Vragen van het lid Van Miltenburg (VVD) aan de Ministers van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en van Sociale Zaken en Werkgelegenheid over het artikel «De overheid discrimineert»? (ingezonden 16 september 2016).

Mededeling van Minister Plasterk (Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties), mede namens de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (ontvangen 6 oktober 2016)

Vraag 1

Kent u het artikel «De overheid discrimineert?» van de heer Van Someren?1

Vraag 2

Bent u het eens met de stelling van de heer Van Someren dat het volgens de wet niet is toegestaan op een groot aantal gronden te discrimineren en dat het daarom dus ook verboden is om in een sollicitatieprocedure actief vragen te stellen naar zaken die te maken hebben met wettelijke discriminatiegronden? Zo nee, hoe beoordeelt u dan de conclusie van de heer Van Someren?

Vraag 3

Kent u de huidige praktijk waarbij solliciteren steeds vaker via een sollicitatieformulier op internet gaat?

Vraag 4

Mogen werkgevers in dat sollicitatieformulier vragen naar bijvoorbeeld leeftijd, geslacht of de huwelijkse staat? Zo ja, hoe verhoudt zich dit dan tot onze antidiscriminatiewetten?

Vraag 5

Hoe beoordeelt u het feit, dat de heer Van Someren in zijn artikel stelt, dat er bedrijven en ook overheden zijn die het onmogelijk maken om een sollicitatieformulier te verzenden, te solliciteren dus, zonder deze persoonlijke informatie te verschaffen? Zijn er bij u cijfers bekend die deze stelling onderschrijven?

Vraag 6

Bent u het ermee eens dat bedrijven en overheden zich conform de wet moeten gedragen en, als blijkt dat ze dit niet doen, dat hier krachtig tegen opgetreden moeten worden? Zo nee, waarom niet?

Vraag 7

Bent u bereid om via onderzoek vast te stellen of er inderdaad via sollicitatieformulieren wordt gediscrimineerd? Zo nee, waarom niet?

Mededeling

Hierbij deel ik u mede dat de aan mij en de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid gestelde vragen van het lid Van Miltenburg (VVD) over het artikel «De overheid discrimineert» (ingezonden op 16 september 2016), met kenmerk 2016Z16778 niet binnen de termijn van drie weken kunnen worden beantwoord.

Voor de beantwoording van de vragen is meer tijd nodig, omdat er een nadere afstemming tussen beide ministeries en andere organisaties moet plaatsvinden. Uw Kamer ontvangt de antwoorden zo spoedig mogelijk.

Naar boven