Vragen van het lid Grashoff (GroenLinks) aan de Minister van Buitenlandse Zaken over de mensenrechtensituatie in Rusland (ingezonden 25 maart 2016).

Antwoord van Minister Koenders (Buitenlandse Zaken) (ontvangen 11 april 2016).

Vraag 1

Kent u het bericht «Russia: There must be no more impunity for attacks on human rights defenders and journalists»?1

Antwoord 1

Ja.

Vraag 2 en 3

Welke actie heeft u genomen naar aanleiding van recente aanvallen op mensenrechtenverdedigers in Rusland?

Hebben de Europese Unie en de lidstaten gereageerd op de aanslag op journalisten en mensenrechtenverdedigers van 9 maart jl.?

Antwoord 2 en 3

De aanval op journalisten en mensenrechtenverdedigers aan de interne grens tussen Tsjetsjenië en Ingoesjetië is zorgwekkend. In dit specifieke geval heeft het Kremlin in een verklaring de aanval veroordeeld en opgeroepen tot onderzoek op federaal niveau. Het is nu van belang dat hier daadwerkelijk opvolging aan wordt gegeven. Zweden en Noorwegen hebben als meest betrokken landen (de desbetreffende journalisten zijn behalve uit Rusland afkomstig uit Zweden en Noorwegen) de aanval ook veroordeeld. Datzelfde deed secretaris-generaal van de Raad van Europa Thorbjørn Jagland. Na overleg met betrokken landen heeft Nederland gelet op bovenstaande geen aanvullende bilaterale actie ondernomen.

Vraag 4

Hoe beoordeelt u de situatie van mensenrechtenverdedigers in Rusland en specifiek in Tsjetsjenië?

Antwoord 4

Rusland heeft de afgelopen jaren het werk van mensenrechtenverdedigers belemmerd en de ruimte voor het maatschappelijk middenveld en andersdenkenden beperkt. Ook staan onafhankelijke media in Rusland onder druk. Sinds de herverkiezing van president Poetin in 2012 spant de Russische staat zich in toenemende mate in om wat het ziet als traditionele Russische normen en waarden, te bevorderen en de ruimte voor andersdenkenden in te perken. Deze negatieve trend ten aanzien van de mensenrechtensituatie in Rusland is zorgwekkend.

De positie van mensenrechtenverdedigers is in Tsjetsjenië helaas nog benarder dan in de rest van Rusland. Thans waarnemend leider Kadyrov laat met grote regelmaat publiekelijk zijn afkeer blijken tegen mensenrechtenverdedigers, liberale oppositieleden en kritische journalisten. Deze groepen worden in Tsjetsjenië dikwijls geïntimideerd door de veiligheidsdiensten en hun wordt het werk onmogelijk gemaakt.

Vraag 5

Heeft u onlangs contact gehad met de Russische autoriteiten over de situatie van mensenrechtenverdedigers in Rusland?

Antwoord 5

Het thema mensenrechten is voor Nederland een belangrijk onderwerp in de bilaterale contacten tussen Nederland en Rusland en wordt stelselmatig aan de orde gesteld. Meest recentelijk tijdens mijn gesprek met Minister Lavrov en marge van de veiligheidsconferentie in München afgelopen februari en tijdens de hoogambtelijke bilaterale consultaties op 26 januari 2016 in Moskou.

Vraag 6

Kent u het bericht «Chechen Ombudsman Says Attack On Activists Might Have Been PR Stunt»?2

Antwoord 6

Ja.

Vraag 7

Bent u het eens met de stelling van de Committee to Protect Journalists dat openlijke passiviteit van de autoriteiten deze aanvallen mogelijk maken?

Antwoord 7

De Russische autoriteiten dragen verantwoordelijkheid voor de handhaving van de openbare orde, en dus ook voor de bescherming van journalisten. Zeker in Tsjetsjenië is een klimaat geschapen waarin geweld tegen mensenrechtenverdedigers, journalisten en de oppositie wordt vergoelijkt of wordt aangemoedigd. Zo liet Kadyrov zich onlangs op sociale media in dreigende beelden en bewoordingen uit tegen democratische politici. EU vertegenwoordiger Vigaudas Usackas riep de Russische autoriteiten destijds op tot een passende reactie.

Vraag 8

Hoe heeft u uitvoering gegeven aan de motie-Grashoff (Kamerstuk 34 000 V, nr. 74)?

Welke vervolgstappen wilt u nemen om mensenrechtenverdedigers in Rusland te ondersteunen?

Antwoord 8

Zoals vermeld in het verslag van de Raad Buitenlandse Zaken van 14 maart jl., benadrukte Nederland tijdens deze raadsvergadering het belang van actieve en zichtbare EU-inzet op het gebied van mensenrechten in Rusland. Nederland pleit voor stevige publieke stellingname van de EU over misstanden in Rusland en voor intensivering van contacten tussen de EU en het Russisch maatschappelijk middenveld en ngo’s, binnen de nog bestaande ruimte. Dit standpunt wordt door de EU-lidstaten breed gedeeld. Nederland blijft zich ook bilateraal inspannen voor de positie van mensenrechtenverdedigers in Rusland, onder meer in dialoog met de Russische autoriteiten en door middel van financiële ondersteuning van het maatschappelijk middenveld uit het Mensenrechtenfonds. Naast deze projectmatige inzet spant Nederland zich ook op andere wijze in voor de mensenrechten in Rusland, bijvoorbeeld door monitoring van rechtszaken, coördinatie tussen donoren, en regulier contact met individuele mensenrechtenverdedigers.

Naar boven