Vragen van het lid Omtzigt (CDA) aan de Minister-President en de Minister van Buitenlandse Zaken over de mogelijkheden tot het verbieden van campagnes van buitenlandse politici van niet-vrije landen in Nederland (ingezonden 13 maart 2017).

Antwoord van Minister-President Rutte (Algemene Zaken), mede namens de Ministers van Sociale Zaken en Werkgelegenheid en van Buitenlandse Zaken (ontvangen 15 mei 2017).

Vraag 1

Heeft u kennisgenomen van het feit dat de sociaaldemocratische bondskanselier van Oostenrijk, de heer Kern, heeft opgeroepen tot een ban voor Turkse politici om campagne te voeren in de Europese Unie?1

Vraag 2

Bent u ervan op de hoogte dat er zelfs onder het Europees Verdrag van de Rechten van de Mens, dat door zowel alle EU-landen als Turkije ondertekend is, geen recht bestaat op vrijheid van meningsuiting (artikel 10 EVRM) en vrijheid van vergadering (artikel 11 EVRM) van vreemdelingen ten behoeve van politieke activiteiten?

Vraag 3

Bent u bekend met Artikel 16 van het Europees Verdrag van de Rechten van de Mens over beperkingen op politieke activiteiten van vreemdelingen:

«Geen der bepalingen van de Artikelen 10, 11 en 14 mag beschouwd worden als een beletsel voor de Hoge Verdragsluitende Partijen beperkingen op te leggen aan politieke activiteiten van vreemdelingen.»?

Vraag 4

Deelt u de mening dat de regering de mogelijkheid moet hebben om politieke bijeenkomsten van niet geheel vrije regimes bij wet vooraf te verbieden?

Vraag 5

Deelt u de mening dat het EVRM de mogelijkheid biedt om politieke bijeenkomsten van niet geheel vrije regimes bij wet vooraf te verbieden?

Vraag 6

Welke aanknopingspunten biedt de wet op dit moment om politieke bijeenkomsten van niet geheel vrije regimes bij wet vooraf te verbieden?

Vraag 7

Op welke wijze zult in de tussentijd omgaan met politieke manifestaties van buitenlandse politici van niet geheel vrije landen in Nederland?

Vraag 8

Kunt u deze vragen vóór 15 maart a.s. beantwoorden?

Antwoord 1, 2, 3, 4, 5, 6, 7, 8

De schriftelijke vragen van het lid Omtzigt (CDA) aan de Minister-President en de Minister van Buitenlandse Zaken over de mogelijkheden tot het verbieden van campagnes van buitenlandse politici van niet-vrije landen in Nederland, vraagnummer 2017Z03668, zijn beantwoord middels de brief «Campagnebezoeken van Turkse ministers en de gebeurtenissen die daaromtrent plaatsvonden rond om 11 maart 2017» (Kamerstuk 34 824, nr. 195).

Naar boven