Vraag 3, 4
Kunt u puntsgewijs aangeven welke vorm van controles Nederland momenteel hanteert
ter bescherming van onze havens en op welke punten deze verschillen van de Belgische
aanpak? Zo nee, waarom niet?
Bent u bereid om de controles tegen geradicaliseerde bemanningsleden ook in de Rotterdamse
haven en andere zeehavens op te voeren?
Antwoord 3, 4
De inrichting van de controle van de zee en havens in Nederland en België is vergelijkbaar.
In beide landen zijn verschillende instanties met dergelijke controletaken belast.
De Kustwacht monitort de Noordzee permanent. Elk schip dat in Nederland aankomt, zeker
als Nederland als Europese buitengrens wordt aangedaan, moet de Nederlandse autoriteiten
toestaan mensen en goederen te controleren.
Schepen die van buiten het Schengengebied komen en een Nederlandse haven willen aandoen,
moeten tevens conform de Schengengrenscode vooraf de gegevens van hun bemanningsleden
en eventuele passagiers aan de Nederlandse autoriteiten doorgeven. Op basis hiervan
voert de Koninklijke Marechaussee via datasystemen controles uit en waar nodig fysieke
controles.
De Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT) voert toezicht uit op een goede werking
van het Automatic Identification System (AIS) op Nederlandse schepen en in het kader van Port State Control ook op zeeschepen
met een buitenlandse vlag. Het ILT gaat tijdens een controle na of het AIS aanstaat,
de juiste gegevens worden uitgezonden en of er periodieke controles door de klassenbureaus
zijn uitgevoerd. Als de Kustwacht een overtreding constateert, wordt al dan niet opgetreden.
Daarnaast voert de Douane controles uit op schepen die goederen de Nederlandse havens
willen binnen brengen. Voor die goederen moet door het bedrijfsleven vooraf een aangifte
worden gedaan bij de Douane en moet de aankomst van de goederen en het schip worden
gemeld. De Douane werkt risicogericht en analyseert de gegevens van deze aangiften
en maakt daarbij gebruik van informatie uit open en gesloten bronnen. De Douane selecteert
te controleren schepen en scheepsladingen op basis van een risicoanalyse.
Bij het Maritiem Informatie Knooppunt (MIK) van de Kustwacht werken informatieambtenaren
van de Koninklijke Marechaussee, de Douane, de Nationale Politie, de Nederlandse Voedsel-
en Warenautoriteit en het Commando Zeestrijdkrachten samen. Op basis van informatie
van de diverse diensten wordt een zo compleet mogelijk maritiem beeld opgebouwd van
de Noordzee en vindt risicoprofilering plaats. Indien er een vermoeden van verdachte
activiteiten bestaat, vindt verder onderzoek plaats. Op grond van de beschikbare informatie
kan daarna tot optreden worden overgegaan.
Voor de beantwoording van uw vragen verwijs ik u tevens graag naar de beantwoording
van de vragen van de leden Tellegen en Ten Broeke (beiden VVD) over het bericht «honderden
zeeschepen van de radar» (met kenmerk 2017Z06152) en de vragen van de leden Jetten, Groothuizen en Bouali (allen D66) aan de ministers
van Infrastructuur en Milieu, van Veiligheid en Justitie en van Buitenlandse Zaken
over het bericht dat verdachte schepen niet worden gecontroleerd (met kenmerk 2017Z06153).
Antwoord 5
De Koninklijke Marechaussee staat voor uitdagingen bij het uitoefenen van haar taken.
Het kabinet heeft daarom extra middelen beschikbaar gesteld. Hierover is uw Kamer
bericht in de brief van 29 november 2016 (kenmerk 30 176, nr. 33) en in de brief van de Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu van 23 juni
2017 (kenmerk Aanhangselnummer 2196, vergaderjaar 2016–2017).