Vragen van de leden Cegerek en Volp (beiden PvdA) aan de Staatssecretarissen van Infrastructuur en Milieu en van Economische Zaken over de verschuiving van drugsdumpingen van Noord-Brabant naar Gelderland (ingezonden 18 maart 2016).

Mededeling van Minister Van der Steur (Veiligheid en Justitie), mede namens de Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu en van Economische Zaken(ontvangen 15 april 2016).

Vraag 1

Bent u bekend met het bericht «Oosten vaker dumpplek gevaarlijk drugsafval»?1

Vraag 2

Kunt u reageren op de stelling van de Landelijke Faciliteit Ontmantelen (LFO) dat er sprake is van een waterbedeffect, omdat criminelen kiezen hun activiteiten vanuit Noord-Brabant naar andere provincies te verleggen?

Vraag 3

Kunt u een overzicht geven van het aantal drugsdumpingen per jaar in de periode 2010–2015, waarbij een onderscheid per provincie wordt gemaakt?

Vraag 4

Hoe verhoudt de handhavingscapaciteit van de provincie Gelderland en andere provincies zich tot de capaciteit in de provincie Noord-Brabant? Hebben andere provincies genoeg handhavingscapaciteit om deze zaken aan te pakken? Zo nee, welke stappen gaat u zetten om te zorgen dat deze capaciteit zo snel mogelijk beschikbaar is? Wat is volgens u de oorzaak van het verschil in het aantal drugsdumpingen per provincie?

Vraag 5

Wat is de rol van de verschillende omgevingsdiensten met betrekking tot deze zaak?

Mededeling

Hierbij bericht ik u, mede namens de Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu en van Economische Zaken, dat de schriftelijke vragen van de leden Cegerek en Volp (beiden PvdA) over de verschuiving van drugsdumpingen van Noord-Brabant naar Gelderland (ingezonden 18 maart 2016) niet binnen de gebruikelijke termijn kunnen worden beantwoord, aangezien nog niet alle benodigde informatie ontvangen is.

Ik streef ernaar de vragen zo spoedig mogelijk te beantwoorden.

Naar boven