Vragen van het lid Kooiman (SP) aan de Minister van Veiligheid en Justitie over de route tussen wietkweker en coffeeshopouders (ingezonden 20 november 2015).

Mededeling van Minister Van der Steur (Veiligheid en Justitie) (ontvangen 15 december 2015).

Vraag 1

Wat is uw reactie op het artikel «En dan sta je daar weer met 50.000 euro cash in je hand?1

Vraag 2

Zijn er cijfers bekend over hoe vaak coffeeshophouders slachtoffer worden van zogenaamde ripdeals? Zo ja, hoe betrouwbaar zijn deze cijfers in verband met vrees voor aangifte doen?

Vraag 3

Klopt het dat contact met een wietkweker gezien wordt als deelname aan een criminele organisatie? Zo ja, hoe kan een coffeeshophouder volgens u zonder contact met een kweker op een legale manier aan zijn/haar voorraad komen?

Vraag 4

Bent u bekend met de tussenhandelaren die het contact tussen coffeeshophouders en kwekers regelen? Welke straf staat hierop?

Vraag 5

Is bekend hoe vaak tussenhandelaars vervolgd en bestraft worden? Zo ja, kunt u inzicht bieden in de aard en ernst van de straf?

Vraag 6

Is het ook strafbaar om contact te hebben met een tussenhandelaar wetende dat hij/zij contact met een kweker heeft? Zo ja, welke straf staat hierop en hoe vaak wordt hiervoor vervolgd en bestraft?

Vraag 7

Wat is uw reactie op de stelling dat er schaarste op de Nederlandse markt is en dat er zelfs vanuit Spanje wiet naar Nederland wordt verscheept?

Vraag 8

Hoe denkt u dat een coffeeshophouder zijn/haar shop praktisch kan runnen als er slechts een handelsvoorraad van 500 gram is toegestaan?

Vraag 9

Klopt het dat het voordraaien van joints strafbaar is? Zo ja, wanneer is dat zo en waarom?

Vraag 10

Is er bekend hoe vaak personen of bedrijven die joints voordraaien vervolgd en bestraft worden? Zo ja, kunt u inzicht bieden in de aard en ernst van de straf?

Vraag 11

Is het ook strafbaar om dergelijke personen of bedrijven die joints voordraaien in te huren? Zo ja, welke straf staat hierop en hoe vaak wordt hiervoor vervolgd en bestraft?

Mededeling

Hierbij deel ik u mede dat de schriftelijke vragen van het lid Kooiman (SP) van uw Kamer aan de Minister van Veiligheid en Justitie over de route tussen wietkweker en coffeeshophouders (ingezonden 20 november 2015) niet binnen de gebruikelijke termijn kunnen worden beantwoord, aangezien nog niet alle benodigde informatie is ontvangen.

Ik streef ernaar de vragen zo spoedig mogelijk te beantwoorden.

Naar boven