Vragen van het lid Ulenbelt (SP) aan de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid over de uitspraak van de rechter over het dagloonbesluit (ingezonden 14 april 2016).

Antwoord van Minister Asscher (Sociale Zaken en Werkgelegenheid) (ontvangen 18 mei 2016)

Vraag 1, 2, 3, 4, 5

Wat is uw reactie van op de uitspraak van de Rechtbank Oost-Brabant?1

De rechtbank is van oordeel dat de toepassing van artikel 5, eerste lid, van het Dagloonbesluit in strijd is met het loondervings- en verzekeringsprincipe van de Werkloosheidswet; op welke wijze gaat u dit herstellen?

Deelt u de opvatting dat het «WW-lek» per direct volledig gedicht moet worden? Zo ja, bent u bereid om binnen 7 dagen een voorstel tot aanpassing van het dagloonbesluit aan de Kamer te zenden? Zo nee, waarom niet?

Bent u bereid om af te zien van hoger beroep? Zo nee, waarom niet?

Erkent u dat de ingevoerde wijziging van het dagloonbesluit onzorgvuldig en onjuist is?

Antwoord 1, 2, 3, 4, 5

De betreffende tussenuitspraak heb ik voor kennisgeving aangenomen. Omdat de zaak nog onder de rechter ligt (het is geen einduitspraak en daarna is nog hoger beroep mogelijk) onthoud ik me, volgens goed gebruik, van elke reactie.

Naar boven