Vragen van de leden Recourt en Yücel (beiden PvdA) aan Minister van Veiligheid en Justitie en Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid over de hoge kosten die een gerechtsdeurwaarder in rekening kan brengen (ingezonden 10 juni 2016).

Antwoord van Minister Van der Steur (Veiligheid en Justitie) mede namens de Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (ontvangen 4 juli 2016).

Vraag 1

Heeft u kennisgenomen van de Togacolumn «Hoe kan een deurwaarder € 570 vragen om € 76 te innen»?1

Antwoord 1

Ja.

Vraag 2

Hoe kunnen de executiekosten van de deurwaarder 750% van de hoofdsom bedragen?

Antwoord 2

In het traject van incasso tot uiteindelijk executeren van een gerechtelijk vonnis verricht een gerechtsdeurwaarder verschillende werkzaamheden. Dit betreffen zowel incassohandelingen als ambtshandelingen. De kosten die een gerechtsdeurwaarder voor ambtshandelingen in rekening mag brengen, zijn vastgelegd in het Besluit tarieven ambtshandelingen gerechtsdeurwaarders. In dit besluit geldt als uitgangspunt dat de kosten niet afhankelijk zijn van de hoogte van de vordering, maar op basis van kostprijs worden toegerekend aan de specifieke ambtshandeling. Voor handelingen in het kader van de buitengerechtelijke incasso kunnen incassokosten in rekening worden gebracht. Ook daarvoor geldt een maximumtarief. Dit volgt uit de Wet incassokosten. Wanneer een deurwaarder in het traject veel verschillende werkzaamheden dient te verrichten, kunnen de kosten die hij daarvoor maakt op basis van de genoemde regelingen aanzienlijk zijn.

Vraag 3

Deelt u de mening dat de executiekosten niet zo hoog mogen oplopen? Zo ja, wat gaat u eraan doen? Zo nee, waarom niet?

Antwoord 3

Nee. De in het antwoord op vraag 2 genoemde kosten zijn gebaseerd op de in het antwoord op vraag 2 genoemde regelingen. Uit de jurisprudentie van de Kamer voor Gerechtsdeurwaarders (zie bijv. ECLI:NL:RBAMS:2012:YB0906 d.d. 11 december 2012) volgt ook «dat als maatstaf voor de proportionaliteit van kosten niet kan dienen de mate waarin de gemaakte kosten in verhouding staan tot de hoofdsom».

Vraag 4

Is uw beleid gericht op het in de hand houden van de schulden van hen die grote schulden hebben (gemaakt), gezien uw voornemen een adempauze in te lassen voor schuldeisers die in de schuldsanering zitten?

Antwoord 4

Ja. Binnen de schuldhulpverlening heeft het hanteerbaar maken van schulden steeds meer de aandacht. Het kabinet wil dat ondersteunen met het Besluit breed moratorium2. Het Besluit breed moratorium is een instrument dat kan worden ingezet bij een financieel instabiele situatie. Tijdens het moratorium worden alle incasso-activiteiten opgeschort. Deze incassopauze biedt schuldenaar, schuldhulpverlening, maar ook de verschillende schuldeisers de mogelijkheid om de situatie te inventariseren en tot reële betalingsvoorstellen te komen, zodat de schuldenaar na afloop vanuit een financieel stabiele situatie verder kan met de afbetaling van zijn schulden.

Vraag 5

Is het waar dat u vindt dat voorkomen moet worden dat het maatwerk van de ene instantie teniet wordt gedaan door een dwangincasso van een andere partij?3

Antwoord 5

Ja. Ik verwijs hierbij naar de Rijksincassovisie (24 515, nr.336), waarin dit standpunt is verwoord.

Vraag 6, 7 en 8

Is het mogelijk, zoals in het artikel wordt gesuggereerd, dat tijdens zo’n adempauze commerciële partijen via de rechter de schuldenaar wel onder druk kan zetten om te betalen, terwijl schuldeisers van de overheid een pas op de plaats maken?

Zo ja, hoe verhoudt uw beleid zich tot de mogelijkheid van commerciële partijen via de rechter de betaling af te dwingen, met hoge kosten voor de schuldenaar tot gevolg? Zo nee, waar klopt die aanname van de columnschrijver niet?

Welke mogelijkheden bestaan er om naast de schuldeisers van de overheid ook de commerciële schuldeisers tijdens de adempauze een pas op de plaats te laten maken? Als die mogelijkheden er op dit moment niet zijn, wilt u onderzoeken of er mogelijkheden gecreëerd kunnen worden? Zo nee, waarom niet?

Antwoord 6, 7 en 8

Een breed moratorium ziet op alle schuldeisers, zowel privaat als publiek. De incassopauze zoals beschreven in het antwoord op vraag 4 geldt dus eveneens voor commerciële partijen.

Naar boven