Vragen van het lid Voordewind (ChristenUnie) aan de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking over het ontslag van 1.500 textielwerkers in Bangladesh (ingezonden 23 januari 2017).

Antwoord van Minister Ploumen (Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking) (ontvangen 16 februari 2017).

Vraag 1

Kent u het bericht «Duizenden textielwerkers Bangladesh ontslagen na staking»?1

Antwoord 1

Ja

Vraag 2

Wat is uw reactie op het bericht dat 1.500 mensen zijn ontslagen bij textielfabrieken in Bangladesh, na een massale staking voor een hoger minimumloon en de arrestatie van twaalf vakbondsleiders en mensenrechtenactivisten?

Antwoord 2

Dit bericht baart mij grote zorgen. Na de recente loonacties heeft Nederland aandacht gevraagd voor de ontstane situatie bij vertegenwoordigers van gelijkgezinde landen en internationale organisaties om dit gezamenlijk aan de orde te kunnen stellen bij de autoriteiten van Bangladesh. De Nederlandse ambassadeur heeft gesproken met de werkgeversorganisatie en met de autoriteiten in Bangladesh. Ook heeft een gesprek plaatsgevonden met een van de grotere vakbondsorganisaties. Nederland heeft het belang van vrijheid van vereniging, de rechten van werknemers en sociale dialoog in deze gesprekken benadrukt.

Vraag 3

Bent u bereid om in gesprek te gaan met de ondertekenaars van het Bangladesh-akkoord over dit recente bericht en aan te dringen op oplossingen met betrekking tot vakbondsvrijheid in Bangladesh, die overduidelijk in het geding is?

Antwoord 3

Het Bangladesh-akkoord richt zich primair op de brand- en gebouwveiligheid van de textielfabrieken. Het kabinet gaat graag in gesprek met de partijen van het Bangladesh-akkoord over hun opvatting over en ervaring met vakbondsvrijheid in Bangladesh. Er staat binnenkort een afspraak gepland met de directeur van het Bangladesh-akkoord. Daar zal vakbondsvrijheid ter sprake komen.

Vraag 4 en 5

Bent u bereid om hierover met bedrijven in gesprek te gaan die in Nederland actief zijn en kleding laten maken in de betreffende fabrieken?

Op welke manier levert het textielconvenant al op korte termijn oplossingen voor problemen als de inperking van de vakbondsvrijheid, betaling onder de grens van een leefbaar loon en het massale ontslag van fabrieksarbeiders?

Antwoorden 4 en 5

De Nederlandse overheid is partij bij het textielconvenant waarbij Nederlandse bedrijven gezamenlijk afspraken hebben gemaakt over hoe de risico’s in de keten aan te pakken. In het textielconvenant is afgesproken dat er collectieve projecten zullen komen voor vakbondsvrijheid en leefbaar loon. Er moet nog een keuze gemaakt worden voor de landen waar die collectieve projecten ontwikkeld zullen worden. Gezien de recente ontwikkelingen moet Bangladesh zeker in overweging worden genomen.

Er is nog geen inzicht in de productielocaties van Nederlandse merken. Medio dit jaar zal informatie over productielocaties beschikbaar zijn voor de merken die het textielconvenant hebben ondertekend. Indien Nederlandse merken in hun productielocaties te maken hebben gekregen met de bovengenoemde vakbondsacties, verwacht het kabinet dat zij zich nadrukkelijk uitspreken voor vakbondsvrijheid en tegen het ontslaan van werknemers vanwege vakbondsacties.

Ook via ons Strategisch Partnerschap met Fair Wear Foundation, FNV en CNV is ruime aandacht voor vakbondsvrijheid en leefbaar loon in productielanden, waaronder Bangladesh. Daarnaast heeft Fair Wear Foundation begin deze maand een brief gestuurd naar de autoriteiten van Bangladesh waarin de Nederlandse organisatie haar zorgen uit over de recente massa-ontslagen van protesterende arbeiders en de arrestaties van vakbondsleiders. Fair Wear Foundation bepleit in de brief de verhoging van het minimumloon voor de kledingarbeiders in Bangladesh. Fair Wear Foundation heeft haar leden opgeroepen na te gaan bij hun leveranciers of hun werknemers door bovengenoemde maatregelen zijn getroffen, omdat zij zich uitgesproken hebben voor hogere lonen. Van de leveranciers wordt verwacht dat zij klachtprocedures ter beschikking hebben om schendingen van arbeidsrechten te adresseren.

Ook andere EU-lidstaten, waaronder Zweden, Denemarken en Duitsland, steunen programma’s voor vakbondsvrijheid.

Vraag 6

Bent u bereid om bij de regering van Bangladesh aan te dringen op het aangaan van gesprekken met vakbonden over een leefbaar loon en om de vakbondsvrijheid te respecteren?

Antwoord 6

Nederland maakt via de Europese Unie deel uit van de dialoog met de autoriteiten van Bangladesh in het kader van de Sustainability Compact. Een van de voorwaarden onder de Compact is het verbeteren van de naleving van fundamentele arbeidsnormen, waaronder vakbondsvrijheid. Helaas moet worden geconstateerd dat de maatschappelijke omgeving voor vakbonden in Bangladesh ongunstig is. Er heerst onder werkgevers en werknemers een groot wantrouwen tegen vakbonden. Nederland heeft herhaaldelijk aandacht gevraagd voor de rechten van arbeiders en blijft dat doen. Tijdens mijn laatste bezoek aan Bangladesh afgelopen september heb ik mijn zorgen hierover geuit bij de Minister van Handel. Ook heeft Nederland onmiddellijk na de recente loonacties de vakbondsvrijheid aan de orde gesteld bij de autoriteiten van Bangladesh. Daarnaast zet Nederland zich in voor leefbare lonen, bijvoorbeeld door via de EU dialoog met Bangladesh een nieuwe verhoging van het wettelijk minimumloon te bepleiten. Nederland trekt zoveel mogelijk op met gelijkgezinde landen en internationale organisaties.

Naar boven