Vragen van het lid Gesthuizen (SP) aan de Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie over het terugsturen van kinderen naar Afghanistan (ingezonden 20 januari 2017).

Antwoord van Staatssecretaris Dijkhoff (Veiligheid en Justitie) (ontvangen 10 februari 2017).

Vraag 1 t/m 6

Hoeveel mensen worden jaarlijks teruggestuurd in het kader van de Joint Way Forward overeenkomst? Hoeveel hiervan zijn kinderen? Hoeveel hiervan zijn alleenstaande kinderen?

Welk belang heeft de staat erbij dat Afghaanse kinderen terug naar Afghanistan worden gestuurd waar zij het risico lopen slachtoffer te worden van kinderrechtschendingen? Wanneer is het belang van het kind wel groter dan het belang van de staat?

Op welke manier doet het opvangen van Afghaanse kinderen afbreuk aan het maatschappelijk draagvlak voor het vreemdelingenbeleid? Waarom kiest u er niet voor dit maatschappelijk draagvlak op andere manieren te vergroten dan de kinderen terug te sturen?

Waarom is het delen van de ernstige zorg over de schendingen van kinderrechten in Afghanistan niet voldoende om kinderen niet terug naar Afghanistan te sturen? Welke omstandigheden zouden u er wel toe bewegen niet langer kinderen terug naar Afghanistan te sturen?

Hoe zijn het Internationaal Verdrag Inzake de Rechten van het Kind, de zorgen over kinderrechtenschendingen en het terugsturen van kinderen naar Afghanistan volgens u met elkaar verenigbaar?

Welke belangen van Afghaanse kinderen worden gediend door ze terug te sturen naar Afghanistan? Kunt u hierbij ook specifiek ingaan op het belang van alleenreizende minderjarigen?

Antwoord 1 t/m 6

In de beantwoording van de feitelijke vragen gesteld door de leden van de vaste commissie voor Buitenlandse Zaken, over de verlenging van de Nederlandse bijdrage aan Resolute Support d.d. 5 december 2016, is uw Kamer geïnformeerd over de zogenoemde «Joint Way Forward»overeenkomst tussen de EU en Afghanistan. In deze overeenkomst zijn afspraken gemaakt over de bestrijding van illegale migratie en in het bijzonder de samenwerking als het gaat om terugkeer. De Joint Way Forward bevat operationele afspraken over het verloop van het terugkeerproces. Het document bevat geen afspraken over aantallen terugkeerders.

Uw kamer is daarnaast geïnformeerd over de zorgen die het kabinet deelt die in het rapport van Save the Children, Afghan children cannot wait beschreven worden. Schendingen van kinderrechten, waaronder kindhuwelijken en kinderarbeid, blijven een punt van ernstige zorg in Afghanistan. Het rapport adviseert onder andere om steun aan Afghanistan te richten op gezondheidssector, onderwijs en kinderbescherming. Nederland draagt onder andere via het ARTF1 bij aan sociale en basisvoorzieningen, zoals onderwijs en de gezondheidszorg.

Nederland kent een zorgvuldige asielprocedure waarin op basis van de individuele situatie wordt beoordeeld of een vreemdeling vluchtelingrechtelijke bescherming nodig heeft of bij terugkeer het risico loopt op mensenrechtenschendingen. Ook wordt de informatie die bekend is over de situatie in het land van herkomst betrokken in de asielprocedure, in het bijzonder het algemene ambtsbericht van de Minister van Buitenlandse Zaken. Het is bekend dat de veiligheidssituatie in delen van Afghanistan zorgen baart. Dit rechtvaardigt echter niet de conclusie dat geen enkele vreemdeling afkomstig uit Afghanistan zou kunnen terugkeren. Bij afwijzing van de asielaanvraag – en bekrachtiging daarvan door de rechter – wordt ingezet op terugkeer. Bij terugkeer van alleenstaande minderjarige vreemdelingen (amv’s) staat in het belang van het kind hereniging met de ouders of andere familieleden voorop. Slechts wanneer opvang door ouders of familie niet mogelijk blijkt, wordt naar andere mogelijkheden van adequate opvang gezocht. Deze voorwaarden aan de terugkeer van alleenstaande minderjarigen vormen ook expliciet onderdeel van de Joint Way Forward.

Vraag 7 en 8

Wat verstaat u onder adequate opvang in Afghanistan?

Welke andere mogelijkheden van adequate opvang worden in Afghanistan gezocht indien hereniging met ouders of andere familieleden niet lukt?

Antwoord 7 en 8

Onder adequate opvang in het land van herkomst wordt iedere opvang (ongeacht de vorm) verstaan waarvan de omstandigheden vergelijkbaar zijn met de omstandigheden waaronder opvang wordt geboden aan leeftijdsgenoten die zich in een gelijkwaardige positie als de terugkerende amv bevinden.

Een opvangvoorziening wordt aangemerkt als adequaat als de opvangvoorziening de minderjarige in ieder geval naar lokale maatstaven biedt:

  • onderdak tot de minderjarige de leeftijd van 18 jaar zal bereiken, tenzij de opvang dient tot het overbruggen van een beperkte periode, waarna de minderjarige door zijn eigen familie, of door anderen bij wie er sprake is van adequate opvang, kan worden opgevangen;

  • beschikbaarheid van voedsel, kleding en hygiëne;

  • toegang tot onderwijsvoorzieningen; en

  • aanwezigheid van medische verzorging.

Bij het zoeken naar adequate opvang zal er primair naar worden gestreefd om de minderjarige met de ouder(s) of andere familieleden te herenigen. Opvang bij ouders is in beginsel aan te merken als adequaat. Ook kan het zijn dat uit feiten en omstandigheden naar voren komt dat een ander familielid (of een meerderjarige, niet zijnde een familielid) adequate opvang kan bieden. Dit is maatwerk en wordt per casus onderzocht.

Mocht het niet lukken om de minderjarige met de ouder(s) of andere familieleden te herenigen, wordt onderzocht of adequate opvang in een (particuliere of van overheidswege) opvanginstelling voorhanden is.

Voor Afghanistan geldt op dit moment dat algemene opvangvoorzieningen niet beschikbaar en/of toereikend zijn en de autoriteiten geen zorg dragen voor de opvang.

Vraag 9

Zijn er speciale regievoerders en tolken die getraind zijn in het voeren van terugkeergesprekken met Afghaanse kinderen? Zo ja, hoeveel en is dit toereikend? Zo nee, bent u bereid ervoor te zorgen dat zij er wel komen?

Antwoord 9

De Dienst, Terugkeer en Vertrek (DT&V) heeft speciale regievoerders die de vertrekgesprekken voeren met amv’s in het algemeen. Het aantal regievoerders is afgestemd op het aantal amv zaken dat bij de DT&V in behandeling is. De DT&V zet voor de gesprekken met amv’s tolken in die ook ingezet worden voor gesprekken met volwassen vreemdelingen. De tolk is onafhankelijk en zijn rol beperkt zich tot het vertalen van het gesprek. De insteek van het gesprek wordt bepaald door de regievoerder en de vertrekstrategie wordt vooraf besproken met de voogd. De Nidos voogd wordt voor een vertrekgesprek met een amv altijd uitgenodigd om aanwezig te zijn. Ik zie daarom geen noodzaak voor speciale tolken voor gesprekken met (Afghaanse) amv’s.

Vraag 10

Worden er maatregelen genomen om te voorkomen dat alleenreizende Afghaanse minderjarigen slachtoffer worden van uitbuiting en misbruik in Europa? Zo ja, welke zijn dit specifiek? Zo nee, bent u bereid hiertoe initiatief te nemen binnen Europa?

Antwoord 10

Zoals ook aangegeven in het antwoord op de schriftelijke vragen van de leden Gesthuizen en Kooiman (SP) over alleenstaande minderjarige vreemdelingen die slachtoffer worden van mensenhandel en uitbuiting d.d. 23 januari 2017 werken EU-lidstaten met elkaar samen om mensenhandel te voorkomen en bestrijden. Om signalen van mensenhandel bij de Europese buitengrenzen te herkennen, heeft Frontex bijvoorbeeld een handleiding ontwikkeld om grensbewakers daarin te trainen2. Deze handleiding bevat ook advies over hoe grensbewakers met minderjarige slachtoffers moeten omgaan. De lidstaten werken ook operationeel samen om mensenhandel van minderjarigen op te sporen en te vervolgen. Zo is mensenhandel van minderjarigen één van de sub-projecten van EMPACT THB3, waar Nederland ook aan deelneemt. Binnen EMPACT wordt ook aandacht besteed aan mogelijke slachtoffers van mensenhandel binnen migratiestromen en de kwetsbare positie van migrantenkinderen voor uitbuiting. Er wordt ingezet op het uitwisselen van informatie en kennis en het initiëren van operationele acties en opsporingsonderzoeken. Daarnaast wordt in 2017 binnen EMPACT ook aandacht besteed aan opleidingen voor de opsporing om de uitbuiting van kinderen beter te kunnen onderkennen en multidisciplinair aan te kunnen pakken. Het Europees opleidingsagentschap voor opsporing (CEPOL) draagt daaraan bij.

Verder hebben hulporganisaties bij de opvang van vluchtelingen altijd speciale aandacht voor de noden van alleenstaande minderjaren, vooral voor hun veiligheid.

Naast deze maatregelen, kan het realiseren van een zichtbaar effectief terugkeerbeleid voor alleenstaande minderjarigen die niet in Europa mogen blijven ook bijdragen aan het tegengaan van illegale migratie en smokkel van deze groep omdat het laat zien dat dit niet loont. Omgekeerd werkt het ontbreken van een effectief terugkeerbeleid illegale inreis in de hand.


X Noot
1

The Afghanistan Reconstruction Trust Fund

X Noot
2

Zie http://frontex.europa.eu/feature-stories/combating-human-trafficking-at-the-border-training-for-eu-border-guards-rRzpfI. De handleiding is ontwikkeld in samenwerking met lidstaten, CEPOL, Eurojust, UNHCR, Unicef, IOM en de OVSE.

X Noot
3

EMPACT THB staat voor European Multidisciplinary Platform against Criminal Threats –

Trafficking in Human Beings (mensenhandel).

Naar boven