Vragen van het lid Marcouch (PvdA) aan de Minister van Veiligheid en Justitie over
overlast van hangjongeren in Maassluis (ingezonden 30 september 2016).
Antwoord van Minister Van der Steur (Veiligheid en Justitie) (ontvangen 12 oktober
2016).
Vraag 1
Kent u het bericht «Vakbond: politie kan niet alle problemen met hangjongeren oplossen»?1
Vraag 2
Deelt u de mening van de voorzitter van de politievakbond ACP dat gemeenten meer zelf
moeten doen om problemen met hangjongeren te voorkomen? Zo ja, waarom? Zo nee, waarom
niet?
Antwoord 2
Voor de aanpak van overlast en jeugdcriminaliteit is een uitgebreid en divers pakket
van preventieve en repressieve instrumenten beschikbaar. Het is aan het lokale gezag
om te bepalen welke instrumenten in de gegeven omstandigheden het best kunnen worden
ingezet en welke verdere acties worden ondernomen bij het eventueel uitblijven van
een oplossing.
Vraag 3 en 5
Legt u net zoals de genoemde voorzitter ook een direct verband tussen de vorming van
de nationale politie, het sluiten van politiebureaus, bezuinigingen op jongerenwerk
en werkloosheid enerzijds en de problemen die hangjongeren in Maassluis veroorzaken
anderzijds? Zo ja, waarom? Zo nee, waarom niet?
Kunt u aangeven wat de vorming van de nationale politie concreet voor de Maassluis
betekent, bijvoorbeeld als het gaat om de politiecapaciteit of aanrijtijden?
Antwoord 3 en 5
Dat de problemen in Maassluis of op andere plekken te maken zou hebben met de factoren
die door de voorzitter van de ACP worden genoemd, kan ik niet onderschrijven. Noch
concreet in deze casus, noch in het algemeen zie ik een causaal verband tussen de
vorming van de nationale politie en het gedrag van sommige jeugdigen in woonwijken
als in Maassluis. Wat ik wel zie, is dat juist door de vorming van de nationale politie
vraagstukken die de lokaal beschikbare kennis en capaciteit overstijgen in de politieorganisatie
beter dan voorheen opgevangen kunnen worden. De aanpak vergt de inzet van alle betrokken
partijen en daarbij kan meer dan ooit gerekend worden op de politie.
Vraag 4
Deelt u de mening dat zelfs al zou er een direct of indirect verband zijn tussen de
vorming van de nationale politie, een kleinere beschikbaarheid van politie of beleid
van de gemeente dat nooit een excuus mag zijn voor het vernielen van gemeentegoederen,
ingooien van ruiten of intimideren van bewoners? Zo ja, waarom? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 4
Ja. Er is geen excuus voor het vernielen van gemeentegoederen, ingooien van ruiten
of intimideren van bewoners. Ik verwerp dergelijk gedrag te allen tijde.
Vraag 6, 8 en 9
Deelt u de mening dat de politie alles moet doen wat nodig is om hangjongeren die
in Maassluis strafbare feiten plegen aan te pakken? Zo ja, waarom? Zo nee, waarom
niet?
Hoeveel aangiften zijn er in Maassluis gedaan vanwege de genoemde strafbare feiten?
Hoe heeft de politie die aangiften behandeld en binnen welke termijn na de aangifte
er iets mee gedaan? Wat is de stand van zaken van de aangiften? Worden de slachtoffers
op de hoogte gehouden van de stand van zaken van hun aangiften?
Ziet het openbaar ministerie in het geval er, bijvoorbeeld uit angst voor represailles
geen aangifte wordt gedaan, aanleiding voor ambtshalve vervolging? Zo ja, waarom?
Zo nee, waarom niet?
Antwoord 6, 8 en 9
Naar aanleiding van de gebeurtenissen heeft de politie 8 aangiftes opgenomen. Onder
regie van het Openbaar Ministerie (OM) wordt er onderzoek gedaan en zijn er inmiddels
5 verdachten aangehouden. OM en politie sluiten meer aanhoudingen niet uit. Deze week
worden alle slachtoffers nogmaals door de politie op de hoogte gebracht over de stand
van zaken met betrekking tot hun aangiften.
Vraag 7
Is het waar dat er bij diverse 112 meldingen de afgelopen maand pas na geruime tijd
(tussen een halfuur en meer dan een uur) politie ter plaatse was? Zo ja, wat was daarvan
de reden?
Antwoord 7
Bij spoedmeldingen die binnenkomen bij 112 hanteert de politie de landelijke streefnorm
om in 90% van de gevallen binnen 15 minuten ter plaatse te zijn.
Vraag 10
Kunt u bovenstaande vragen beantwoorden vóór het Algemeen overleg over de politie
voorzien op 6 oktober aanstaande?
Antwoord 10
Ik heb deze vragen zo spoedig als mogelijk beantwoord.