Vragen van de leden Jasper vanDijk en Laçin (beiden SP) aan de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid over het bericht dat Hongaarse vrachtwagenchauffeurs die voor een Nederlands transportbedrijf rijden niet betaald hoeven te worden volgens de Nederlandse cao (ingezonden 8 mei 2017).

Antwoord van Minister Asscher (Sociale Zaken en Werkgelegenheid) (ontvangen 30 mei 2017).

Vraag 1 t/m 5

Wat is uw reactie op de uitspraak van het gerechtshof in Den Bosch dat Hongaarse vrachtwagenchauffeurs die voor het Nederlandse transportbedrijf Van den Bosch internationale transporten uitvoeren, niet betaald hoeven te krijgen volgens de Nederlandse cao?1

Wat is uw reactie op de uitspraak van het gerechtshof dat de zogenoemde «charterbepaling» niet van toepassing is waardoor de vanuit Hongarije ingevlogen chauffeurs niet onder de Nederlandse cao vallen?

Wat is uw reactie op de uitspraak van het gerechtshof dat ook de Europese detacheringsregel niet van toepassing is, wat erop neer komt dat de Hongaarse chauffeurs geen recht hebben op de in Nederland geldende arbeidsvoorwaarden?

Vindt u dat de wetgeving op dit punt – ondanks alle mooie woorden en intenties om schijnconstructies en verdringing aan te pakken – geen stand houdt voor de rechter? Kunt u uw antwoord toelichten?

Wat is uw reactie op het argument dat de wet niet wordt overtreden omdat de ritten vanuit Nederland voor een groot deel in het buitenland plaats vinden? Op welke manier is de wetgeving hierover onvoldoende duidelijk?

Antwoord 1 t/m 5

Zoals u weet moet ik terughoudend zijn uitspraken te doen over zaken die nog in behandeling zijn; tegen deze uitspraak kan nog cassatie worden ingesteld en ook moet de verwijzende kantonrechter nog uitspraak doen. Ik kan mij wel uitspreken over grensoverschrijdende arbeid in het algemeen. Wat mij betreft geldt daar het principe van gelijk loon voor gelijk werk op dezelfde plek. Daar heb ik mij deze kabinetsperiode vol voor ingezet. Met de invoering van de Wet aanpak schijnconstructies en de Wet arbeidsvoorwaarden gedetacheerde werknemers in de EU zijn al belangrijke stappen gezet. Daarnaast wordt mede op aandringen van Nederland de Europese detacheringsrichtlijn herzien en komt de Europese Commissie binnenkort ook met voorstellen voor duidelijkere regels in het wegtransport.

Vraag 6

Deelt u de mening dat met deze uitspraak ook de deur voor andere transportbedrijven wagenwijd wordt opengezet om met soortgelijke (schijn)constructies de Nederlandse arbeidsmarkt verder te ondermijnen? Kunt u uw antwoord toelichten?

Antwoord 6

Nee. De uitspraak lijkt te gaan over een zeer specifieke situatie, waarin de werknemers van het Hongaarse bedrijf in Hongarije wonen, daar sociaal verzekerd zijn en ook voor andere opdrachtgevers rijden. Het gerechtshof Den Bosch komt daarom tot de conclusie dat de arbeidsovereenkomst van de chauffeurs nauwer is verbonden met Hongarije dan met Nederland. Het Nederlandse recht is daarom niet van toepassing. Door de specifieke kenmerken van deze zaak kunnen hier echter geen algemene conclusies aan worden verbonden; er is dus geen deur voor een schijnconstructie open gezet.

In algemene zin ben ik overigens van mening dat de duidelijkheid van de Europese regelgeving over bijvoorbeeld de toepasselijkheid van de detacheringsrichtlijn in het wegtransport te wensen over laat. Die onduidelijkheid werkt schijnconstructies in de hand.

Vraag 7

Wat hebt u te bieden aan transportbedrijven die Nederlandse chauffeurs in dienst hebben tegen fatsoenlijke arbeidsvoorwaarden, maar die vanwege oneerlijke concurrentie steeds vaker werk verliezen aan bedrijven als Van den Bosch?

Antwoord 7

Ik blijf mij hard maken voor gelijk loon voor gelijk werk op dezelfde plek.

Vraag 8

Is de uitspraak van het gerechtshof voor u aanleiding om de wet aan te scherpen? Zo nee, hoe gaat u voorkomen dat Nederlandse en Hongaarse chauffeurs in een Europese race naar de bodem tegen elkaar worden uitgespeeld?

Antwoord 8

Het internationaal transport is bij uitstek een bedrijfsactiviteit die op Europees niveau gereguleerd moet worden. Ik kijk daarom uit naar de voorstellen die de Europese Commissie zal doen om een meer gelijk speelveld te creëren en de regels duidelijker te maken.


X Noot
1

NRC, «Geen Nederlandse cao voor Hongaarse vrachtwagenchauffeurs», d.d. 3 mei 2017

Naar boven