Vragen van de leden Van Gerven en Leijten (SP) aan de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over het bericht «Twee miljoen voor in opspraak geraakte oud-Achmea-bestuurder» (ingezonden 28 juli 2016).

Antwoord van Minister Schippers (Volksgezondheid, Welzijn en Sport) (ontvangen 31 augustus 2016). Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2015–2016, nr. 3214.

Vraag 1

Kent u het bericht «Twee miljoen voor in opspraak geraakte oud-Achmea-bestuurder»?1

Antwoord 1

Ja.

Vraag 2 t/m 8

Deelt u de mening dat een vertrekpremie van 900.000 euro voor oud-bestuurder van Achmea, de heer Van Breda Vriesman, die terugtrad in verband met een fraudezaak schandalig hoog is? Kunt u uw antwoord toelichten?

Hoe verhoudt deze ontslagvergoeding zich volgens u met het feit dat oud-bestuurder Van Breda Vriesman terugtrad omdat hij verdacht wordt van fraude?

Deelt u de mening dat het vreemd is dat de oud-bestuurder Van Breda Vriesman, die al in 2014 terugtrad in verband met een fraudezaak, over 2015 een salaris van 1.1 miljoen euro ontving? Hoe is dit extreem hoge salaris te verklaren? Hoe verhoudt dit topsalaris over 2015 zich volgens u met het feit dat de heer Breda Vriesman in het jaar 2015 niet voor Achmea heeft gewerkt?

Heeft de uitbetaling van de ontslagvergoeding al plaatsgevonden of wordt de ontslagvergoeding uitgekeerd na de uitspraak van de rechter? Onder welke omstandigheden dan wel op basis van welke conclusies uit het onderzoek van de rechtbank wordt de ontslagvergoeding definitief uitbetaald? In welke situaties wordt besloten de ontslagvergoeding niet toe te kennen? Indien u niet over deze informatie beschikt, bent u dan bereid hier navraag naar te doen bij Achmea en de Kamer hierover te informeren?

Is het salaris over 2015 van 1.1 miljoen euro voor de heer Van Breda Vriesman ook voorwaardelijk, gezien de toegekende ontslagvergoeding van 900.000 volgens Achmea voorwaardelijk is?

Met welke reden krijgt oud-bestuurder de heer Van der Eijk een vertrekpremie van 900.000 euro mee? Waarop is dat bedrag is gebaseerd?

Met welke reden heeft oud-bestuurder Van der Eijk een salaris van een half miljoen euro gekregen voor een periode waarin hij «zijn accu aan het opladen was», waarna hij besloot niet meer terug te keren? Had Van der Eijk voordat hij «zijn accu op ging laden» nog wel de intentie om terug te keren?

Antwoord 2 t/m 8

Het Kabinet wil maatschappelijk acceptabele inkomens voor zorgbestuurders en ook voor bestuurders van zorgverzekeringsmaatschappijen. De zorgverzekeraars zijn in 2011 onder de werking van de WNT gebracht. Vervolgens zijn sectorale bezoldigingsnormen voor bestuurders van zorgverzekeraars vastgelegd in de Regeling sectorale bezoldigingsnorm topfunctionarissen zorgverzekeraars.

De regeling sectorale bezoldigingsnorm topfunctionarissen zorgverzekeraars is van toepassing op Achmea Zorgverzekeringen N.V. Dit is één van de juridische entiteiten binnen de Achmea Groep. De norm is niet van toepassing op de Raad van Bestuur van Achmea Groep aangezien Achmea Groep geen zorgverzekeraar is, maar een financiële instelling die o.a. schade-, inkomens- en levensverzekeringen aanbiedt. Achmea is daarmee een financiële instelling.

Na controle door het CIBG blijkt dat de salarissen en ontslagvergoedingen die zijn verstrekt voor Achmea Zorgverzekeringen N.V. in lijn zijn met de WNT regelgeving. Daarbij is relevant dat beide bestuurders binnen Achmea niet verantwoordelijk waren voor de zorgactiviteiten ten tijde van hun vertrek.

Op grond van contractuele afspraken hebben beide leden van de Raad van Bestuur één jaarsalaris als vertrekvergoeding ontvangen. Deze vertrekvergoeding is conform de Wet Beloningsbeleid Financiële Ondernemingen. Hierover heeft Achmea gerapporteerd in haar Remuneratierapport 2015. De vertrekkende bestuursleden zijn doorbetaald tot de datum dat zij formeel uit dienst traden.

De kantonrechter heeft inmiddels geoordeeld dat de voorwaardelijke ontslagvergoeding moet worden uitbetaald.

Vraag 9

Indien u de salarissen en ontslagvergoedingen te verantwoorden vindt, hoe gaat u dit dan uitleggen aan alle mensen in Nederland, aangezien deze bedragen gedeeltelijk met publiek geld betaald worden?

Antwoord 9

Het Kabinet wil maatschappelijk acceptabele inkomens voor zorgbestuurders en bestuurders van zorgverzekeraars.

Normen voor bezoldiging zijn vastgelegd in de Wet normering topinkomens (WNT), de regeling bezoldigingsmaxima topfunctionarissen zorg en jeugdhulp en de eerder genoemde regeling voor zorgverzekeraars. Binnen de grenzen die de wet stelt is het aan de instellingen zelf om te bepalen wat een passende beloning is. Ik ga er vanuit dat er daarbij niet enkel naar de letter van de wet wordt gekeken, maar een maatschappelijke afweging wordt gemaakt die recht doet aan de specifieke omstandigheden. Dat blijft maatwerk, mij past daarom terughoudendheid in de oordeelsvorming over individuele gevallen.

Naar boven