Vragen van het lid Veldman (VVD) aan de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties over veranderingen ten aanzien van het Besluit Gegevensverstrekking Gemeentelijke Belastingheffing (ingezonden 3 mei 2016).

Antwoord van Minister Plasterk (Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties) (ontvangen 24 mei 2016).

Vraag 1

Kunt u bevestigen dat er een wijziging van het Besluit Gegevensverstrekking Gemeentelijke Belastingheffing in voorbereiding is?

Antwoord 1

Op dit moment wordt onderzocht of een wijziging van dat besluit nodig is.

Vraag 2

Kunt u aangeven wat deze wijziging van het Besluit Gegevensverstrekking precies behelst?

Antwoord 2

Onderzocht wordt of het Besluit gegevensverstrekking gemeentelijke belastingheffing wijziging behoeft vanwege moderne vormen van bemiddeling voor verhuur van roerend en onroerend goed. Op dit moment zijn deze moderne bemiddelaars niet verplicht informatie te leveren over de huurders en verhuurders van de onroerende goederen ten behoeve van de heffing van toeristen- en forensenbelasting. Onderzocht wordt in hoeverre het opportuun is deze partijen gelijk te trekken met de andere derdenplichtigen die nu al informatieplichtig zijn op grond van het besluit, de zogenoemde klassieke bemiddelaars zoals administratiekantoren en reisbureaus.

Vraag 3

Klopt het dat door middel van deze wijziging bemiddelingssites voor toeristische en commerciële verhuur verplicht kunnen worden gesteld om informatie te leveren over verhuurders van woningen ten behoeve van de heffing van toeristen- en forensenbelasting?

Antwoord 3

Als beslist wordt tot wijziging over te gaan zoals beschreven bij antwoord 2, dan is dat inderdaad het geval.

Vraag 4, 5, 6

Wordt met deze wijziging rekening gehouden met het feit dat het merendeel van de boekingssites via welke boekingen in Nederland worden verricht, niet in Nederland gevestigd zijn en dat door de voorgenomen wijzigingen het kleine aantal boekingssites dat nog in Nederland gevestigd is geneigd zal zijn toevlucht in het buitenland te zoeken? Zo ja, hoe?

Houdt u tevens rekening met het feit dat er door de voorgenomen wijziging ook een kans bestaat dat aanbieders van overnachtingsplekken van Nederlandse bemiddelaars overstappen naar buitenlandse bemiddelaars? Zo ja, hoe?

Bent u het eens dat de mogelijke effecten beschreven in vraag 4 en 5 zeer onwenselijk zijn? Wat gaat u doen om deze negatieve effecten te voorkomen?

Antwoord 4, 5, 6

Het is mij bekend dat het merendeel van de boekingssites in het buitenland is gevestigd en dat er een kans bestaat dat bij een wijziging van het besluit bemiddelaars kunnen overstappen naar het buitenland en aanbieders kunnen overstappen naar buitenlandse partijen. Bij het genoemde onderzoek naar de noodzaak van een wijziging zal dit worden meegewogen. Eveneens wordt bezien of er een oplossing denkbaar is om deze problemen te ondervangen. U zult begrijpen dat dit niet eenvoudig is omdat we hier voor een deel te maken hebben met partijen die niet onder de Nederlandse wetgeving vallen. Ik zal daarom nog enige tijd nodig hebben om het onderzoek naar de opportuniteit van een wijziging af te ronden en, als daartoe wordt overgegaan, de wijziging van dit besluit definitief op te stellen.

Naar boven