Vragen van het lid Cegerek (PvdA) aan de Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu over het gevaar van plastic deeltjes in de lucht (ingezonden 19 juli 2016).

Antwoord van Staatssecretaris Dijksma (Infrastructuur en Milieu) (ontvangen 19 augustus 2016).

Vraag 1

Bent u bekend met het bericht over de schadelijkheid van plastic deeltjes die in de lucht zweven?1

Antwoord 1

Ja.

Vraag 2, 3

Kunt u reageren op de uitspraken in het artikel dat er amper onderzoek naar dit fenomeen is gedaan? Kloppen deze uitspraken?

Is bekend welke impact deze deeltjes exact op de volksgezondheid en het milieu hebben? Zo ja, wat zijn deze effecten? Zo nee, is dit reden om hier nader onderzoek naar te doen?

Antwoord 2, 3

Plastichoudende fijnstofdeeltjes kunnen in de lucht terechtkomen door slijtage van kunststof materialen. Er is veel onderzoek gedaan naar de schadelijkheid van fijnstof, maar er wordt daarbij niet afzonderlijk gekeken naar verschillende componenten van fijnstof, waaronder de plastic deeltjes. Het RIVM heeft berekend dat mensen in Nederland gemiddeld 9 maanden korter leven als gevolg van de huidige totale concentraties fijnstof2. Dit is voor mij aanleiding om mij te richten op de aanpak van fijnstof in de lucht en niet eerst nog meer langdurig onderzoek naar mogelijke gezondheidseffecten te doen. Van belang is dat we maatregelen treffen om de emissies van microplastics(houdende) fijnstof – en grotere microplasticdeeltjes – naar onze leefomgeving te reduceren, zodat de blootstelling van mens en milieu aan deze deeltjes verder beperkt wordt.

Vraag 4

Welk beleid wordt er op dit moment gevoerd om de plastic deeltjes die in de lucht zweven aan te pakken? Is dit beleid afdoende? Zo ja, kunt u dit plaatsen in het licht van de uitspraken van deze onderzoekers dat er nog steeds plastic deeltjes in de lucht zweven? Zo nee, bent u bereid verdere actie te ondernemen en welke actie zou dit zijn?

Antwoord 4

(Micro)plastics horen niet thuis in het milieu. Ik zet mij daarom zowel in Europees (OSPAR) als in nationaal verband in om de emissies daarvan naar water, lucht en bodem te verminderen. Hierover heb ik uw Kamer nog recentelijk geïnformeerd in mijn brief van 11 juli 2016. Het RIVM doet op mijn verzoek nader onderzoek om beter inzicht te krijgen in de mogelijke maatregelen om emissies te beperken. Dit onderzoek richt zich op met name op de volgende bronnen van microplastics: verf, autobanden en schurende reinigingsmiddelen. Over de omvang van deze bronnen van microplastics heb ik uw Kamer reeds gerapporteerd. Momenteel laat ik een analyse uitvoeren naar de kosteneffectiviteit van de mogelijke maatregelen. In december zal ik u hierover nader berichten.


X Noot
2

Fischer P et al., 2015, Air pollution and Mortality in 7 Million Adults – The Dutch Environmental Longitudinal Study (DUELS), Environmental Health Perspectives, 123(7):697-704 DOI:10.1289/ehp.1408254

Naar boven