Vragen van de leden Van Nispen en Van Bommel (beiden SP) aan de Ministers van Veiligheid en Justitie en Buitenlandse Zaken over het pleidooi de uitleveringen aan Turkije te stoppen (ingezonden 22 juli 2016).

Antwoord van Minister Van der Steur (Veiligheid en Justitie), mede namens de Minister van Buitenlandse Zaken (ontvangen 26 augustus 2016).

Vraag 1

Kent u het pleidooi van advocaat Stapert om uitleveringen aan Turkije op te schorten, gelet op de actuele en zorgelijke ontwikkelingen in Turkije?1 2

Antwoord 1

Ja.

Vraag 2, 3

Is er volgens u nog sprake van een onafhankelijke rechterlijke macht of zelfs nog van een rechtsstaat sinds de mislukte coup in Turkije? Is, na het ontslaan en oppakken van zoveel rechters, het recht op een eerlijk proces nog altijd gegarandeerd?

Deelt u de zorgen over de mogelijke lange duur van voorarrest in Turkije als gevolg van het uitdunnen van de rechterlijke macht alsmede over het mogelijk invoeren van de doodstraf?

Antwoord 2, 3

Nederland vindt de huidige ontwikkelingen in Turkije zeer zorgelijk, mede omdat deze raakt aan de onafhankelijkheid van het justitiële systeem. Juist in de manier waarop wordt omgegaan met degenen die ervan beschuldigd worden verantwoordelijk te zijn voor deze couppoging moet de rechtsstaat zich bewijzen. Nederland heeft er daarom bij de Turkse autoriteiten herhaaldelijk en met klem op aangedrongen de regels van de rechtsstaat na te leven en zal dat blijven doen, bilateraal en in EU- en Raad van Europa-verband. In deze gesprekken zijn ook de berichten over mogelijke herinvoering van de doodstraf aan de orde gesteld. De doodstraf is niet te verenigen met het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM) en in verband daarmee het Turkse lidmaatschap van de Raad van Europa, noch met toetreding tot de Europese Unie.

Vraag 4, 5

Zijn dit voldoende redenen om per direct uitleveringen aan Turkije op te schorten? Zo nee, waarom niet en in hoeverre wordt bij een uitleveringsverzoek dan rekening gehouden met de nieuwe situatie in Turkije? Zo ja, aan welke voorwaarden zou de Turkse rechtsstaat volgens u tenminste weer moeten voldoen voordat uitlevering weer plaats zal mogen vinden?

Welke gevolgen hebben de ontwikkelingen in Turkije voor andere vormen van rechtshulp?3

Antwoord 4, 5

Elk rechtshulp- en uitleveringsverzoek wordt getoetst aan de verdragen en wetgeving die erop van toepassing zijn. De artikelen 3 van het Europees Uitleveringsverdrag en 2 van het Europees Rechtshulpverdrag kunnen aan inwilliging van een verzoek in de weg staan indien dat is gedaan met de bedoeling een persoon te vervolgen of te straffen op grond van zijn ras, godsdienst, nationaliteit of politieke gezindheid, dan wel dat de positie van de betrokkene om een van deze redenen ongunstig dreigt te worden beïnvloed. Daarnaast vindt per geval een beoordeling plaats of de uitvoering van een rechtshulp- of uitleveringsverzoek strijdig is met de verplichtingen die voortvloeien uit het EVRM. Het op voorhand volledig opschorten van alle uitlevering en rechtshulpverlening aan Turkije zou tot gevolg hebben dat alle verdachten of veroordeelden, dus ook inzake bijvoorbeeld mensenhandel, zeden- of geweldsdelicten, hun straf(vervolging) kunnen ontlopen. Dat acht ik onwenselijk.

Vraag 6

Bent u bereid deze vragen zo spoedig mogelijk te beantwoorden?

Antwoord 6

Ja.


X Noot
1

Nieuwsuur, 20 juli 2016

X Noot
2

Telegraaf, 21 juli 2016, «Stop uitleveringen aan Turkije»

X Noot
3

NRC Handelsblad, 20 juli 2016 «Rechter staakt samenwerking met Turkije»

Naar boven