Vragen van de leden Recourt en Van Laar (beiden PvdA) aan de Ministers van Veiligheid en Justitie en van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties over de dood van een agent op Bonaire (ingezonden 14 maart 2017).

Antwoord van Minister Blok (Veiligheid en Justitie) mede namens de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (ontvangen 4 april 2017).

Vraag 1

Bent u bekend met de dood van een agent op Bonaire op 18 augustus 2016 tijdens de uitoefening van zijn functie en als gevolg van geweervuur, en de impact die dit incident heeft op de inwoners van Bonaire en de medewerkers van het politiekorps Bonaire in het bijzonder?

Antwoord 1

Ja, ik ben zeer zeker bekend met het tragisch overlijden van een agent op Bonaire tijdens de uitoefening van zijn functie en de bredere effecten daarvan.

Vraag 2

Klopt het dat de wijze waarop agenten door hun werkgever zijn verzekerd, waaronder begrepen een levensverzekering, verschilt binnen het Bonairiaanse korps, in die zin dat vanuit Europees Nederland uitgezonden agenten mogelijk beter verzekerd zijn dan lokale agenten? Zo ja, kunt u op een rijtje zetten welke verschillen er precies zijn en wat de rechtvaardiging is van deze verschillen? Zo ja, bent u dan bereid deze verschillen in verzekering weg te nemen of te doen wegnemen?

Antwoord 2

De rechtspositie van alle Rijksambtenaren in Caribisch Nederland, waaronder ook politieambtenaren, is een andere rechtspositie dan de rechtspositie van de ambtenaren, zoals we die in het Europese deel van het Koninkrijk kennen. Verschillen zijn bijvoorbeeld te zien in bezoldiging en werktijd. Ook de werkgeversvoorzieningen zijn niet gelijk. Op dit moment wordt bezien op welke wijze een passende werkgeversvoorziening bij overlijden door een dienstongeval voor (alle) rijksambtenaren in het Caribisch deel van Nederland kan worden gecreëerd.

Naar boven