Vragen van de leden Ünver en Maij (beiden PvdA) aan de Minister van Buitenlandse Zaken over het bericht dat in Turkije geen televisieberichtgeving over aanslagen is toegestaan (ingezonden 6 februari 2017).

Antwoord van Minister Koenders (Buitenlandse Zaken) (ontvangen 27 februari 2017).

Vraag 1

Heeft u kennisgenomen van het bericht dat de Turkse TV geen verslag meer mag doen van terroristische aanslagen?1

Antwoord 1

Ja.

Vraag 2, 3, 6 en 7

Klopt het dat deze maatregel van overheidswege is opgelegd? Wat is uw reactie op deze nieuwe inperking van de persvrijheid in Turkije?

Deelt u de mening dat deze maatregelen van de Turkse regering van president Erdogan een inbreuk vormen op onafhankelijke berichtgeving in Turkije en die indruisen tegen het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens? Zo ja, op welke wijze kan dat effectief in Europees verband richting Turkije aan de orde gesteld worden?

Wat zijn de overige ontwikkelingen in Turkije met betrekking tot de persvrijheid de laatste maanden?

In welke mate is in Turkije onafhankelijke berichtgeving over aanslagen, maar ook over overige zaken, regeringsbeleid etc. momenteel nog mogelijk? Welke laatste actuele gegevens heeft u over het sluiten van media en/of het oppakken en veroordelen van journalisten in Turkije?

Antwoord 2, 3, 6 en 7

Met het van overheidswege uitvaardigen van deze instructie wordt het Turkse media in de periode direct volgend op een aanslag uitsluitend nog toegestaan om officiële regeringsmededelingen door te geven aan het publiek. De instructie zou gelden zolang de noodtoestand van kracht is in Turkije.

Op dit moment verblijven ten minste 154 journalisten in detentie. 160 mediabedrijven zijn gesloten. Ten minste 3.000 journalisten zijn sinds januari 2016 ontslagen. Van honderden journalisten is de persaccreditatie ingetrokken. De meeste journalisten zijn nog in afwachting van hun proces.

Pers- en internetvrijheid zijn fundamentele Europese waarden. Nederland brengt het belang van deze waarden in deze context frequent aan de orde, zowel in bilaterale contacten met Turkije als in EU-verband.

Vraag 4

Bent u bereid erop aan te dringen dat de Nederlandse vertegenwoordiging in de Raad van Europa pleit voor het aanspreken van Turkije op deze inbreuk op mensenrechten en de persvrijheid? Zo ja, wanneer en op welke wijze?

Antwoord 4

De Raad van Europa volgt de ontwikkelingen in Turkije sinds de mislukte couppoging op diverse manieren. Verschillende commissies hebben bezoeken gebracht aan Turkije en kritische rapporten gepubliceerd over de staat van de mensenrechten en de rechtsstaat in Turkije. Op 15 februari jl. publiceerde de Mensenrechtencommissaris van de Raad van Europa een kritisch memorandum over vrijheid van meningsuiting en mediavrijheid in Turkije. In maart zal ook de Venetiëcommissie een opinie over dit onderwerp uitbrengen.

Het kabinet hecht zeer aan de rol van de Raad van Europa in deze en blijft en zal zich inzetten en ook oproepen tot naleving van de adviezen en actieve en concrete samenwerking tussen de Raad van Europa en Turkije.

Vraag 5

Hoeveel klachten zijn er bij het Europees Hof voor de Rechten van de Mens inmiddels ingediend tegen Turkije vanwege inbreuken op de persvrijheid? Wat is het resultaat van deze rechtszaken?

Antwoord 5

Het kabinet is niet bekend met de hoeveelheid klachten die op dit onderwerp zijn ingediend tegen Turkije. Het kabinet tekent daarbij aan dat het EHRM ingediende klachten niet altijd aan de direct betrokken staat – in casu Turkije – communiceert. Er zijn uitspraken van het EHRM in eerdere zaken tegen Turkije waarbij een schending is geconstateerd van artikel 10 van het EVRM, waar persvrijheid onder valt.

Vraag 8

Op welke wijze ondersteunt Nederland of ondersteunen Nederlandse organisaties onafhankelijke Turkse media om hen te helpen in hun strijd voor onafhankelijke, vrije pers?

Antwoord 8

Via het MATRA en Mensenrechtenprogramma van de Nederlandse ambassade in Ankara worden op dit moment drie verschillende projecten gesteund die Turkse media helpen op onafhankelijke wijze hun werk te doen. Daarnaast zijn extra middelen vrijgemaakt voor projecten in Turkije die vrijheid van meningsuiting beschermen en onafhankelijke media ondersteunen.

Naar boven