Vragen van het lid Thieme (PvdD) aan de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over het openen van een Hy-Care stal voor vleesvarkens (ingezonden 11 september 2015).

Antwoord van Minister Schippers (Volksgezondheid, Welzijn en Sport) mede namens de Staatssecretaris van Economische Zaken (ontvangen 9 oktober 2015).

Vraag 1

Kent u het bericht «Hy-Care concept ook voor vleesvarkens»?1

Antwoord 1

Ja.

Vraag 2

Bent u ervan op de hoogte dat dit gaat om een stalconcept waarbij varkens op onnatuurlijke wijze gehouden worden in plastic bakken, die bovenop elkaar te stapelen zijn, waarbij de varkens in bakken op een lopende band naar de boer vervoerd worden voor het uitvoeren van een castratie, het knippen van de staart of de behandeling van ziekten?

Antwoord 2

Ik heb mij laten vertellen dat het gaat om een gangbare varkensstal waar elementen van het Hy-Care concept worden onderzocht op onder andere diergezondheidseffecten met biggen die afkomstig zijn uit de Hy-Care zeugenstal en biggen uit gangbare zeugenstallen. Het betreffen elementen zoals het werken met coatings en gladde materialen met als belangrijk doel een hygiënischere leefomgeving voor het varken en de ondernemer. Verder verwijs ik u naar de antwoorden van de Staatssecretaris van Economische Zaken op Kamervragen van lid Thieme over dit houderij-concept voor de kraamzeug en haar biggen (TK vergaderjaar 2013–2014, nr. 1109).

Vraag 3

Klopt het dat u 25 september a.s. een omstreden Hy-Care stal voor vleesvarkens in Bladel gaat openen?

Antwoord 3

Nee. Op 1 september heb ik de veehouder laten weten niet op de uitnodiging voor het openen van de stal in te gaan.

Vraag 4 en 5

Hoe verantwoordt u uw steun aan een stalconcept waarbij varkens op mechanische en onnatuurlijke wijze gehouden worden, terwijl in de beantwoording van eerdere vragen gesteld wordt dat deze stal verdere industrialisatie tot gevolg kan hebben?2

Gaat u, in het licht van de stelling van het kabinet dat «verdere industrialisatie van de intensieve veehouderij onwenselijk is», de ontwikkeling van dit omstreden stalconcept binnen het antibioticabeleid in de zeugen- en varkenshouderij ontmoedigen? Zo ja, op welke wijze? Zo nee, waarom niet?3

Antwoord 4 en 5

Het ontwikkelen van nieuwe houderijconcepten is de verantwoordelijkheid van de sector. Zoals ook aangegeven in het antwoord van de Staatssecretaris van 3 februari 2014 (TK vergaderjaar 2013–2014, nr. 1109) moet men zich hierbij houden aan de vigerende regels die gelden voor dierenwelzijn, diergezondheid, antibiotica en milieu. Of een dergelijk technologische ontwikkeling maatschappelijk en ethisch geaccepteerd wordt, zal voor de sector een belangrijk aandachtspunt moeten zijn bij verdere verduurzaming.

Vraag 6

Bent u bereid uw toezegging om deze stal te openen in te trekken in het licht van de maatschappelijke en ethische acceptatie? Zo nee, waarom niet?

Antwoord 6

Ik heb deze toezegging nooit gedaan.

Vraag 7

Bent u bereid de antwoorden op deze vragen voor 26 september a.s. naar de Kamer te sturen? Zo nee, waarom niet?

Antwoord 7

Dat is helaas niet gelukt.

Naar boven