Vragen van de leden Van Klaveren en Bontes (beiden Groep Bontes/Van Klaveren) aan de Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid over de plannen om mensen met zware schulden geen rekeningen te laten betalen (ingezonden 25 mei 2016).

Antwoord van Staatssecretaris Klijnsma (Sociale Zaken en Werkgelegenheid) (ontvangen 4 juli 2016).

Vraag 1

Hebt u kennisgenomen van het artikel «Schuldenaar mag later terugbetalen»?1

Antwoord 1

Ja. Aanleiding voor het artikel is neem ik aan de concept AMvB Breed wettelijk moratorium, die eind mei voor internetconsultatie is aangeboden.

Vraag 2

Begrijpt u dat het voorstel om mensen met zware schulden een bepaalde tijd geen rekeningen te laten betalen schuldeisers enorm benadeelt? Zo ja, op welke wijze worden zij tegemoet gekomen wanneer ze in de problemen komen door de betalingslaksheid van de schuldenaar?

Antwoord 2

Het Moratorium schort niet het afbetalen van schulden op, maar enkel de incasso. De schuldenaar zelf zal tijdens het Breed Moratorium naar vermogen moeten blijven reserveren voor de aflossing van zijn schulden en dit gereserveerde bedrag wordt na afloop ook naar rato betaalbaar gesteld aan de verschillende schuldeisers. Op die manier wordt het belang van de verschillende schuldeisers zo beperkt mogelijk geschaad.

Vraag 3, 4

Hoe verhoudt dit kolderieke plan zich volgens u tot de mensen die keihard werken om iedere maand wél de rekeningen op tijd te betalen?

Begrijpt u dat u met het maximaal pamperen van wanbetalers een cultuur creëert waarin schulden maken, betalingslaksheid en onverantwoordelijk financieel gedrag worden genormaliseerd? Graag een toelichting.

Antwoord 3, 4

Het Breed Moratorium is bedoeld voor situaties waarbij iemand in een situatie is komen te verkeren dat hij niet langer in staat is om aan zijn betalingsverplichtingen te voldoen en waarbij de hulpverlening alsmede het algemeen belang van de betrokken schuldeisers wordt gefrustreerd door de opstelling van een of meerdere schuldeisers.

De met het Breed Moratorium gerealiseerde incassopauze moet de verschillende betrokken partijen de mogelijkheid geven om tot reële betaalafspraken te komen. Daarbij wordt van de hulpverlening, maar met name van de schuldenaar zelf zowel tijdens als na het moratorium de nodige inspanningen gevraagd, waarbij algehele terugbetaling van de schuldenlast het uitgangspunt vormt.

Ik herken hierin dan ook niet het gestelde «pamperen van wanbetalers» zoals de vragenstellers deze veronderstellen.

Vraag 5

Waarom is het beschermen van wanbetalers volgens u een taak van de overheid en ziet u in dat dit op zeer gespannen voet staat met de bescherming van eigendom (van hen die wachten op de betaling)?

Antwoord 5

Ik ben mij terdege bewust van het feit dat het Breed Moratorium ingrijpt in het recht van schuldeisers om de openstaande vordering te verhalen op de goederen van de schuldenaar.

Toepassing van deze maatregel is dan ook bedoeld voor uitzonderlijke situaties. Gedacht moet daarbij worden aan situaties waarin de schuldenaar – maar ook de verschillende schuldeisers – gebaat zijn bij het tot stand komen van een betalingsregeling, maar een of enkele schuldeisers door hun incassomaatregelen het ontstaan van deze betalingsregeling frustreren.

De voorgestelde AMvB stelt daarbij de nodige voorwaarden, wil een verzoek tot een Moratorium worden toegekend. Zoals reeds aangegeven is het eventuele beeld dat de afkoelingsperiode een rust periode voor de schuldenaar vormt onjuist. Van hem wordt juist in deze afkoelingsperiode verlangt dat hij alles op alles zet om orde op zaken te stellen, nu hij de energie – voor korte tijd gevrijwaard van incassomaatregelen – daarvoor vrij kan maken.

Naar boven