiecomplex. Het in het voertuig aangetroffen parkeervignet voor de dienstenbaan van Schiphol was gekoppeld aan het kenteken van het voertuig. Aangezien het voertuig na afstoting niet meer in de IT-systemen van Schiphol voorkomt, gaf het vignet niet langer toegang tot de dienstenbaan.

Het vignet voor de Koningin Maxima Kazerne is een geplastificeerde parkeerkaart die zichtbaar in het voertuig moet worden gelegd op het terrein. De parkeerkaart geeft geen toegang tot de kazerne. Daarvoor is een geldige defensiepas vereist.

Beide genoemde vignetten zijn sinds een jaar niet meer in gebruik.

Vraag 4

Deelt u de mening dat dergelijke toegangspassen niet in een voertuig achter mogen blijven? Deelt u de mening dat dit, wanneer ze in verkeerde handen vallen, tot (staats)gevaarlijke situaties kan leiden? Zo nee, waarom niet?

Antwoord 4

Af te stoten voertuigen moeten worden ontdaan van privéspullen en defensie-gerelateerde zaken. Het verwijderen van parkeervignetten hoort daarbij. In dit geval is sprake van een menselijke fout en zijn beide parkeervignetten over het hoofd gezien. Zoals in het antwoord op vraag 3 geschetst, hebben hierdoor geen gevaarlijke situaties kunnen ontstaan. Dit laat onverlet dat er sprake is geweest van een fout.

Vraag 5

Bent u bereid de verkoop van defensiematerieel, zoals auto’s en andere voertuigen, grondig te evalueren en de resultaten voor het einde van het jaar naar de Kamer te sturen? Zo nee, waarom niet?

Antwoord 5

Ik acht dit niet nodig, aangezien de procedure toereikend is en het om een menselijke fout gaat zonder (potentiële) gevolgen voor de (staats)veiligheid. Defensie stoot jaarlijks zo’n 2.000 voertuigen (tot 3.500 kg) af. De afdeling in kwestie is zich er terdege van bewust dat dergelijke situaties moeten worden voorkomen.

Vraag 6

Kunt u aangeven hoe u gaat voorkomen dat dit soort materiaal achterblijft in voertuigen die verkocht worden?

Antwoord 6

Het betrokken personeel zal met nadruk worden gewezen op het belang van naleving van de procedure.


X Noot
1

Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2016–2017, nr. 1760

X Noot
2

4 Foto’s, (parkeer)kaarten

Naar boven