Vragen van het lid Gijs vanDijk (PvdA) aan de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties over de accountantscontrole van topinkomens (ingezonden 15 juni 2017).

Antwoord van Minister Plasterk (Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties) (ontvangen 29 juni 2017).

Vraag 1

Kent u het bericht «Accountants willen stoppen met controle van topinkomens»?1

Antwoord 1

Ja.

Vraag 2, 3

Deelt u de mening dat de complexiteit van de controle er niet toe mag leiden dat daardoor onvoldoende zicht ontstaat op topinkomens in de publieke sector? Zo ja, waarom is daar sprake van? Zo nee, waarom niet?

Deelt u de mening dat complexiteit in de regels ten aanzien van topinkomens in de publieke sector er in ieder geval niet toe mag leiden dat dan maar de normering van die topinkomens wordt afgezwakt? Zo ja, waarom? Zo nee, waarom niet?

Antwoord 2, 3

Ik deel de mening dat de complexiteit van de controle het zicht niet mag ontnemen op de topinkomens in de (semi-)publieke sector. Ik deel ook de mening dat hierdoor de normering van topinkomens niet mag worden afgezwakt. De in het artikel aangehaalde deskundigen onderschrijven ook de doelstelling van de Wet normering topinkomens (WNT), maar maken zich zorgen over de hoeveelheid werk die de accountantscontrole met zich meebrengt, onder meer als gevolg van de complexiteit van de wet en aanpalende wet- en regelgeving. Het is primair aan de instelling om de WNT-informatie transparant te verantwoorden. De accountant is een sleutelfiguur bij de controle op de WNT. Ik neem de geuite zorgen dan ook zeer serieus. Een deel van de factoren die complexiteit veroorzaken, zoals het overgangsrecht, vormt een gegeven. Een ander deel, zoals de fiscale bepalingen betreffende loon, is breder van aard en inhoud. Ik ben bereid om samen met onder meer de beroepsgroep te bezien of er mogelijkheden zijn om binnen het doel en de kaders van de WNT de controlelast voor accountants te verminderen. Een afspraak daarvoor is al enige tijd geleden gemaakt.

Vraag 4

Deelt u de mening dat de controle op topinkomens eenvoudiger zou worden als ook niet-topfunctionarissen en interim--mers in de publieke sector niet meer dan een ministerssalaris zouden mogen verdienen? Zo ja, op welke termijn komt u alsnog met wetgeving om dit te regelen? Zo nee, waarom niet?

Antwoord 4

De Raad van State heeft recent advies uitgebracht over het wetsvoorstel tot uitbreiding van de personele werkingssfeer van de Wet normering topinkomens (WNT-3). Hiermee worden alle werknemers in de (semi-)publieke sector onder de WNT gebracht. Het besluit om de WNT-3 in te dienen bij uw Kamer laat ik over aan het volgende kabinet. De controle op topinkomens als zodanig wordt niet eenvoudiger als niet-topfunctionarissen in de (semi-)publieke sector, met of zonder dienstverband, onder de reikwijdte van de WNT worden gebracht en niet meer mogen verdienen dan een ministersalaris. Bij ongewijzigde omstandigheden nemen de controlelasten toe, omdat het aantal functionarissen die onder het bereik van de WNT vallen sterk toeneemt. Zoals gebruikelijk zal wanneer sprake is van invoering met betrokken maatschappelijke partijen worden overlegd hoe gegeven het doel en de strekking van het wetsvoorstel de administratieve lasten zoveel mogelijk kunnen worden beperkt.

Vraag 5

Overweegt u de controle op topinkomens in de publieke sector door anderen dan accountants te laten doen? Zo ja, waarom, door wie of welke instantie? Wie gaat de kosten van de controles dragen? Zo nee, waarom niet?

Antwoord 5

Nee, dit overweeg ik niet. Dit zou een ingrijpende systeemwijziging betekenen, die veel inspanning kost en onzekerheid met zich meebrengt op een moment dat veel partijen juist te kennen geven inmiddels aan de WNT gewend te zijn en vooral behoefte te hebben aan rust. Controle wordt niet eenvoudiger als een andere partij deze ter hand neemt. En tot slot acht ik de accountant bij uitstek geschikt om de controle op de naleving van de WNT uit te voeren. Er is geen partij die dit effectiever en efficiënter kan doen. De accountant kent immers vanuit zijn jaarlijkse controle de instelling, de daar werkzame topfunctionarissen en de administraties en kan, waar nodig, de link leggen met andere specialismen.


X Noot
1

Financieele Dagblad 13 juni 2017

Naar boven